Nr. 5 Soest, 20 maart 1975
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad
der gemeente Soest op donderdag 20 maart 1975 te 19.30
uur.
VOORZITTER de burgemeester, mevrouw mr. J.M.
Corver-van Haaften.
SECRETARIS de heer H. Borreman.
Tegenwoordig de leden: G.M.J. van Aalst, mevrouw G.G.A.
Alting-Ambrosius, W.A. Blaauw, J.J. van den Brakel, J.J.
Ebbers, M.A. van Ee, mevrouw J.W.D.P. van Gelder-Corne-
lissen, mevrouw J. Greefhorst- Van Overdam, K. de Haan,
J.W. Hilhorst, D. Hoekstra, mevrouw E. Korthuis-Elion,
R.A. van Logtenstein, G.H. Oldenboom, mevrouw P.J. Oran-
je-Entink, G.A.W.G.A. Plomp, J.R. van Poppelen, A.H.F.
Smit, G. Stam, mevrouw M.F. van Stiphout-Croonenberg,
P.L.J.M. Storimans, C. Verheus en J. Visser.
Afwezig met kennisgeving de leden: P.C. Lange en K. de
Wilde.
De VOORZITTER opent de vergadering en stelt voor met
gebed te beginnen.
Hierna vindt voorlezing van het gebed door de voorzitter
plaats.
De VOORZITTER deelt mede dat bericht van verhindering
is ontvangen van de heren Lange en De Wilde.
Ik heet speciaal welkom de jongelui van De Wiekslag die
vanavond deze raadsvergadering bijwonen.
49 Notulen van de raadsvergaderingen van 16 december
1974 en 6 februari 1975.
Deze notulen worden zonder discussie en zonder
hoofdelijke stemming ongewijzigd vastgesteld.
50 Ingekomen stukken.
a. Brief van de Vereniging voor de belangen van Ne
derlandse Circussen inzake speelvergunningen en voor
waarden met voorstel te antwoorden overeenkomstig
de ter inzage gelegde concept-brief.
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Ik ben
gek op circussen. Vroeger wilde ik altijd dierentem
mer worden en ik had een enorme bewondering voor
de mensen in de trapeze.
Ik ben het roerend eens met de heer Kersten die in
zijn brief stelt, dat de circussen het vandaag de dag
erg moeilijk hebben. Circussen hebben ontzettend
veel onkosten en ik meen dat de gemeente daaraan
ook moet tegemoet komen.
Ik betreur het dat het college de brief van de heer
Kersten van de Vereniging van de belangen van Neder
landse circussen niet heeft gepubliceerd, want dan
had de bevolking ook kennis kunnen nemen van de
moeilijke positie van de circussen.
In de concept-brief van het college staat, dat de ge
meente een pachtsom vraagt van f. 200,-. Welk be
lang wordt daarmede gediend? Beslist niet het belang
van de circussen. Ik kan mij ook niet voorstellen dat
de gemeente van die f. 200,- veel rijker zal worden.
Het storten van een waarborgsom van f. 1.000,- vind
ik wat anders, want van dat bedrag kunnen de kosten
voor herstelwerkzaamheden (bijvoorbeeld aan trot
toirs) worden afgetrokken.
Aan het slot van de concept-brief schrijft het college:
„Veel verzoeken moeten echter worden afgewezen
omdat men op nagenoeg dezelfde tijdstippen een
voorstelling in Soest wilde geven."
Daarvan weet ik niets af en dat kan het college dan
ook niet namens mij schrijven. Op welke voorstellin
gen op hetzelfde tijdstip doelt het college?
Ik stel het college voor om in ieder geval die pacht
som van f. 200,— te schrappen.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM:
Mevrouw de voorzitter! Mijn fractie acht het zinnig
om de vierde alinea uit de te verzenden brief te laten.
Bij dat bedrag van f. 200,- dient een tijdvak te wor
den genoemd, want op het ogenblik zweeft dat bedrag
in de ruimte.
Ook wij zijn erg benieuwd naar de overige activiteiten.
De VOORZITTER: Wat bedoelt u met overige activi
teiten?
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: In de
concept-brief komt de volgende passage voor:
„Veel verzoeken moeten echter worden afgewezen
omdat men op nagenoeg dezelfde tijdstippen een voor
stelling in Soest wilde geven."
Wij zijn erg benieuwd naar die overige activiteiten.
De VOORZITTER: Dames en heren! Aan het ver
blijf van een circus op de Eng zijn voor de gemeente
altijd kosten verbonden voor onder andere de dienst
gemeentewerken. Er moeten hekken worden neerge
zet en er moet extra politietoezicht zijn. Ook moeten
er verkeersborden worden neergezet. Daarvoor dient
dat bedrag van f. 200,-. Het maakt natuurlijk wel
iets uit of een circus lang of kort in Soest verblijft,
maar wij hebben gemeend een rond bedrag te moeten
berekenen. Meestal verblijft een circus slechts één en
hoogstens twee dagen in Soest, want Soest is niet zo
groot dat er wekenlang een circus in kan verblijven.
Onder die overige activiteiten behoren de kermis, de
manifestatie en de kunstmarkt. Het gebeurt nogal
eens dat een circus eind april naar onze gemeente
wil komen, maar dat kan niet vanwege de kunst
markt. Ook vindt er zo nu en dan een sportactiviteit
plaats op de Eng.
Ik zou best inzage kunnen geven van de vele verzoe
ken die worden afgewezen. Vooral voor eind maart-
begin april en september ontvangen wij een aantal
aanvragen voor circussen. Het is ook in het belang
van het circus dat een aanvraag wordt afgewezen, wan
neer een ander circus juist veertien dagen tevoren in
Soest is geweest. Ik meen dat dat nogal logisch is.
Bovendien mag men niet vergeten dat wij altijd
klachten krijgen van omwonenden, wanneer de Eng
wordt gebruikt voor een kermis, een circus of een
manifestatie. De omwonenden ondervinden hinder
van dergelijke activiteiten en wij moeten er derhalve
voor zorgen, dat op de Eng niet altijd wat is te doen.
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! U hebt
mij niet overtuigd. In de concept-brief wordt duide
lijk gesproken over „dezelfde tijdstippen". Ik zou wel
eens een lijstje van die tijdstippen willen inzien.
De VOORZITTER: Ik heb dat lijstje niet bij mij.
De heer VISSER: U noemt nu wel een aantal mooie
activiteiten, maar u hebt mij er helemaal niet van
kunnen overtuigen dat die activiteiten samenvallen
met de aanvragen van circussen. Mijns inziens schudt
u een en ander zo maar uit de mouw.
Ik blijf tegen de heffing van een pachtsom van f. 200,-.
Er zijn in Soest mensen die iets organiseren en die
krijgen nog subsidie toe of de tekorten worden ge
dekt, terwijl de circussen f. 200,- staangeld moeten
117