berg is binnengekomen, waarin bet college wordt ge
vraagd om het voorstel, de naamgeving van de Van
Maarenstraat te wijzigen in Van Maarenplantsoen,
tijdelijk in te trekken en alsnog eens te willen onder
zoeken welke naamswijziging van de Van Maaren
straat de voorkeur heeft. De wijkraad heeft hierbij
niet aangegeven waar en bij wie het college zou moe
ten onderzoeken. Dat moet kennelijk niet gebeuren
bij de wijkraad, want die heeft zich zelf geen oordeel
gevormd; menheeft er in de wijkraad kennelijk niet
over gestemd, want dat staat niet in de brief.
Gisteravond is er van de kant van de gemeente een
bliksemonderzoek geweest bij de nieuwe bewoners
aan de Van Maarenstraat. Dat onderzoek heeft zich
uitgestrekt tot 24 adressen. Ui t die enquête is geko
men, dat 8 bewoners zich hebben uitgesproken voor
Van Maarenstraat, dat 9 bewoners zich voor Van Maa
renplein hebben uitgesproken; dat 1 bewoner zich
voor Van Maarenplantsoen heeft uitgesproken; dat 3
bewoners geen mening hadden en dat 3 bewoners
niet thuis waren.
De heer KORTE deelt mede dathet bestuur van de
betrokken woningbouwvereniging dinsdagavond j.1.
ook een enquête heeft ingesteld bij de 24 nieuwe be
woners. Het resultaat van dat onderzoek was dat 6
bewoners geen mening hadden, dat 11 bewoners zich
uitspraken voor Van Maarenplein, dat 1 bewoner
zich uitsprak voor Van Maarenstraat en dat 6 bewo
ners zich uitspraken voor Van Maarenplantsoen.
De heer BLAAUW zegt dat hij er persoonlijk geen
probleem mee heeft welke naam het wordt. Dit
neemt niet weg dat hij er blij mee is, dat de raad
vanavond zo goed kan worden voorgelicht met be
trekking tot deze aangelegenheid.
Spreker zal graag vernemen of de ter inzage gelegde
tekening de laatste nieuwe tekening is. Hij meent dat
dit de tekening is die in eerste instantie is gemaakt en
die meer een pleinidee geeft, doch dat er later bij ge
meentewerken een beter idee is gekomen waardoor
meer het plantsoenidee is ontstaan.
De heer KORTE; De bewoners weten het wel.
De heer BLAAUW: Ja, zij wel.
De heer KORTE: Zij moeten er wonen.
De heer BLAAUW: Ik heb al gezegd dat ik er niet
mee zit.
Wethouder DE HAAN: De oude tekening is ter inza
ge gelegd. Er is ook een tekeninginet groen in het
midden.
De heer BLAAUW: Dat geeft meer het plantsoenidee.
Wethouder DE HAAN: Ja. Vandaar dat wij voorstel
len om deze straat de naam Van Maarenplantsoen te
geven.
De heer BLAAUW: De ter inzage gelegde tekening
klopt dus niet.
Wethouder DE HAAN: Nee, die is verwarrend.
De heer BLAAUW: Kennen de bewoners de laatste
tekening?
De heer KORTE: De bewoners weten er alles van. Zij
hebben de tekening gezien.
De VOORZITTER stelt voor dat de raad dit voorstel
niet aanhoudt, maar, om de betrokken bewoners te
geneven, vanavond een beslissing neemt.
De heer PIEREN mist in het voorstel van het college
een zinnetje dat aangeeft, dat de wijkraad Soesterberg
is gehoord en dat de wijkraad een advies heeft gegeven.
Spreker zal graag vernemen of het college om advies
van de wijkraad heeft gevraagd. Voorts zal hij graag
vernemen wanneer de zoeven door de voorzitter be
doelde brief van de wijkraad bij het college is binnen
gekomen.
De VOORZITTER merkt op dat het voorstel niet aan
de wijkraad is voorgelegd. In de vorige raadsvergade
ring is naar voren gebracht, dat er met spoed een naam
voor de Van Maarenstraat moest komen. Toevallig
kwam kort daarna de straatnaamcommissie bijeen, die
toen dit punt heeft behandeld. Omdat nu eenmaal de
straatnaamcommissie zo specifiek voor deze soort van
zaken is, heeft het college er niet aan gedacht ook de
wijkraad om advies te vragen; bovendien is het erg
snel gegaan, want de zaak moest al in deze raadsverga
dering aan de orde komen.
Kennelijk heeft dat de wijkraad toch gespeten. Achter
af blijkt dat het wel mogelijk was geweest de wijkraad
om advies te vragen, want er is inmiddels een vergade
ring van de wijkraad geweest nadat deze enige maanden
niet had vergaderd. De wijkraad is uit zich zelf met de
meerbedoelde brief gekomen. Hij is, helaas, niet met
een advies, doch alleen maar met het verzoek om aan
houding van het voorstel van het college gekomen.
De heer PIEREN zegt dat hij het voorstel van de wijk
raad wil ondersteunen. Hij stelt voor dat het voorstel
van het college wordt aangehouden en om nader ad
vies naar de wijkraad wordt gezonden.
De heer BLAAUW meent dat de wijkraad verleden
week min of meer tot overeenstemming is gekomen
ten aanzien van de naam Van Maarenplein.
De VOORZITTER zegt dat het prettig zou zijn ge
weest als de wijkraad, die er wel over heeft gesproken,
duidelijk zijn mening kenbaar had gemaakt. Maar de
wijkraad heeft het college slechts geschreven:
"Bij punt 20 van de agenda van de vergadering van de
gemeenteraad op donderdag 20 april is door uw col
lege aan de raad voorgesteld de naam Van Maaren
straat te wijzigen in Van Maarenplantsoen. Deze
straatnaamswijziging is in de openbare vergadering van
de wijkraad Soesterberg d.d. 13 april j.1. ter discussie
geweest. Uit deze bespreking is gebleken, dat een wij
ziging van Van Maarenstraat in Van Maarenplein bij
verschillende leden de voorkeur zou hebben. De wijk
raad Soesterberg verzoekt u het voorstel tot wijziging
van de straatnaam Van Maarenstraat in Van Maaren
plantsoen tijdelijk in te trekken en alsnog eens te wil
len onderzoeken welke naamswijziging van de Van
Maarenstraat de voorkeur heeft".
De wijkraad is dus niet tot een uitspraak gekomen. In
de brief is alleen gesproken van "verschillende leden";
dit kunnen er twee of drie zijn.
De heer VAN POPPELEN wijst erop dat in de veror
dening van de wijkraad staat, dat het mogelijk is dat
tijdens de raadsvergadering leden van de wijkraad de
gemeenteraad informeren. Spreker meent te weten,
dat er op het ogenblik een lid van de wijkraad op de
publieke tribune zit. Hij vestigt er de aandacht op, dat
als dit inderdaad het geval is en dat lid bereid is om
wat verheldering in de zaak te brengen, de gemeente
raad wellicht meteen een besluit zou kunnen nemen.
De VOORZITTER vraagt of het op de publieke tri
bune aanwezige lid van de wijkraad bereid en in staat
is om het oordeel van de wijkraad over het onderhavi
ge punt te geven.