komen. Spreker gelooft niet dat de raad tot een lagere
prijs zal besluiten.
Nadien heeft zich de gehele oliecrisis voorgedaan, maar
erger is nog de ontwikkeling op de geld- en kapitaalmarkt.
Als men ziet hoe hard de debetrentes sedert half novem
ber zijn gestegen, kan spreker zich indenken dat veel as
pirant-kopers hebben gedacht dat het beter zou zijn af te
wachten tot er op de kapitaalmarkt een beetje stabiliteit
zou zijn ontstaan. Om deze reden is hij er in de commis
sie ruimtelijke ordening voorstander van geweest om de
termijn tot 31 maart te verlengen.
Duidelijk dient uit te komen dat de gemeente niet met
deze woningen leurt. Het gaat er alleen om de termijn
van aanmelding te verlengen gezien de moeilijke situatie
die was ontstaan. Spreker meent voorts dat het onjuist
zou zijn de prijs te verhogen; men zal dezelfde prijs moe
ten vragen. Straks zal men wel zien of het aantal van 25
gegadigden wordt gehaald. Gebeurt dat niet, dan zal de
raad een definitief besluit moeten nemen.
De heer VAN EE schaart zich geheel achter hetgeen de
heer Van Poppelen heeft gezegd. Deze heeft ook terecht
gezegd dat er helemaal geen reden is een hogere prijs
voor deze woningen te gaan vragen.
De heer JONKER is van mening dat de heer De Groot
een bijzonder duidelijke toelichting heeft gegeven. Naar
aanleiding van de opmerkingen van de heer Levinga wil
spreker echter nog een enkele kanttekening maken. De
bedoeling van de voorstellers is dat dezelfde prijs zal
worden berekend. De bedoeling is niet dat er met de wo
ningen moet worden geleurd, maar dat aan de betrokke
nen een eerlijke kans moet worden gegeven. De voorstel
lers verwachten helemaal niet dat er thans horden op af
zullen komen, maar zij willen de mensen wel de gelegen
heid geven tot een verantwoorde beslissing te komen,
mede omdat men een keer van dit probleem af moet. Er
moet een keer zekerheid komen, hetzij in de ene hetzij
in de andere richting, ook ter bevordering van de door
stroming, want als men steeds heeft gedacht dat men zijn
huis wel eens zou kunnen kopen, belemmert dat juist de
doorstroming. Na 31 maart moet de knoop dan ook wor
den doorgehakt.
De heer VAN VLOTEN informeert of het college weet
of er spijtoptanten zijn, dus of er direct na 1 januari nog
mensen bij het college zijn gekomen die vroegen of zij
hun huis nog konden kopen. Als het aantal van 15, dat
al per 1 december bekend was, thans nog gelijk is, ziet
spreker niet veel heil in dit voorstel.
De heer LEVINGA wil even een stukje voorlezen uit de
notulen van de vergadering van 20 september 1973:
„De VOORZITTER zegt dat burgemeester en wethou
ders hebben vergeten iets in het concept-besluit op te
nemen. Gesteld is dat zich voor 1 januari 1974 25 gega
digden dienen te melden. Men zou zich kunnen voorstel
len dat er ook na 1 januari nog iets gebeurt. Dat zou be
tekenen dat de raad de prijslijst opnieuw moet vaststel
len. Daarom dient in het concept-besluit onder b, bladz.
2, te worden gelezen:
„De koopsom voor elk van deze woningen is aangegeven
op de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerk
te lijst, welke lijst voor voorlopige koopcontracten, wel
ke na 1 januari a.s. zouden worden gesloten, opnieuw
door de raad moet worden vastgesteld."
Voor de gevallen die zich na 1 januari 1974 aanmelden,
dient de lijst opnieuw te worden vastgesteld, omdat de
prijs moet worden aangepast. Aangenomen mag worden
dat de raad zich met deze wijziging kan verenigen, want
anders zou het gemeentebestuur na 1 januari a.s. een
beetje moeilijk komen te zitten."
