189 110 hoogte stelt kun je voorkomen, dat er onnodig werk en tijd aan wordt besteed. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter' Als ik goed ben geïnformeerd, heeft ook de inspectrice van het kleuteronderwijs duidelijke richtlijnen. Het is mij niet bekend of elke school die richtlijnen kent. Ik meen dat er in het onderhavige geval een aantal posten is geschrapt, omdat de desbetreffende zaken geacht werden een onderdeel van de bouw en de in richting uit te maken. Dit betekent dat de door me vrouw Van Stiphout genoemde 50% natuurlijk toch een wat vertekend beeld geeft Hierbij komt dat wanneer een schoolhoofd bepaalde voorstellen doet en het gemeentebestuur meent dat ondanks het advies van een inspectrice de desbetref fende artikelen voor de goede gang van zaken in het onderwijs noodzakelijk zijn, het gemeentebestuur ter zake ook nog een eigen verantwoordelijkheid heeft. Het komt ook meermalen voor dat de inspecteur van het lager onderwijs en de inspectrice van het kleuter onderwijs het gemeentebestuur vragen om bepaalde zaken op grond van artikel 72 van de Lager-onder- wijswet of op grond van artikel 50 van de Kleuter- onderwijswet beschikbaar te stellen. In die gevallen heeft het gemeentebestuur een eigen verantwoorde lijkheid. Wethouder PLOMP: Mevrouw de voorzitter! De voorschriften die de inspecteur van het lager onder wijs en de inspectrice van her kleuteronderwijs van bovenaf zijn opgelegd, zijn natuurlijk door ons moei lijk te veranderen. Ik kan mij voorstellen dat wij op een gegeven moment graag weten wat zij mogen doen, Misschien is er met hen wel eens over te praten wat in bepaalde omstandigheden hun voorschriften zijn. Ik weet niet of zij die vrijgeven dan wel wij er op een andere manier achter kunnen komen. Dit zou kunnen worden nagegaan Ik geloof dat er bij een inspectie van het kleuteronderwijs en het lager onderwijs vol doende openheid is om ons in dezen het nodige te ver tellen en dat er wat dat betreft geen probleem behoeft te zijn. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Voorstel tot het geven van straatnamen in de wijk Steenberghe en het verlengde van de Buys Ballotlaan te Soesterberg. De heer VISSER.' Mevrouw de voorzitter' Ik heb vanaf deze plaats al eens eerder beweerd, dat de straat- namencommissie lijdt aan een continu gebrek aan fan tasie, inventiviteit en creativiteit Daaraan lijden vele door de overheid ingestelde commissies. Wat de straatnamencommissie wel kan is studeren. In het onderhavige geval heeft ze de geschiedenis van de luchtvaart bestudeerd. Het is haar opgevallen dat er een stuntteam heeft geopereerd dat de naam „De vijf vingers aan één hand" genoot. Ik zou dan komen op namen als Duimelot, Likkepot en Ringeling, Verder heb ik mij afgevraagd wat ik moet doen om la- 2 ter ook eens een straat naar mij genoemd te krijgen. Ik heb toen in het voorstel gekeken en gezien, dat er verschillende mogelijkheden zijn' je kunt lid zijn van een stuntteam, je kunt diverse succesvolle ballontoch- ten maken, de vader van een vliegschool zijn, een scriptie schrijven over een bijdrage tot de kennis van de fysiologie der vliegers op grote hoogten (wat ik ook niet zo zie zirten) of 860 hoogtevluchten maken. Kortom, ik ben niet zo erg gelukkig met de voorge stelde namen, maar als de wijkraad van Soesterberg ermede akkoord gaat, dan leg ik mij er geheel bij neer. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Me vrouw de voorzitterDe voorgestelde namen zijn ge heel in overleg met de wijkraad tot stand gekomen en sluiten aan bij een aantal bestaande straatnamen in Soesterberg, Wethouder EBBERS: Ik heb hier niets aan toe te voegen, mevrouw de voorzitter. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de aanleg van riolering in de Insingerstraat, de Den Blieklaan en het le Heeserlaantje ged. Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit ter! Dit is een heel goed voorstel, want de bewoners van de betrokken straten hebben de aanleg van de rio lering heel erg nodig, Ik heb met genoegen gezien dat er ook enkele voetpa den ter bescherming van voetgangers worden aange legd. Is het de bedoeling dat de uitritten van de huizen net zo worden gemaakt als in enkele lanen in Soest-Zuid het geval is, nl. met steentjes over het wandelpad heen naar de straat? Zulke uitritten geven een ontzettend goede afwate ring, waardoor de erven beter droog blijven. Ik heb gezien dat een grote vrachtwagencombinatie die vanaf de Den Blieklaan het le Heeserlaantje wilde inrijden, helemaal niet door de bocht kon. Die hoek ligt vreselijk slecht. Wordt daar bij de aanleg van de riolering ook nog naar omgekeken? Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Ik kan op dit moment geen antwoord geven op de vraag in zake de uitritten van de huizen Ik heb nl. geen teke ningen bij mij waaruit blijkt hoe een en ander wordt uitgevoerd ik zal nagaan wat er is gepland en even tueel bekijken of de uitritten op de door mevrouw Oranje bedoelde wijze kunnen worden uitgevoerd. De door mevrouw Oranje bedoelde bocht wordt niet gewijzigd, Mevrouw ORANJE-ENTINK: Wordt de situatie daar niet wat gemakkelijker gemaakt? Wethouder EBBERS: Neen,juist niet. Mevrouw ORANJE-ENTINK: Ik heb gezien, mevrouw de voorzitter, dat een truck met oplegger die bocht niet kon nemen en ik dacht dat als er een stukje van die bocht werd afgenomen, er een verbetering in de situatie zou optreden. Maar ik durf niet te zeggen, dat ik iemand ben die dergelijke zaken goed kan be oordelen Wethouder EBBERS: Die heel korte bocht blijft zoals ze nu is. Mevrouw ORANJE-ENTINK: Foei! Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen Voorstel tot het aangaan van een overeenkomst met de te Soest gevestigde handbalvereniging „Handbalvere niging B.D.C waarbij aan haai een recht van opstal wordt verleend en een erfdienstbaarheid van weg wordt gevestigd ten behoeve van de bouw van een clubhuis op het sportterrein aan de Hent, Blaekweg, alhier. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzit ter! De omschrijving van het voorstel op de agenda is niet geheel in overeenstemming met de tekst van het

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 190