in het Smitsveen zou een kinderboerderij niet
passen.
De VOORZITTER: Wij bedoelen in het algemeen, Er
zijn natuurlijk meer van die dingen.
De heer JOOSTEN meent dat het beleid ten aanzien
van de bestemming van die vrijgehouden terreinen
niet voldoende is geweest. Men had zich op een van
die terreinen wat anders kunnen denken dan een apo
theek.
De VOORZITTER zegt dat de apotheek er pas is ge
vestigd. De verkoop van de grond heeft pas plaatsge
vonden toen duidelijk bleek dat er in de cultureel-
maatschappelijke sector geen enkele belangstelling
was om daar iets te gaan ondernemen.
Op het ogenblik wordt het college ten aanzien van
Overhees met dezelfde vragen geconfronteerd. Wan
neer er vanuit het particulier initiatief geen belang
stelling is in de cultureel-maatschappelijke sector, kan
de gemeente niets neerzetten.
De heer JOOSTEN wenst een en ander te betwijfelen.
De Praatpaal, die thans in de Molenstraat staat, had
moeten staan op de plaats waar thans de apotheek in
het Smitsveen staat. En van de kant van de stichting
jeugdzorg is er altijd belangstelling geweest om in het
Smitsveen een jeugdhuis te plaatsen.
De VOORZITTER: Dat kan nog altijd, want er is nog
grond beschikbaar.
De heer JOOSTEN: Dan begrijp ik het helemaal niet
meer, want waarom staat de Praatpaal dan in de Mo
lenstraat? Die staat op een heel ongelukkige plaats.
De VOORZITTER: Dat is op eigen verzoek gebeurd.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
95 Voorstel om in te stemmen met de toetreding van de
gemeente Breukelen tot de gemeenschappelijke rege
ling gasvoorziening Centraal Nederland.
96 Voorstel tot het verpachten voor korte duur van drie
percelen grond in Soest voor het jaar 1974.
Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis
cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Hierna wordt op voorstel van de voorzitter overge
gaan tot de behandeling van een brief d.d. 4 april
1974 van de C.D.A.-fractie en een brief d.d. 4 april
1974 van de commissie Kerkpadbewoners, betrekking
hebbende op het verlenen van ontheffingen voor het
berijden van het Kerkpad.
De VOORZITTER merkt op dat de brief van de
C.D.A.-fractie als volgt luidt:
„Mevrouw de voorzitter,
Naar aanleiding van publicaties in de Amersfoortse
Courant en de Soester Courant, verzoekt de C.D.A.-
fractie u met klem de zaak: „Ontheffing berijden
Kerkpad", door de bewoners van het Kerkpad, nader
te bezien.
Onze mening is, dat deze consequentie van de recon
structie, voor de bewoners een zekere onbillijkheid
inhoudt.
Het behoud van het landelijk karakter van het Kerk
pad, alsmede de inzet, van de door de bewoners be
noemde commissie, moet naar onze mening in deze
materie in positieve zin in het geding gehaald worden.
In vertrouwen dat deze materie in de eerstvolgende
raadsvergadering alsnog discutabel zal worden gesteld,
tekenen wij,
met de meeste hoogachting,
namens de C.D.A.-fractie,
A.H.F. Smit".
De brief van de commissie Kerkpadbewoners luidt:
„Met grote verbazing heeft de Kerkpadcommissie ken
nis genomen van een artikel in de Amersfoortse Cou
rant van 2 april jl„ waarin de gemeentelijke voorlich
tingsambtenaar, de heer B.J. van Os, op aan hem ge
stelde vragen heeft geantwoord, dat bewoners van het
pad na afloop van de reconstructiewerkzaamheden le
ges zouden moeten betalen om hun woning te berei
ken. De Kerkpadcommissie betreurt het ten zeerste
dat, terwijl het contact met de gemeente en gemeente
werken tot nu toe zo uitstekend en in volledige har
monie is verlopen, zij nu op deze wijze wordt geinfor-
meerd over een zaak, die de bewoners van het pad
zeer ter harte gaat. Deze zaak heeft zich ook al in
april 1971 afgespeeld en is toen aangehouden tot la
ter datum.
De ontheffingen, die in het verleden werden aange
vraagd, zijn altijd kosteloos verstrekt. In onze bespre
kingen met vertegenwoordigers van de gemeente zijn
wij vanzelfsprekend van deze situatie uitgegaan. De
Kerkpadcommissie is van oordeel, dat het heffen van
leges voor bewoners die per auto naar hun huis ko
men, een precedent zou scheppen. Het is toch een
eis van deze tijd dat men de auto thuis kan neerzet
ten. Bovendien wordt van autobezitters reeds wegen
belasting geheven; het zou dus in feite neerkomen op
dubbele wegenbelasting.
Het is de commissie uit reacties van bewoners/auto
bezitters gebleken, dat men hierover ernstig ontstemd
is.
De commissie zou uw college derhalve willen verzoe
ken de bedoelde legesheffing voor de Kerkpadbewo
ners niet te laten doorgaan."
De heer SMIT zegt dat de fractie op het moment van
het uitsturen van haar brief geen kennis had van het
schrijven van de Kerkpadbewoners.
De brief van de C.D.A.-fractie heeft het college pas
op het laatste moment bereikt om nog vanavond te
kunnen worden behandeld.
De tweede alinea van de brief is foutief van het con
cept overgenomen. Voor de woorden „voor de bewo
ners een zekere onbillijkheid inhoudt." dient te wor
den gelezen „voor de bewoners een zekere onbillijk
heid is overgekomen."
Men heeft te maken met een verordening die door de
raad bij de behandeling van de begroting 1974 is aan
genomen. Vrijwel niemand zal tegen de kosten van
f. 24,- voor een meerjarige ontheffing protesteren of
bezwaar maken. Wel echter zal de commissie, die op
voorbeeldige wijze heeft medegewerkt aan de recon
structie van het Kerkpad (deze commissie heeft bewe
zen in een kort tijdsbestek van drie maanden met
een uitgebreid en uitvoerbaar plan te kunnen komen),
in deze fase van het project onaangenaam zijn getrof
fen door het feit, dat zij van de consequenties van de
legesverordening via perspublicaties heeft moeten
kennis nemen en dat dit punt niet in het overleg - of
althans schriftelijk - aan haar is medegedeeld. De
C.D.A.-fractie kan zich dan ook niet aan de indruk
onttrekken, dat er sprake is van een duidelijke com
municatiestoornis. Het verdient aanbeveling dat het
college alles in het werk stelt om deze problematiek
84