gebruik van het gebouw niets betaald, terwijl dat ge
bouw bovendien nog gratis wordt verwarmd. Men zit
dus voor niets op de eerste rij. Door de vorige burge
meester is enkele jaren geleden bij een afdelingsonder-
zoek eens gezegd dat tot dat moment het noodzake
lijkste aan dit gebouw was gedaan en dat er verder
niets zou gebeuren voordat er een regeling zou zijn die
dit gebouw exploitabel zou maken. Natuurlijk zijn in
de loop van de sindsdien verstreken tijd wel wat ver
beteringen aangebracht, naar spreker aanneemt ook
door de gebruikers zelf, wat op zich lofwaardig is. Hij
verlangt echt niet dat de beheersverordening thans al
in kannen en kruiken zal zijn, maar vraagt wel of het
college hem kan toezeggen dat met de gebruikers een
regeling zal worden getroffen volgens welke er huur
zal worden betaald. Hij kan zich herinneren dat er in
Soesterberg bij een aantal woningflats een dependan
ce werd gebouwd voor de Stichting Dorpshuis i.o. Dat
gebouw moest men toen huren voor f. 4.800,— per
jaar; daarvoor had men ook twee flats kunnen huren
en die had men veel liever gehad. Het gebouw St. Jo-
seph wordt echter nog steeds om niet beschikbaar ge
steld.
De heer JOOSTEN zou op grond van een lange histo
rie allerlei dingen naar voren kunnen brengen, maar
wil dat niet doen. De heer Verheus heeft gememo
reerd dat de beheerscommissie thans onder de voor
treffelijke leiding van de heer Van Logtenstein werkt.
Spreker neemt zonder meer aan dat die leiding voor
treffelijk is, maar van de beheersverordening op zich
klopt niets. Daarmee valt niet te werken; de fractie
heeft haar standpunt te dien aanzien al eerder naar vo
ren gebracht.
Wat de heer Verheus zei over de verwarming lijkt spre
ker onjuist. Hij gelooft niet dat de verwarmingskosten
bij het bedrag van post 7.04 zijn inbegrepen.
De heer VERHEUS: Er wordt gesproken over het tref
fen van noodzakelijke voorzieningen inclusief verwar
ming. De verwarming hoort er dus bij.
De heer JOOSTEN hoopt dat de heer Verheus zich
ook nog andere gevallen herinnert, bijv. het verkeers-
gebouwtje van de V.V.V. Dat is gemeentelijk eigen
dom, dat wordt verhuurd aan de V.V.V. Die vereni
ging verhuurt het weer onder en spreker schat nu dat
de huur die zij ontvangt ongeveer het dubbele is van
de huur die zij aan de gemeente betaalt. Hij is het met
de heer Verheus eens dat ten aanzien van het gebouw
St. Joseph een goede regeling moet worden getroffen,
maar hoopt wel dat de heer Verheus ten aanzien van
andere gebouwen dezelfde eisen zal stellen.
De heer VERHEUS: Dat doe ik ook!
De heer BLAAUW is niet van plan hierover veel te
zeggen. Hij is indertijd min of meer geforceerd door
de raad in de beheerscommissie benoemd en is nog
steeds dankbaar dat de heer Van Logtenstein daar
met 3 tegen 2 stemmen tot voorzitter is gebombar
deerd. Er zijn enige problemen, maar de beheerscom
missie kan in vijf vergaderingen natuurlijk niet zo veel
doen als zij eigenlijk had gewild. Een en ander verloopt
nog wat stug, terwijl het wederzijds begrip en het we
derzijds vertrouwen er nog niet helemaal zijn. Men
hoopt dit binnenkort met elkaar uit te praten; de heer
Van Logtenstein heeft hierover nog deze week een ge
sprek met een aantal leden van het bestuur van Arti
shock Men moet bedenken dat men hier met mensen
werkt die graag veel dingen willen doen en daarvoor
graag veel subsidie willen hebben, maar die niet bereid
zijn enige inmenging van de raad of van burgemeester
en wethouders te dulden. Daar ligt het struikelblok. Hij
wil de raad thans niet vermoeien door te spreken over
alle pogingen die al zijn ondernomen, maar als het nog
even zo doorgaat, stapt hij er wel uit.
