zouden kunnen zijn, kan spreker thans niet concreet
beantwoorden. Hij weet niet uit zijn hoofd hoeveel
aan elke deelnemer voor elke cursus wordt gevraagd.
De VOORZITTER zal ingaan op enkele vragen die
over de bibliotheek zijn gesteld. De heer Oldenboom,
die tot zijn spijt de vergadering moest verlaten, heeft
maandagavond gevraagd of van de huisvesting van de
bibliotheek niet een aparte Exploitatie zou kunnen
worden gemaakt, iets waarbij de-heer Joosten zich
heeft aangesloten. Als men de begroting van de
bibliotheek bekijkt en ziet wat er voor subsidies wor
den gegeven, constateert men dat er een extra subsi
die van f. 82.000,- wordt gegeven, omdat de gemeen
te alle kosten van rente en aflossing van dit gebouw
voor haar rekening heeft genomen. Of men dat bedrag
ergens anders uit haalt, maakt natuurlijk niets uit,
want buiten de normale subsidies van rijk en gemeen
te voor de bibliotheek betaalt de gemeente al de rente
en de aflossing van de huisvestingskosten. Toevallig
zijn die huisvestingskosten in Soest nogal hoog, om
dat het hoofdgebouw pas een jaar of zes geleden is
gebouwd. Als men dit gaat vergelijken met een biblio
theek elders die in een heel oud gebouw is gehuis
vest, wordt dat altijd een scheve vergelijking.
Men heeft gezien dat het college de raad voorstelt
om voor het tekort van f. 80.000,- van de bibliotheek
dit jaar f. 50.000,- extra toe te kennen, zodat er nog
een tekort van f. 30,000,- overblijft. Spreekster meent
dat men het in eerste instantie aan het bibliotheekbe-
stuur moet overlaten om te bekijken hoe de begroting
van de bibliotheek kan worden gedrukt, zodat die
f. 30.000,— uit de hoge hoed te voorschijn zullen ko
men. Of dat kan door te bezuinigen op de service, is
een zaak waarover dat bestuur zich zal moeten buigen.
Wat het boekenbezit betreft: Er was gerekend op ver
vanging van 7500 boeken, 1/5 deel van het boekenbe
zit a f. 15,—. Soms is het een echte vervanging van een
boek en soms wordt een boek dat al zo'n zeven jaar
wordt gebruikt eens goed opgeknapt, maar ook dat
kost dan zo'n f. 15,—. Wil men nu dat tekort van
f. 30.000,- verminderen, dan zal er wellicht op de
service moeten worden bezuinigd. Een tijd geleden is
het apparaat van de bibliotheek grondig doorgelicht,
waarna een gedeelte van het werk is geautomatiseerd.
Volgens een rapport van de provinciale inspectrice
ligt de productiviteit per personeelslid hier heel hoog,
zodat daarop niet veel meer zal kunnen worden be
zuinigd. Men zou zich wel kunnen afvragen of men,
als er eens een assistente weg gaat, wel een nieuwe zal
aantrekken, maar laat men dit dan na, dan betekent
dit een vermindering van de service. Het bestuur zal
dit moeten bekijken. Als men het daarin niet kan vin
den, zal men gewoon moeten zeggen: Als wij geen
f. 30.000,- kunnen besparen, kunnen wij geen 7500
boeken vervangen, maar slechts 5500 boeken.
Bij het afdelingsonderzoek is de vraag gesteld of het
tekort met betrekking tot het boekenbezit wordt in
gehaald. Een aantal van 50.000 boeken lijkt op het
eerste gezicht verschrikkelijk veel, maar voor een ge
meente met 40.000 inwoners is dit toch te weinig;
het zouden eigenlijk 100.000 boeken moeten zijn.
Het tekort dat men in dit opzicht heeft, haalt men
op deze manier nooit meer in. Spreekster put nu enige
hoop uit het feit dat op de begroting van het ministe
rie van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk de
post subsidies aan bibliotheken nogal wat is opgevoerd.
