wil zeggen even karakteristiek of niet karakteristiek
(dat hangt er maar van af hoe men die huizen wil be
oordelen).
Het is spreker gebleken dat de meerderheid van de
raad kiest voor de oplossing die voorligt. Op zich zelf
is die oplossing helemaal niet zo slecht. Spreker heeft
ook wel waardering voor hetgeen is tot stand ge
bracht. Het valt te betreuren dat de voorgeschiedenis
wat moeizaam is geweest. Men is thans duidelijk op
de goede weg.
De heer KORTE zegt, zich in eerste instantie kenne
lijk enigszins onduidelijk te hebben uitgedrukt. Het
was niet zijn bedoeling om iets te zeggen aan het
adres van degenen die voor hem het woord hadden
gevoerd. Wanneer dat zo is overgekomen, verontschul
digt hij zich daarvoor.
Hij verheugt zich over de duidelijke uiteenzetting van
mevrouw Walter. De betrokkenen weten na haar toe
lichting in ieder geval waar zij aan toe zijn.
De heer VAN POPPELEN herinnert eraan dat de voor
zitter heeft gezegd dat de kerstvrede kennelijk nog niet
in de raad was doorgedrongen. Vlak voor Kerst is
echter een oplossing bereikt waarover ieder tevreden
kan zijn. Het verdient aanbeveling dat deze tevreden
heid bewaard blijft.
De VOORZITTER: Mijn opmerking sloeg meer op
hetgeen de raadsleden tegen elkaar zeiden en niet spe
ciaal op dit onderwerp.
De heer VAN POPPELEN: Ik heb aan uw opmerking
een meer algemeen karakter gegeven.
Met betrekking tot het stuk wordt hierna besloten
overeenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemees
ter en wethouders is voorgesteld.
h. Brief d.d. 4 november 1973 van de heer C. Kruijff,
inzake kraken van woningen.
Besloten wordt te antwoorden overeenkomstig de
concept-brief van burgemeester en wethouders.
i. Controlerapporten van het Centraal Bureau voor
Verificatie en Financiële Adviezen van de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten.
j. Brief d.d. 7 november jl. van de Kunstenaarsvere
niging „Artishock", waarbij een afschrift wordt toe
gezonden van de brief aan burgemeester en wethou
ders omtrent de publiciteit van culturele manifesta
ties, alsmede het antwoord van burgemeester en wet
houders.
k. Brief d.d. 8 december 1973 van wethouder K. de
Haan, waarbij deze zijn brief van 7 december 1973
aan de heer C. Kruijff over het kraken van woningen
aan de Molenstraat aan u toezendt.
Deze stukken worden aangenomen voor kennisgeving.
De VOORZITTER deelt mede dat na het sluiten van
de agenda nog de volgende ingekomen stukken zijn
ingekomen:
1. Brief van november 1973 van de heer B. Joosten
aan de voorzitter van de raad der gemeente Soest.
De VOORZITTER zegt dat de inhoud van deze brief,
die niet is voorzien van een datum als volgt luidt:
„Geachte mevrouw,
Ik meen er goed aan te doen u te berichten dat naar
alle waarschijnlijkheid ik mijn raadslidmaatschap om
streeks april-mei 1974 zal moeten beëindigen wegens
vertrek uit de gemeente Soest.
Op het moment dat één en ander een meer definitieve
vorm heeft aangenomen, zal ik u hiervan direct in
kennis stellen.
Hoogachtend,
B. Joosten."
Op deze brief zal kunnen worden teruggekomen, wan
neer de plannen van de heer Joosten meer concreet
zijn geworden. Spreekster stelt daarom voor deze
brief thans voor kennisgeving aan te nemen.
De heer JOOSTEN zegt dat de brief reeds tijdens de
vorige raadsvergadering aan de orde had kunnen ko
men. Het lijkt er thans op of hij zijn brief na persbe
richten heeft verzonden.
De VOORZITTER zegt dat de brief tijdig voor de vo
rige raadsvergadering binnen was. Zij veronderstelt
dat de brief op haar bureau is blijven liggen, zodat de
brief vorige maand niet bij de ingekomen stukken is
gekomen.
Het stuk wordt aangenomen voor kennisgeving,
m. Brief d.d. 4 december 1973 van de C.D.A. en een
motie d.d. 31 oktober 1973 van de Wijkraad Soester-
berg over het groot onderhoud van gemeentewonin
gen.
De brief van de christen democratische partijen luidt:
„Aan de leden van de gemeenteraad, p/a het college
van burgemeester en wethouders, gemeentehuis te
Soest.
Er is op dit moment grote behoefte aan duidelijkheid
op het gebied van de plannen tot onderhoud en verbe
tering van de gemeentewoningen in de gemeente.
Wij stellen u voor zo snel mogelijk na het gereedko
men van de aangekondigde nota „Groot-onderhoud
van gemeentewoningen" een informatiebijeenkomst
te beleggen. Zonodig willen wij deze bijeenkomst gaar
ne organiseren."
De motie van de wijkraad luidt:
„De wijkraad Soesterberg;
in openbare vergadering bijeen op 31 oktober 1973;
gelezen de brief van burgemeester en wethouders d.d.
26 oktober 1973 en gehoord de voorstellen van de he
ren G.M.J. van Aalst en H.J. Bakker, leden van de
wijkraad, inzake het onderhoud en verbetering van
gemeentewoningen in Soesterberg;
overwegende, dat reeds verschillende malen in de wijk
raad over het onderhoud en de verbetering van de
gemeentewoningen is gesproken;
dat hierover ook reeds meerdere keren is gecorrespon
deerd met de raad der gemeente Soest en het college
van burgemeester en wethouders; dat het zeer ge
wenst is, dat met het opmaken van een totaalplan voor
het onderhoud en verbetering van gemeentewoningen
te Soesterberg de meeste spoed wordt betracht;
VERZOEKT:
burgemeester en wethouders een totaalplan inzake on
derhoud en verbetering van gemeentewoningen vóór
20 januari 1974 om advies aan de wijkraad Soesterberg
te willen toezenden en gaat over tot de orde van de
dag."
Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT
zegt reeds tijdens de behandeling van de begroting
1974 een antwoord te hebben gegeven. De aangekon
digde nota is inmiddels gereed. Zij moet nog worden
bestudeerd door het college. Er moeten nog wat finan
ciële gegevens worden overgelegd. Het ligt in de be
doeling dat de nota ook wordt besproken in de com
missie openbare werken en de financiële commissie.
234