De heer DIJKSTRA kan de raad met betrekking tot
de beheerscommissie weinig nieuws vertellen, want
twee leden van de raad hebben daarin zitting en het
college pleegt voortdurend overleg met die commissie.
Dat het niet vlot gaat met de commissie is bepaald niet
te wijten aan de heren Van Logtenstein en Blaauw.
In de commissie bestaat echter een duidelijk verschil
van mening over de mate waarin Artishock in dit ge
heel zal meespelen. De raad heeft het college indertijd
gevraagd een beheersverordening in te voeren en deze
bestaat thans ook. Op basis van artikel 61 van de ge
meentewet wordt zodoende de gehele ingebruikgeving
geordend. Het is niet langer de gemeente of het colle
ge dat zich hiermee bemoeit, maar het is nu een com
missie ex artikel 61 die het gebouw verhuurt. Wanneer
het verschil van mening echter niet wordt opgelost,
zal het college geen ogenblik aarzelen om bepaalde
dwingende voorschriften te geven. Het wacht hierme
de echter nog totdat het van de voorzitter van de com
missie zal vernemen dat dit noodzakelijk is.
Dat Artishock gratis in dit gebouw zit, is het gevolg
van de wijze van ingebruikgeving in 1968, want toen
is het gebouw voorlopig om niet in gebruik gegeven.
Daar tegenover heeft het gemeentebestuur gezegd er
op te rekenen dat Artishock zou zorgen voor het ge
heel van een sociaal-cultureel centrum. Dit gebeurt
ook bepaald wel; dat is de keerzijde van de medalje,
waarop spreker graag even de aandacht vestigt. Het
gezelschap dat van het gebouw gebruik maakt, zit dus
niet alleen te hinderen en verder alleen plezier te ma
ken, zeker niet. Men vervult in deze gemeente een zeer
positieve functie en men geeft daar alle inhoud aan.
De VOORZITTER heeft thans goed van de heer De
Groot begrepen dat ook hij vindt dat de bossen in een
redelijke toestand verkeren. Alleen vraagt hij zich af,
wanneer hij de bedragen die particulieren voor het on
derhoud van hun bossen uitgeven vergelijkt met die
welke de gemeente daarvoor uitgeeft, of voor dit be
drag de bossen niet nog beter zouden kunnen worden
verzorgd of dat bij een zelfde verzorging het bedrag
niet wat minder zou kunnen zijn. Dit lijkt spreekster
een vraag die in de toekomstige commissie voor het
bosbezit aan de orde zal moeten komen.
De heer JOOSTEN vindt het juist dat de heer Blaauw,
die zegt geforceerd in de beheerscommissie te zijn
gekomen, van plan is er uit te stappen, want als men
geforceerd ergens zit, is dat niet plezierig.
De wethouder heeft gezegd dat de moeilijkheden in
de beheerscommissie niet te wijten zijn aan de heren
Van Logtenstein en Blaauw, Spreker is het daarmede
eens. Die moeilijkheden zijn te wijten aan de kame-
leon-achtige hinkstapsprongen die de wethouder
heeft gemaakt bij de totstandkoming van die beheers
verordening.
De VOORZITTER: Die verordening is toch vastge
steld door de raad?
De heer JOOSTEN: Ik doel op het vooroverleg bij
de totstandkoming er van.
De VOORZITTER meent dat het daar nu niet om
gaat. Het gaat uiteindelijk om datgene dat de gemeen
teraad uiteindelijk heeft aangenomen, Zij maakt er
bezwaar tegen dat de indruk wordt gewekt dat er bij
214