II 15, waarin staat dat alle bevoegdheden in het kader van deze regeling die niet aan een ander orgaan zijn opgedragen, tot de gewestraad behoren. De voorzitter heeft al de huisvuilophaaldienst genoemd, maar zijn ook nog andere zaken aan te geven? De VOORZITTER: De brandweer en de hulpverle ningsdiensten. De heer VAN POPPELEN vervolgt dat het inschake len van externe adviseurs veel geld kost, maar dat de gemeenten tot nog toe niet aan de adviezen gebonden zijn. Zo is ten aanzien van de woningbouw geadvi seerd 40% woningwetwoningen, 40% premiewonin gen en 20% woningen in de vrije sector te bouwen. Soest heeft zich daaraan aardig gehouden, maar er zijn ook gemeenten die zich daaraan niet hebben ge stoord. Sprekers vraag is nu of de gemeenten, als het gewest rechtspersoonlijkheid verkrijgt, wél aan ge maakte afspraken zijn gebonden. Mevrouw ORANJE-ENTINK memoreert dat de voor zitter heeft gezegd dat de onder artikel 56 bedoelde belastingen moeten worden gerelateerd aan wat in ar tikel 277 van de gemeentewet staat en dat het eigen lijk rechten voor bewezen diensten betreft. Kan de formulering van artikel 56 daarmede niet in overeen stemming worden gebracht? Iedere burger vliegt te genwoordig nl. tegen het plafond op als hij het woord „belasting" hoort of leest. Er kan derhalve beter wor den gesproken over rechten voor bewezen diensten. De VOORZITTER merkt op dat zij al is ingegaan op de opmerking van de heer De Groot. De heer Van Poppelen kan zij antwoorden dat artikelen als artikel 12, waarin over geheimhouding wordt gesproken, niets nieuws zijn, want zij staan ook in de gemeente wet. Men moet zulke artikelen wel hebben, maar men moet ze zo weinig mogelijk gebruiken. Voorts kan spreekster de heer Van Poppelen met betrekking tot artikel 15 zeggen dat het gewest bevoegdheden zal kunnen uitoefenen ten aanzien van bijvoorbeeld een gemeenschappelijke ambulancedienst etc. De gewest raad zal dan waarschijnlijk een deel van die bevoegd heden aan het dagelijks bestuur delegeren. Spreekster meent dat de door de heer Van Poppelen genoemde verhouding van 40 40 20 voor de wo ningbouw niet door het gewest Eemland is uitgevon den, maar door de rijksoverheid is opgelegd. In het woningrapport van Eemland wordt al van die vuistre gel uitgegaan, omdat men dikwijls geen toestemming voor woningbouwplannen krijgt als die verhouding niet wordt aangehouden. Overigens is het waar dat de ene gemeente dikwijls wat beter in de pas loopt dan de andere. Mevrouw Oranje heeft gevraagd of in artikel 56 niet beter over rechten voor bewezen diensten kan worden gesproken. Er is echter ook bij andere punten naar de gemeentewet verwezen, waarin een en ander duide lijk staat omschreven. Als het gewest straks wat gaat innen, zal uit de jurisprudentie kunnen blijken of dit wel of niet mag. De heer Van Dommelen, die bij de opstelling van het ontwerp betrokken is geweest, zegt nog dat een en ander met opzet zo is gesteld om over eenkomst met de gemeentewet te verkrijgen. Vanavond behoeft geen beslissing over dit onderwerp te worden genomen. Overigens zal, als één van de acht gemeenten deze nieuwe regeling niet zal aanvaar den, de oude regeling blijven bestaan, want op het ogenblik geldt nog de regel van de unanimiteit bij wij ziging van de regeling. Volgens de nieuwe regeling zal een wijziging mogelijk zijn bij een meerderheid van tweederde. Spreekster stelt thans voor dat de door de raad gemaakte opmerkingen op een rijtje zullen worden gezet en toegezonden aan het dagelijks be stuur van Eemland. Men kan dan afwachten in hoever re die vanavond gemaakte opmerkingen zullen worden gehonoreerd. De nieuwe raad zal er straks de notulen van de vergaderingen van de oude raad bij hebben en zal zodoende rekening kunnen houden met de opmer kingen die de oud-gedienden hebben gemaakt. Ook dat is een reden waarom het goed was nog vóór sep tember eens over deze zaak te praten. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van de voorzitter besloten. 165 Voorstel tot intrekking van het verzoek om plaatsing van een openbare school voor havo/vwo in de regio Soest/Baarn op het plan van scholen. Mevrouw ORANJE-ENTINK heeft dit voorstel met verbijstering gelezen. Zij vindt het bijzonder verdrie tig dat het college dit voorstel doet. In de vergade ring van de commissie voor onderwijs van 2 juli heeft de voorzitter van die commissie aangekondigd dat er op 3 juli overleg zou worden gepleegd met Baarn. In het stuk wordt naar dat overleg verwezen en spreekster zou daaromtrent graag nader worden ingelicht. Verder staat er in het stuk dat een voort zetting van de procedure „op deze basis" geen enkele zin heeft. Wordt daarmede bedoeld dat dit wel het ge val zal zijn op een andere basis? Wordt er een andere afweging van belangen voor ogen gesteld? In de brief van het Centraal Orgaan voor het Gemeentelijk Voortgezet Onderwijs wordt gezegd dat men zich tot nadere toelichting op zijn standpunt bereid verklaart. Is daarop ingegaan? De heer GERTH merkt op dat de woorden van me vrouw Oranje hem uit het hart zijn gegrepen. Met veel pijn en moeite is de raad in januari van dit jaar gekomen tot een verzoek om plaatsing van een open bare school voor havo/vwo op het scholenplan. Thans zou deze raad dat verzoek maar zo snel mogelijk weer moeten intrekken! Als dat gebeurt, maakt de raad zich belachelijk. Het COGVO zegt dat in Amersfoort enkele scholen voor openbaar of bijzonder neutraal onderwijs op de nominatie staan om te worden uitge breid. Er zullen echter ook nog scholen naast worden gezet, zoals de dependance van het Constantijncollege in Schothorst en het door het Schothorstcollege aan gevraagde atheneum. Spreker meent dat men kan zeg gen dat aan de Schothorst zo veel leerlingen worden onttrokken dat ook die school geen reden van be staan meer heeft. De rijksscholengemeenschap heeft het verzadigingspunt benaderd; men zal dit niet in de stukken lezen, want spreker heeft dit toevallig van daag in een stuk van de rijksscholengemeenschap zelf gelezen. Soest gaat zich uitbreiden en er gaan steeds meer jongelui naar scholen voor voortgezet onderwijs. Er is in Soest dus wel degelijk behoefte aan een open bare school voor havo/vwo, vooral wanneer wordt sa mengewerkt met Baarn. Het protestants-christelijk onderwijs kan 1221 leerlingen leveren en het open baar onderwijs 1218 leerlingen en spreker ziet dan ook niet in waarom het protestants-christelijk onder wijs wél een school voor havo/vwo kan neerzetten en het openbaar onderwijs niet. De wethouder van onder wijs, die zelf in het COGVO zit, heeft de commissie medegedeeld dat hij te keer is gegaan als een buldog. Spreker gelooft nu dat de wethouder de mensen zo 125

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 126