Bovendien is het de bedoeling dat, als de nieuwe
bibliotheekwet er ooit komt, de personeelskosten ge
heel door het rijk zullen worden gedragen. Als gemeen
te weet men echter nooit of men van zulke dingen be
ter of slechter wordt; het blijft voorlopig nog hopen.
Wethouder DIJKSTRA kan nog zeggen dat de gemeen
te leergeld heeft betaald met het opheffen van het fili
aal. Daarmede is wel een bepaalde besparing bereikt,
maar vanwege het wegvallen van de subsidie daarvoor
heeft dit de gemeente uiteindelijk geen zier geholpen.
De VOORZITTER meent dat men zich ook kan af
vragen - maar dat mag niet - of f. 10,— per jaar per lid
voor het mogen lenen van zeven boeken per week in
vergelijking met andere contributies geen lachertje is.
Van het rijk mag men echter niet méér contributie
vragen. Het vorig jaar is mede op instigatie van wet
houder Dijkstra bij de contributie-inning een vriende
lijk briefje gevoegd waarin men werd verzocht een ex
tra bijdrage te geven. Spreekster meent dat dit nog
aardig wat heeft opgebracht.
Wethouder DIJKSTRA: Bijna f. 3.000,-.
De VOORZITTER vervolgt dat dit dit jaar wel weer
zal gebeuren, maar het blijft op deze manier een
moeizame zaak Het college kan de raad geen zinnig
voorstel doen hoe men hieruit moet komen. Alles bij
elkaar betaalt de gemeente voor de bibliotheek en de
schoolbibliotheek een bedrag van 4 1/4 ton.
De heer Levinga wilde het voorstel doen de subsidie
voor de natuurbeschermingswacht Eemland te verho
gen. Spreekster verzoekt de heer Levinga het goed te
vinden dat deze zaak nog eens in de commissie voor
de financiën aan de orde wordt gesteld, omdat er een
paar aspecten aan zijn die zich niet zozeer lenen voor
een behandeling in een openbare vergadering.
De heer LEVINGA: Akkoord.
De heer DE GROOT is wat ontdaan door de uiteen
zetting van wethouder Dijkstra over het muziekonder
wijs. Deze zei dat de tarieven niet verder kunnen wor
den verhoogd, omdat men al nagenoeg op de hoogte
zit van de tarieven van het particulier muziekonder
wijs. Als echter het voorgestelde bedrag voor het mu
ziekonderwijs moet worden betaald, komt dit er op
neer dat de gemeente per leerling nog eens f. 400,-
per jaar extra gaat betalen. Spreker gaat er van uit
dat degenen die particulier muziekonderwijs geven
daardoor hun boterham verdienen. Hij vraagt zich nu
af of de muziekschool zo'n inefficiënte zaak is dat
er, hoewel men vrijwel dezelfde tarieven berekent,
nog f. 400,- per leerling bij moet. In dat geval zou
men de muziekschool beter kunnen opdoeken en de
leerlingen verwijzen naar de particuliere muziekonder
wijzers. Die f. 400,- per leerling, die de gemeente er
eigenlijk voor niets op toelegt, kan dan worden be
spaard en aan iets anders worden besteed.
Wethouder DIJKSTRA: De kwaliteit van het muziek
onderwijs dat gegeven wordt, is hoog.
De heer DE GROOTAls de kwaliteit hoger is, is er
in elk geval een rechtvaardiging voor een verhoging
van de tarieven, want dan biedt men immers meer.
Het argument dat men met de tarieven aan het pla
fond zit, is dan ongeldig.
De heer JOOSTEN geeft te kennen dat zijn fractie
niet zou willen dat een subsidieverordening tot ver
starring zou leiden, zoals wethouder De Haan zei. Zij
wil alleen dat de subsidieverlening overzichtelijker en
gemakkelijker te beoordelen wordt. De fractie hand
haaft dan ook haar voorstel burgemeester en wethou
ders te verzoeken een algemene subsidieverordening
voor te bereiden.
226