van het bouwrijp maken en andere voorzieningen. De
aankoopprijzen van de grond spelen daarin bepaald geen
rol.
Spreekster gelooft, dat het geheel van de werkmethoden
in de bouw, de organisatie van de aannemers, de bestaan
de veelheid van bouwbedrijven enz. eens gesaneerd moe
ten worden. Hier is landelijk genoeg over te doen.
Door het steeds maar opvoeren van kwaliteitseisen (de
wenken en voorschriften) is er natuurlijk opeen gegeven
moment een bepaalde, kwalitatief goede woningwetwo
ning ontstaan. Maar deze woning is voor bepaalde gezin
nen te groot en vandaar, dat de minister een nieuwe sub
sidieregeling in het leven heeft geroepen voor een wat
kleinere woning, waarin een jong gezin zou kunnen star
ten. Dit komt ook tegemoet aan de wens naar een beter
betaalbare woning voor grote groepen van jonggehuwden
die nu de dure grote woning waaraan zij in het begin
niet zo'n behoefte hebben, niet kunnen betalen.
Met betrekking tot de vraag van de heer Pieren of niet
beter eerder had kunnen worden overgegaan tot bebou
wing van de Boerenstreek, in welk gebied de gemeente
van lieverlede toch wel wat eigendommen heeft verkre
gen, wijst spreekster erop, dat er altijd de gedachte is ge
weest, dat dit gebied opgehoogd zou moeten worden en
dat onlangs bij een onderzoek is gebleken, dat dit inder
daad zo is. Het lag helemaal voor de hand, ook tegen de
achtergrond van deze civiel-technische problemen, dat
Klaarwater eerst aan de orde zou komen. Bovendien is
het zo, dat er toch altijd renteverliezen bijkomen en dat
dit voor Klaarwater net zo goed had gegolden als het nu
voor de Boerenstreek geldt. Ook in de totale ontwikke
ling van Soest lag het het meest voor de hand, dat Klaar
water eerst zou worden aangepakt als afronding van de
bebouwing langs de Beukenlaan en de Nieuweweg.
Het bouwen tegen hoge prijzen blijft altijd een pro
bleem, maar spreekster gelooft dat men niet beter kan
doen dan proberen zo goedkoop mogelijk te bouwen. Op
een gegeven moment is er altijd een in de markt liggende
goedkope woning. Die woning is dan niet betaalbaar
voor de laagst betaalden, maar hopelijk wel voor andere
groepen,die dan de woningen moeten vrijmaken die wel
de lagere huren hebben die kunnen worden opgebracht
door de laagst bezoldigden.
Spreekster hoopt dat er ooit een doorstromingsdwang
van kracht kan worden, maar men heeft ter zake natuur
lijk ook te maken met de huurbescherming. Zij weet niet
of de huurbescherming wel altijd zo uitpakt als men
graag zou willen. Er zijn bepaalde groepen die bepaald
niet beschermd behoeven te worden, in die zin dat zij
kunnen blijven wonen in de woningen waarin zij wonen.
Je zou hen er eigenlijk wel met een stok uit willen kun
nen jagen, aldus spreekster, maar zo ver zijn wij nog niet
en ik weet ook niet of wat ik nu zeg wel helemaal goed
is. Zij zou graag zien dat alle mensen kunnen wonen in
de woning die bij hun inkomen past.
De heer PIEREN constateert, dat het hem in eerste in
stantie niet is gelukt zijn gedachtengang goed onder
woorden te brengen. In verband hiermede wil hij het
door hem in eerste instantie gehouden betoog nu even
aanvullen.
Toen spreker in eerste instantie stilstond bij de vraag
of men medewerking zou moeten blijven verlenen aan
het aankopen van voor de woningbouw bestemde gron
den, heeft hij gedoeld niet op de grondprijs, maar op
de wetenschap dat in de toekomst op deze gronden
ook weer huizen zullen worden gebouwd waarvan de
huren zeer hoog zullen zijn.
De kwestie van het in erfpacht uitgeven van gronden en
de kwestie van de nationalisatie van het grondbezit
heeft spreker in eerste instantie gewoon betrokken bij
zijn gedachtengang met betrekking tot de vraag hoe tot
goedkope woningen zou kunnen worden gekomen.
Met betrekking tot de huren zijn door een aantal woord
voerders de bouwkosten naar voren gebracht, waarbij
met name ook over de loonkostenis gesproken. Voor
zover men daarmede heeft willen suggereren, dat de
bouwvakkers de schuld van de hoge huren zijn, zou
spreker erop willen wijzen dat de heren aannemers, ar
chitecten, betonadviseurs, andere adviseurs enz. ook wel
van rekenen weten en bepaald niet uit liefdadigheid wer
ken. Men moet nooit alleen de bouwvakarbeiders de
schuld geven. Men moet bij een bepaald orgaan maar
eens informeren naar de gemiddelde loonindexering van
de Nederlandse bouwvakarbeiders. Er wordt aan de
bouwvakarbeiders heus niet aan de lopende band zwart
loon betaald. Spreker zou loonposten kunnen aanwij
zen ten aanzien waarvan er door rangeninflatie en der
gelijke veel meer van het betalen van zwart loon sprake
is dan in de bouwsector, maar hierover wil hij het nu
verder niet hebben.
Men zal met elkaar moeten trachten in de komende
maanden wegen te vinden om te komen tot wat goed
kopere woningen, bijv. geprefabriceerde woningen.
De PAK-fractie blijft tegen de onderhavige grondverko-
pen.
De heer LEVINGA zou de doorstroming een idee-fixe
willen noemen. In 1971 zijn er in Soest 44 doorstro-
mingsgevallen geweest. Het is voor spreker nog de
vraag hoeveel van deze gevallen toevallige verhuizingen
betroffen waarbij de betrokkenen even de doorstro
mingspremie hebben opgestreken. Als het 44 echte
doorstromingsgevallen zijn geweest, zet het nog geen
zoden aan de dijk. Als er in dit opzicht geen verande
ring komt, zal de doorstroming beslist geen soelaas bie
den.
De heer GRIFT zou graag vernemen of de heer Jonker
met diens opmerking betreffende de slechte arbeidspro
ductiviteit in de bouw heeft gedoeld op de bouwvakar
beiders, op de aannemers of op de opzetjes waarmede
in de bouw wordt gewerkt. Als de heer Jonker het oog
heeft gehad op de bouwvakarbeiders, zou spreker hem
erop willen wijzen, dat men in de krant heeft kunnen
lezen dat er ondanks het feit dat er geen aanwas van
bouwvakarbeiders is geweest, verleden jaar 10.000 wo
ningen meer zijn gereedgekomen dan in het jaar daar
vóór. De bouwvakarbeiders zijn niet de slechtst betaal
den, maar zij zijn ook lang niet de best betaalden en qua
verzorging kan men beter in een fabriek werken dan
dat men de hele dag in weer en wind in de bouw werk
zaam is.
De heer JONKER wil graag toelichten wat het begrip
arbeidsproductiviteit inhoudt. Het is helemaal niet spre
kers bedoeling geweest om te zeggen, dat de bouwvak
arbeiders niet hard genoeg zouden werken. Wel heeft
hij willen wijzen op het feit dat men met betrekking
tot industriële arbeid in fabrieken en dergelijke veel
meer mogelijkheden tot mechanisatie en automatise
ring heeft dan in de bouw. Door die mechanisatie en
automatisering kan het aantal mensen in relatie tot het
aantal machines kleiner worden. In de bouw, waarin ge
spreid over allerlei arbeidsplaatsen en onder moeilijke
omstandigheden gewerkt moet worden, is dat veel las-