k overeen-
s gevraagd
oordt,
ïbouw
r finan-
ïoud. Er
1 geheel
t financië-
1 worden
ekeurige
ch op dit
binnen-
ven en dat
ijk zuiver
dingetjes
e leden 5
lijk uitein-
vil voor-
„In ge-
:igen ver-
:en lid,
wijzigen
„In het ontwerp staan zaken die ik betreur, omdat
met veronachtzaming van vroegere afspraken weer
van alles is opgenomen, dat met het beheer van het
gebouw niet zo veel te maken heeft."
Er is toen ook gesteld, dat men in een van de komen
de raadsvergaderingen de gelegenheid zou krijgen om
hierop uitvoerig in te gaan. Nu dit moment voor spre
ker is aangebroken, wil hij er gaarne gebruik van ma
ken.
Spreker stelt vast dat het voorstel nog steeds getuigt
van een veel te zwaarwichtige opzet.
Dat uit de ontwerp-verordening zoals ze nu is voorge
legd de leden e en f van artikel 3 zijn weggelaten, is
uiteraard een verbetering; wat daarin stond over sti
muleren, organiseren en adviseren sloeg nergens op in
het kader van de voorgestelde beheerscommissie voor
het onderhoud van het gebouw.
Het bedroeft spreker dat er aan het initiatief van zijn
vroegere fractiegenote mevrouw Walma van der Mo
len in de culturele commissie en de brief van de cultu
rele commissie die daarop gebaseerd was, vrijwel vol
ledig is voorbij gegaan. Uiteraard moet een en ander
in een juridisch aanvaardbare vorm worden gegoten,
doch naar de mening van sprekers fractie zou een pri
vaatrechtelijke overeenkomst de aangewezen oplos
sing voor de regeling van het onderhoud van het ge
bouw zijn.
Spreker vindt Artishockgebouw een aardiger en meer
eigentijdse aanduiding dan de door het college nog
steeds gehanteerde naam St. Josephgebouw, die bo
vendien verwarring oproept met een ander gebouw
aan de grote weg dat wat meer de kant van het ge
meentehuis uit ligt.
Hij is niet zo erg onder de indruk van hetgeen de
heer Hoekstra zoeven stelde over huren, want die
huren waren ook in het aan het gemeentebestuur
overgelegde accountantsrapport uitvoerig gespecifi
ceerd en opgenomen en hij ziet eigenlijk geen princi
piële verschillen met de bedragen uit cursusgelden,
die bovendien een veelvoud van de huurbedragen vor
men, evenals de subsidiebedragen. De huurbedragen
vormen slechts een klein onderdeeltje in het geheel
en hij ziet niet in, dat wegens deze bedragen de com
missie zich ook met andere zaken dan alleen het on
derhoud zou moeten bezighouden.
Sprekers fractie begrijpt niet waarom er na twee a
drie jaar wachten nu ineens zo'n haast moet worden
gemaakt, dat nader overleg met Artishock en de cultu
rele commissie ineens niet meer mogelijk zou zijn.
Van de zijde van Artishock is men gaarne tot nader
overleg bereid, zoals uit de brief van de voorzitter
van Artishock van 8 februari jl. blijkt. Behandeling
in de raadsvergadering van hedenavond is naar de
mening van de fractie voorbarig. Aanhouden van het
voorstel voor nader overleg lijkt haar de enige moge
lijkheid.
Mevrouw KORTHUIS-ELION zegt dat zij zowel in
de culturele commissie als in de financiële commissie
al uitvoerig heeft uiteengezet waarom zij tegen de
nu voorgestelde vorm van beheersverordening is. Zij
is tegen deze vorm, omdat zij hem veel te formalis
tisch en ondoelmatig vindt. Zij meent dat het gemeen
tebestuur inzicht in de financiën van Artishock, o.a.
zoals de heer Hoekstra heeft behandeld, krijgt via de
subsidieverlening aan Artishock, aangezien daaraan is
verbonden dat er aan het gemeentebestuur een uit
voerig accountantsrapport moet worden overgelegd.