Dit voorstel is toen aangenomen met 17 stemmen voor
en 3 stemmen tegen, nl. die van het PAK.
De VOORZITTER: Dank u wel voor deze opfrissing
van ons aller geheugen, maar wij wisten dit nog wel.
Wethouder DE HAAN neemt aan dat de raad niet zal
veronderstellen dat hij een warm voorstander van dit
voorstel is. Hij heeft er nimmer blijk van gegeven dat hij
voor deze wijze van werken warm zou lopen. Het gaat er
nl. om dat met duidelijke overheidssteun gestichte wo
ningen, die zijn bedoeld voor de net boven de laagste so
ciale sector vertoevende burgers, te koop worden aange
boden. Er is in deze discussie een merkwaardig element
geslopen. Enerzijds is gezegd dat men niet met de huizen
moet leuren, anderzijds hebben zij die dat zeggen de
schijn tegen zich met dit voorstel. Het is denkbaar dat
een groep burgers op een gegeven moment het gevoel
had dat de overheid bij de taxatie wat aan de scherpe
kant is geweest. Zo'n groep bewoners zou dan contact
kunnen opnemen met de gemeente om te vragen hoe een
en ander zit en of er door middel van een tegentaxatie
nog wat aan te doen is. Wat is echter in dit geval gebeurd
Een groep actievoerders heeft selectief een aantal bewo
ners benaderd; gemeente-ambtenaren kregen de circulai
re niet in hun bus. Dat was een merkwaardige zaak; er
zat het idee achter van: Op het gemeentehuis mag men
niet weten dat wij een grapje uithalen. Dit heeft op het
gemeentebestuur geen beste indruk gemaakt. In de circu
laire stond ook nog dat men de provincie had opgebeld
en dat men daar had gezegd dat een en ander best kon.
Dergelijke grappen verstaat het gemeentebestuur slecht,
want er klopt natuurlijk geen fluit van.
De heer VAN EE: Is dit relevant?
Wethouder DE HAAN wil duidelijk maken dat de raad
op een vreemd spoor is gekomen door deze merkwaar
dige actie te gebruiken als een soort motief om de ter
mijn te verlengen. Er zouden mensen door deze geheim
zinnige actie in verwarring zijn gebracht. Spreker is dan
ook minder gevoelig voor de aangevoerde argumenten.
Wel kan hij begrijpen dat mensen wat in onzekerheid
zijn komen te verkeren als gevolg van de gehele situatie.
Daarbij zou hij zijn betoog dan ook willen bepalen, want
het is nooit prettig om over mislukte acties te praten.
De vraag dient te worden beantwoord of de kans bestaat
dat een verlenging van de aanmeldingstermijn - die spre
ker niet wezenlijk voorkomt - iets zal opleveren. Er zijn
geen officiële reacties bekend van, zoals de heer Van Vlo
ten ze noemt, spijtoptanten. Het college had gewoon
het raadsbesluit van september 1973 uit te voeren. Uiter
aard heeft de raad het recht op een eerder genomen be
sluit terug te komen en een termijn te verlengen. De
raad zal hierover straks moeten beslissen, evenals over
de vraag of de prijs zal worden gehandhaafd of niet.
Spreker meent dat men de zaak niet moet uitsplitsen in
nog een tussenvoorstel dat wel verlenging wil, maar ook
een hogere prijs, want dan komt men op zijpaden.
De heer Levinga heeft gezegd dat de Bouwkas nu in de
markt is, zodat men nu ook op andere wijze zich een
woning kan verwerven, waarbij men dan onder de pre
mieregeling valt en zodoende niet zo ver af zal komen
van het bedrag dat de onderhavige woningen zullen moe
ten gaan kosten. Spreker laat deze gedachte voor reke
ning van de heer Levinga. Wel kan hij zeggen dat ten op
zichte van de Bouwkas juist een conditie is dat voorrang
wordt verleend aan mensen die in Soest een huurwoning