had genomen; de gemeente moest zelf maar zien. Dit resulteerde in het in gebruik geven van deze woning aan de kandidaat van de gemeente, zulks op basis van de aan het college van burgemeester en wethouders opgedragen taken inzake de woonruimtewet. Indien de bewonerscommissie eerst ongevraagd een onbeken de kandidaat stelt en daarna, als zij haar zin niet heeft gekregen, probeert zich te beroepen op een niet voor de betrokken woning geldende afspraak, duidt dit op het ontbreken van een vast en duidelijk beleid aan die zijde, hetgeen niet in het belang van een goede gang van zaken is. De heer VISSER merkt op dat dit punt in augustus ook in de commissie woonruimteverdeling is behan deld. Heeft de heer Snel toen gezegd het er niet mee eens te zijn? Heeft hij gezegd dat de beslissing geheel door St. Joseph zou moeten worden genomen en dat op grond van de gemaakte afspraken kinderen van in die buurt wonende mensen in deze woning zouden moeten trekken? Wethouder DE HAAN antwoordt dat in augustus geen vergadering van de woonruimtecommissie heeft plaats gevonden. Los daarvan kan de heer Snel wel een be paald standpunt innemen, maar de woonruimtewet blijft onverkort gelden. De toepassing daarvan ge schiedt in goed overleg met de woningbouwverenigin gen. Er wordt altijd naar gestreefd om leden van de woningbouwverenigingen voorrang te geven, maar dan wel in volgorde van urgentie en niet op grond van toe^, vallige verwantschap met mensen die er ooit hebben gewoond, want dat kan tot merkwaardige situaties lei den. Als de woningmarkt straks ruimer is en er over het complex Molenstraat en omgeving bepaalde beslui ten worden genomen, is spreker bereid te overwegen rekening te houden met de wensen van bepaalde men sen die per se daar willen wonen. In de huidige situatie kon dit nog niet. In het verleden is het meermalen ge beurd dat in goed overleg met de woningbouwvereni gingen andere kandidaten zijn aangewezen dan de woningbouwverenigingen zelf aanvankelijk op het oog hadden. In dezen heeft dat overleg kennelijk gefaald en heeft het bestuur van de woningbouwvereniging zich niet tegen de wens van de bewonerscommissie willen verzetten, maar dat komt voor de verantwoor delijkheid van dat bestuur. De heer VISSER: Het is dus helemaal in overeenstem ming met de woningbouwvereniging gegaan? De VOORZITTER repliceert dat de wethouder dat niet heeft gezegd. Hij heeft duidelijk gezegd dat altijd wordt gestreefd naar een goed overleg met de woning bouwverenigingen, maar dat uiteindelijk de uitvoering van de woonruimtewet aan burgemeester en wethou ders is opgedragen. Overigens kan men uit het feit dat de wethouder voor woningbouw mede antwoordde voor de wethouder van volkshuisvesting, afleiden hoe hecht het team van burgemeester en wethouders is. Het laatste woord bij de toewijzing van woningen is aan het gemeentebestuur, waaronder spreekster in dit geval het college van burgemeester en wethouders ver staat. Wanneer het gaat om woningen die niet in eigendom zijn van de gemeente, maar bijvoorbeeld van een woningbouwvereniging, wordt er uiteraard een goed overleg gepleegd, maar in niet-geliberaliseer- de gebieden is het laatste woord aan het college van burgemeester en wethouders. De heer VISSER: Hartelijk dank voor deze inlichtin gen. Ik hoop dat de woningbouwvereniging hiermee haar voordeel zal doen. De heer HOEKSTRA heeft in een bepaald bericht ge lezen dat de gemeente de onderhavige woning zou hebben gevorderd, maar dit blijkt thans onjuist te zijn. Uit het antwoord van de wethouder begrijpt spreker dat deze keer het overleg tussen de woningbouwvere niging St. Joseph en het college niet geheel goed heeft gefunctioneerd. Hoe komt zo'n nieuwe bewoner nu aan de sleutel van een woning van de woningbouwvere niging? Vordert de gemeente wél de sleutel? Wethouder DE HAAN: Het beheer is opgedragen aan de S.S.W. Zij krijgt de sleutels en op ons verzoek heeft zij de sleutels uitgereikt aan onze kandidaat. De beraadslagingen over dit onderwerp worden ge sloten. De VOORZITTER sluit hierna, te 23.15 uur, de ver gadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest d.d. 21 november 1974. De secretaris, De voorzitter, 190

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 191