Met betrekking tot het stuk wordt besloten overeen komstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld. De heer Joosten verkrijgt op zijn verzoek aantekening in de notulen, dat hij zich met de genomen beslissing niet heeft verenigd. e. Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht d.d. 28 november 1973 tot vaststelling van de gemeente rekening en de bedrijfsrekeningen over 1970. Dit stuk wordt voor kennisgeving aangenomen. 18 Voorstel tot het wijzigen van de bouwverordening van de gemeente Soest. Mevrouw ORANJE-ENTINK kreeg toen zij de raads stukken thuis kreeg en op de agenda het voorstel tot wijziging van de bouwverordening zag staan, de illusie dat er al een aanvang zou zijn gemaakt met het vast stellen van regels voor een betere isolatie van de wo ningen. Ik ben zeer onder de indruk van wat de Club van Rome ons heeft voorgehouden over de grenzen aan de groei, aldus spreekster, en ik meen dat wij zui nig moeten zijn met onze energiebronnen om ook ons nageslacht goed verzorgd in de wereld te laten. Nu wordt er voor de isolatie van woningen geliefheb berd met tochtstrip en gordijntjes, maar zij dacht dat het voor een nieuwbouw toch wel goed zou zijn als er terzake vaste regels werden gesteld. Zij meent dat die regels in aantocht zijn. Zij zal graag vernemen of ze al vóór de volgende nieuwbouw in Soest vastge steld zouden kunnen worden. De heer VAN VLOTEN merkt op dat in de, naar hij meent gewijzigde, teksten op de pagina's 18 en 19 van de nieuwe verordening regelmatig het begrip kg/m2 voorkomt. Volgens de nieuwe NEN moet dit kN/m2 zijn. Misschien kan de verordening wat dit betreft nog worden gewijzigd. Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT meent dat het wel een beetje vroeg is om nu al in de bouwverordening de nodige maatregelen opgenomen te willen zien waardoor de warmte-isolatie in de wo ningen voldoende verzekerd zal zijn. Spreekster weet dat men ermee bezig is, dat „de gordijnen van Lub- bers" onvoldoende isolatie zullen geven en dat de des betreffende maatregelen op een gegeven moment on getwijfeld in de bouwverordening zullen worden op genomen. E>it moet landelijk geregeld worden, omdat er via een modelverordening uniforme regelingen worden getroffen. Bekeken zal worden of de verordening overeenkomstig de opmerkingen van de heer Van Vloten gewijzigd moet worden. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. 19 Voorstel tot het onbewoonbaar verklaren van het per ceel Oude Utrechtseweg 41, Soest. 20 Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan me vrouw G.E. Mütze-le Roy als hoofdleidster aan de openbare kleuterschool „De Blokkendoos", Soest. 21 Voorstel tot het verhuren van een perceel grond nabij de Bosstraat te Soest aan de stichting tot behartiging der belangen van de Fakkeldraagstersgroep te Soest. 22 Voorstel tot verkoop van grond aan: a. de Nijverheidsweg aan Sinclair and Valentine (Hol land) B.V.; b. de Gentiaanlaan aan L.P.H. Mobers. Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. c. de Gentiaanlaan aan M. Zvonar. De heer OLDENBOOM zegt dat het waarschijnlijk nuttig is om eens in het openbaar vast te stellen hoe de toewijzing heeft plaats gehad. De VOORZITTER meent dat er in Op't Hoogt van juni of juli 1973 is aangekondigd, dat er nog ongeveer 1700 m2 aan de Foekenlaan en 2 x 2100 m2 aan de Gentiaanlaan te koop waren, dat men zich daarvoor kon melden en dat men inwoner van Soest en econo misch aan Soest gebonden moest zijn. Er hebben zich niet zo verschrikkelijk veel mensen voor gemeld. De meldingen zijn eerlijk naar volgorde van binnen komst bekeken. Men heeft eerst degene die zich het eerst had aangemeld, aangeschreven. Hij viel af. Ver volgens is de tweede aangeschreven enz. en zo is men gekomen tot het voorstel zoals het nu voorligt. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. 23 Voorstel tot ruiling van grond nabij het Monnikenbos met de Vereniging „Amsterdamse Lichtbond" te Amsterdam. 24 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een extra krediet voor het treffen van voorzieningen aan twee openbare kleuterscholen. Deze beide voorstellen worden achtereenvolgens zon der discussie en zonder hoofdelijke stemming aange nomen. 25 Voorstel tot het verlenen van ontheffing als bedoeld in artikel 1 van de „Zoneverordening Hinderwet" ten behoeve van: a. een agrarisch bedrijf bestaande uit een veehoude rij en een varkensmesterij op/in het perceel Kerkpad Z.Z. 41 te Soest; b. een agrarisch bedrijf, bestaande uit een veehoude rij en een varkensmesterij op/in het perceel Ferd. Huycklaan 26 te Soest; c. een agrarisch bedrijf op/in een perceel grond aan de Birkstraat 127 te Soest; d. een agrarisch bedrijf op/in een perceel grond aan de Birkstraat 113 te Soest. De heer DETMAR leest in het onder a genoemde voorstel: „In de nog te verlenen hinderwetvergunningen zullen voorwaarden worden opgenomen, welke zullen waar borgen dat de inrichting geen gevaar, schade of hin der voor de omgeving zal veroorzaken". Spreker zou graag vernemen wat men hier onder „waarborgen" verstaat. Hij denkt hierbij met name aan stankoverlast. Hij kan zich voorstellen, dat er al lerlei voorwaarden kunnen zijn ten aanzien van de opslag en het vervoer van mest en gier, maar hij ziet nog niet wat men eventueel aan de stankoverlast kan doen. Hij neemt aan dat desbetreffende problemen zich vooral zullen voordoen aan de Lange Brinkweg en de Ferd. Huycklaan. Het is daar wel agrarisch ge bied, maar er is daar toch al een behoorlijke bebou wing en hij kan zich voorstellen, dat de bewoners daarvan het niet altijd even prettig vinden een bepaal de stank waar te nemen. De heer JOOSTEN heeft moeite met het onder a ge noemde voorstel, omdat hij zich afvraagt of het wel noodzakelijk is dat het desbetreffende bedrijf zich verder gaat uitbreiden, aangezien het hier een grote uitbreiding in de nabijheid van woningen betreft. Met de onder b tot en met d genoemde voorstellen, die bestaande bedrijven betreffen, kan spreker zich vere nigen. 19

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 20