In dat rapport ziet men ook wat er ontvangen wordt,
hoeveel subsidie Artishock nodig zou hebben en hoe
de subsidiegelden worden gebruikt. Daar is spreek
ster tenminste van uitgegaan. Naar haar mening moet
het gemeentebestuur niet proberen dergelijke dingen
via het onderhoud van het gebouw aan de weet te ko
men. Dat lijkt haar gewoon niet juist.
Het onderhoud zelf zou veel beter door een kleine ad
viescommissie of door een goed in elkaar gezette on-
derhoudsovereenkomst geregeld kunnen worden, zodat
er niet vijf mensen bij elkaar moeten komen om de
desbetreffende problemen te bezien.
Het is spreekster opgevallen dat de culturele commis
sie en de het meest bij de zaak betrokken wethouder
er de voorkeur aan geven, dat de verordening zoals ze
nu voorligt niet tot stand komt. Hetgeen de wethou
der in dit verband heeft gezegd kwam, als spreekster
het met haar eigen woorden vertaalt, hierop neer: Ik
was ertegen,maar ik heb mij er in een soort van colle
giale verbondenheid met het college bij neergelegd.
In verband hiermede zou spreekster gaarne van het
college een argumentatie horen waaruit blijkt welke
de redenen waren waarom het college in afwijking
van het advies van de betrokken wethouder en de cul
turele commissie toch het nu voorliggende voorstel
heeft gedaan. De culturele commissie heeft wel een
antwoord van de kant van het college gekregen, maar
daarin stond alleen: Wij zijn het er niet mee eens, wij
vinden de verordening die de culturele commissie
voorstelt niet geschikt en daarom gaan wij toch door.
Daarin stond niet een pleidooi voor de nu voorgestel
de beheersverordening. Spreekster zou, ongeacht wat
er met de voorgestelde beheersverordening of welke
beheersvorm dan ook gaat gebeuren, ontzettend
graag zo spoedig mogelijk een gedegen rapport over
de huidige toestand van het gebouw ontvangen. Er
wordt steeds over gepraat dat het gebouw indertijd
maar voor vijf jaar mee zou kunnen en dat het dan
in puin zou vallen. Nu gaat men het evenwel rustig
onderhouden alsof het nog voor de toekomst een be
staan heeft. Daarom zou zij er gewoon zakelijk over
gei'nformeerd willen worden hoe het met het ge
bouw staat en wat voor toekomst er in het gebouw
zit.
De heer PIEREN zegt dat hij wel een beetje is ge
schrokken van de opmerking van mevrouw Korthuis
dat de wethouder die verantwoordelijk is voor de
verordening, in feite tegen de verordening zou zijn.
De VOORZITTER: Nee, dat was een vergissing.
De heer PIEREN: O. Ik hoop dat het inderdaad een
vergissing is. Maar mevrouw Korthuis heeft toch ook
een gezond verstand en hetgeen in de culturele com
missie is besproken, zal zij toch heus niet zo verkeerd
uitleggen. En dan moet ik de wethouder erop wijzen,
dat hij altijd nog de gelegenheid heeft om een minder
heidsnota of iets dergelijks in te dienen, want voor
dergelijke dingen moeten we toch wel oppassen.
Voortgaande zegt spreker dat zijn fractie zich volko
men aansluit bij hetgeen de heer Hoekstra naar voren
heeft gebracht en dat zij zich achter het voorstel van
het college schaart.
Indertijd, toen ook de subsidie aan Artishock aan de
orde kwam, heeft sprekers fractie gesteld: Denk er
om, u krijgt op een gegeven moment in de toekomst
nog wel eens meer van deze problemen en u zult op
een gegeven moment deze zaken op brede basis moe-
25