meer te worden gesproken, aangezien de participan ten hebben afgehaakt. De raad zal thans moeten beslissen of moet worden doorgegaan. Als de raad in meerderheid van mening is dat men ondanks het afwijzend advies moet doorgaan, zal het college daartoe zeker bereid zijn, want dat is een consequent vervolg op alle moeite die men zich al heeft getroost. Zoals gezegd, is spreker geen optimist, maar het kan zeker worden geprobeerd door middel van een rechtstreekse aanvrage bij het ministerie, ver gezeld van omvangrijk cijfermateriaal, óf nog een keer via het COGVO nadat door een ander bureau een on derzoek is verricht. De heren Gerth en Oldenboom hebben beiden de aandacht gevestigd op het belang dat het COGVO hecht aan een drietal bestaande zwakke scholen. De rijksscholengemeenschap verkeert op het randje van noodlijdend zijn, althans wat het leerlingenaantal be treft. Voorts wil het COGVO de Schothorst steunen, terwijl het meent dat het Baarns lyceum door de aan vrage van Soest op onaanvaardbare wijze in gevaar zou worden gebracht. Het heeft de schijn dat Soest niet aan zijn trekken kan komen en dat men de belan gen van Amersfoort en Baarn groter acht. Dit is even wel bepaald niet het geval, want de gehele procedure die in de mammoetwet is vastgelegd, berust op twee pijlers. De eerste is de fundamentele vrijheid van rich ting in het gehele onderwijs en de tweede is - dit is geheel nieuw in de mammoetwet ingevoerd en staat in tegenstelling tot het automatisme van de Lager-onder- wijswet - dat het rijk per se het laatste woord wil heb ben inzake het wel of niet stichten van middelbare scholen, omdat een en ander anders tot astronomische financiële consequenties gaat leiden. Wanneer de vrij heid van stichting van scholen, zoals die in de Lager- onderwijswet is vastgelegd, ook zou gelden voor het voortgezet onderwijs, zou dat tot onaanvaardbare fi nanciële consequenties leiden. Dit is de ratio van de visie van het COGVO. Dat bekijkt de zaak - op ver zoek van het ministerie - uitsluitend regionaal. In deze regio is sprake van een verzadiging met voortgezet on derwijs, zoals uit het grote rapport van 1972 blijkt. Als er nu nog een zwakke openbare scholengemeen schap bij zou komen, zou dat betekenen dat een drie tal andere direct in gevaar zou komen. Vandaar dat het COGVO zegt dat er in Soest geen school moet ko men. De heer GERTH wil de wethouder bestrijden dat de rijksscholengemeenschap noodlijdend zou zijn. Hij kan bewijzen dat die scholengemeenschap niet nood lijdend is, maar juist het verzadigingspunt heeft be reikt. Dit blijkt uit een brief die hij toevallig gisteren heeft gekregen. Men kan geen nieuwe leerlingen meer aannemen, en dat komt niet doordat de school te klein is, want er bestaat een uitbreidingsplan. Voorts kan spreker niet accepteren dat men zegt in Soest geen school te kunnen neerzetten, want men gaat bij de Schothorst een atheneum bouwen. Dat kan men als een aanvulling beschouwen, maar laat men die aan vulling dan maar in Soest neerzetten. Mevrouw ORANJE-ENTINK waardeert het dat de wethouder uitgebreid diens pessimistische kijk heeft weergegeven. Zij maakt daaruit op dat hij het onder wijs en de economie een goed hart toedraagt - naar zij hoopt geldt dat ook voor de tolerantie -, maar de wet houder heeft er haar niet van kunnen overtuigen dat dit voorstel nu zo nodig moet worden aangenomen. Zij stelt dan ook voor niet tot intrekking van het ver zoek over te gaan. Voorts heeft spreekster maar heel weinig vernomen over het overleg op 3 juli met het college van burge meester en wethouders van Baarn. Er is geen enkel Baarns raadsbesluit geweest; de zaak is dus niet aan de gemeenteraad van Baarn voorgelegd. Heeft zij dit goed begrepen? De heer STORIMANS merkt op dat, als de gemeente raad van Baarn geen voorstel betreffende deze zaak heeft behandeld, die gemeenteraad ook geen voorstel behoeft te behandelen om de aanvrage in te trekken. Men zou dus in overleg met burgemeester en wethou ders van Baarn de aanvrage gerust kunnen handhaven. Men moet dan alleen met een ander rapport komen. Zou dat niet het verstandigste zijn? De aanvrage loopt nu al vanaf januari en intrekking zou weer een achter stand van zes maanden betekenen. Wethouder DIJKSTRA antwoordt de heer Gerth dat deze vergadering zich er nauwelijks toe leent om cij fers van het COGVO uiteen te gaan rafelen. De con clusie van het COGVO is echter bekend, nl. „Van de scholen in Amersfoort zal met name de rijks scholengemeenschap een aanzienlijk leerlingenverlies lijden, en dat terwijl deze school nu al moeite heeft het hoofd boven water te houden vanwege het gerin ge leerlingenaantal. Bovendien vraagt Amersfoort sinds jaar en dag een atheneum voor De Schothorst. Een vermindering van het aantal openbare atheneum leerlingen in Amersfoort wordt in verband met artikel 69 WVO niet wenselijk geacht." Dat artikel 69 stelt dat leerlingen die binnen een be paalde afstand een andere school kunnen bezoeken - het gaat daarbij om 9 of 10 km -, niet mogen wor den meegeteld. Nu kan men met het COGVO van mening verschillen, maar spreker kan verzekeren dat het COGVO niet uit kleine jongens bestaat. De groep die de aanvrage van Soest heeft onderzocht, doet het gehele jaar niets an ders dan zich bezighouden met regionale prognoses voor het voortgezet onderwijs. Deze mensen komen bepaald niet lichtvaardig tot conclusies; zij weten be ter hoe het in Amersfoort is gesteld dan men in Soest kan weten. Zij baseren hun oordeel op zeer concrete feiten en daaraan moet spreker zich houden. Het overleg met burgemeester en wethouders van Baarn heeft plaats gehad op 3 juli. Burgemeester en wethouders van Baarn zien er geen gat in. Men weet dat Baarn eerder een aanvrage heeft ingediend voor een Baarnse openbare scholengemeenschap en dat die aanvrage op zeer evidente wijze is afgewezen, Baarn heeft rauwelings van het COGVO het bericht gekre gen dat het een onzinnige aanvrage was. Het college van burgemeester en wethouders van Baarn is er niet van overtuigd dat verdere pogingen nog heil kunnen brengen. Vandaar dat het college van Soest schrijft: „op deze basis". Op andere basis zijn er, zoals al ge zegd, nog twee mogelijkheden Als de raad in meer derheid van oordeel is dat de zaak moet worden voort gezet, zal het college dat gaarne doen, want de wetge ver legt op de gemeentebesturen de plicht allereerst te zorgen voor het openbaar onderwijs. Spreker wil dit duidelijk in het openbaar zeggen. Hetzelfde principe is vastgelegd in de mammoetwet; de provincies moe ten zelfs controleren of de gemeenten voldoende actief zijn geweest bij het zorgen voor het openbaar onder wijs, Tot de heer Storimans kan spreker zeggen dat de gemeente, als de zaak wordt doorgezet, natuurlijk met ander cijfermateriaal en anders gegroepeerde argumen ten zal moeten komen Het cijfermateriaal dat het 127

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 128