zo er problemen zijn, bijzonder graag rehabiliteren, Zij was er dan ook bijzonder op gebrand, dat haar het onderhavige project zou worden gegund en ze had dermate concurrerend willen inschrijven, dat waar schijnlijk niemand anders een kans gemaakt zou heb ben. Spreker meent dat de gemeente daardoor een voordeel had kunnen behalen waardoor aan de ge meentebegroting wat meer ruimte had kunnen wor den gegeven. Bij brief van 23 november heeft de firma het college gevraagd of het wilde mededelen waarom zij niet heeft mogen inschrijven. De firma meende nl. nog steeds, dat die reden in de problemen tussen de gemeente en haar heeft gelegen. Daarop is van de kant van de ge meente met een nietszeggende brief, met een dooddoe- nertje geantwoord. Spreker betreurt het dat die brief niet bij de voor de raad ter inzage gelegde stukken heeft gelegen. In die brief worden de advertentie en de manier van inschrijven aangehaald en wordt ten slotte gesteld: Nu bij de gevolgde procedure uitdruk kelijk is gesteld, dat over de aanmelding en selectie geen correspondentie mogelijk is, achten wij het niet juist dit alsnog te doen. Het college heeft hiermede volkomen gelijk, het heeft zich in de advertenties al ingedekt tegen dit soort dingen en behoeft de firma helemaal geen ant woord te geven. In verband hiermede vraagt spreker: Is het college van plan om in het openbaar, schrifte lijk of in een gesprek met de firma de redenen te ge ven waarom haar geen kans om in te schrijven is ge geven? De VOORZITTER: Nee. De heer BLAAUW: Is het college van plan om het in de toekomst weer zo te doen DE VOORZITTER: Ja. De heer BLAAUW: of wil het toch de Soester bedrijven een kans geven om in te schrijven? Spreker vestigt er de aandacht op, dat de Utrechtse Aannemersvereniging het hoogst ongebruikelijk vindt dat de gemeente Soest maar vijf aannemers heeft uit genodigd; gebruikelijk is dat tien a vijftien aannemers worden uitgenodigd. De heer VAN EE merkt op dat de procedure waarop het ingekomen stuk betrekking heeft, is uitgelegd aan de commissie openbare werken. Spreker, die uit het aannemersvak komt en ook met de aannemer in kwestie heeft gesproken, moet zeggen dat de tot nu toe door de gemeente gevolgde procedure juist is ge weest. Hij kan en wil hierbij niet ingaan op de meri tes van de wijze waarop de selectie in details is toege past; hij gaat ervan uit dat de selectie rechtlijnig en eerlijk gebeurt. Op een gegeven moment heeft spreker als mogelijk heid ingebracht een gang van zaken waarbij er niet al leen aanbiedingen betreffende een betonconstructie, maar ook aanbiedingen betreffende een staalconstruc tie, die in bepaalde gevallen goedkoper kan zijn, waar bij ook de mogelijkheid van doorbraak van afbraken bestaat, zouden kunnen worden gedaan. Hij stelt vast dat dit alles duidelijk met het college is doorgespro ken. Spreker is er alleen maar blij mee, dat een Soester aannemer in dezen een opdracht heeft gekregen Hij vindt het jammer dat de aannemer ten aanzien van wie de heren Smit en Blaauw nu het een en ander naar voren hebben gebracht, niet heeft getracht een aansluiting te vinden bij de anderen Want je kunt in de aannemerij nu eenmaal niet aan honderd mensen zeggen dat zij aanbiedingen kunnen doen. Als de ge meente dat wel zou doen, zou ze voor een onmoge lijke selectie komen te staan. Tot slot zegt spreker dat hij achter het college staat. De heer OLDENBOOM zegt dat hij er ernstig be zwaar tegen zou maken als het college van burge meester en wethouders zou ingaan op het verzoek van de heer Blaauw. Spreker meent dat burgemeester en wethouders als zij in het openbaar hun overwegin gen over de keuze van hun leverancier kenbaar zou den maken, zouden handelen tegen de goede zeden en hun positie als onderhandelingspartner ernstig zouden verzwakken. Hij wil hiertegen ernstig waar schuwen. De heer VAN POPPELEN onderschrijft de opmerkin gen van de heer Van Ee Spreker meent dat het niet juist is als er in de ge meenteraad met betrekking tot een aanbesteding over personen wordt gesproken, Het lijkt hem wel juist, dat er dieper op de procedure wordt ingegaan. Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT lijkt het goed de gevolgde procedure even wat na der onder de loep te nemen Spreekster heeft nl. be grepen, dat deze procedure niet voor iedereen duide lijk is geweest. De hele wijze van aanbesteden is volledig doorgepraat met de commissie openbare werken, zoals dat altijd gebeurt. In dit geval is de aanbesteding met vooraf gaande selectie (een vorm van openbare aanbesteding) gekozen. De heer De Goede heeft inderdaad voordien een brief tot gemeentewerken gericht met het verzoek om als er niet in het openbaar zou worden aanbesteed (dit heeft hij er uitdrukkelijk bij gezet), in aanmer king te mogen komen om te zamen met een open be groting de zaak uit te werken of te mogen deelne men aan een onderhandse aanbesteding. Daarop is aan de heer De Goede geschreven: Dat kan niet, want wij zijn inderdaad, zoals u ook veronderstelt, van plan om de zaak in het openbaar aan te besteden volgens het uniform aanbestedingsreglement De heer De Goede heeft vervolgens gewacht op de advertentie, In de advertentie die in de krant is ver schenen, is in extenso de wijze van aanbesteden uit eengezet De heer De Goede heeft daarop gerea geerd. Daarmede heeft hij zich akkoord verklaard met deze wijze van aanbesteden. Anders had hij op dat moment moeten zeggen: Ha, ho, dat gaat zo niet. Maar hij heeft gewoon ingeschreven zoals dat ge vraagd werd, met vermelding van de wei ken die hij uitgevoerd had. Daarmede heeft hij zich bewust on derworpen aan de selectie. Hij heeft heel goed gewe ten wat hij deed - natuurlijk in de hoop dat hij uitge kozen zou worden. Er zijn meet dan veertig inschrijvingen binnengeko men. Overeenkomstig de aanvankelijke bedoeling zijn er daaruit vijf gekozen voor het doen van een prijsopgave. Allen die daarvoor niet zijn uitgekozen, hebben precies dezelfde brief gekregen als de heer De Goede. Zij zouden allen even teleurgesteld kun nen zijn als de heer De Goede Enkelen van hen heb ben gereageerd met: Waarom ben ik niet uitgeko zen? In het antwoord dat zij daarop van de gemeen te hebben ontvangen, is uitdrukkelijk gewezen op de

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1973 | | pagina 22