Ik ben het in principe helemaal eens met hetgeen de
heer De Wilde heeft gezegd over enclaves. Maar het
feit dat er bijvoorbeeld voor onze Nederlandse mili
tairen die voor een paar jaar naar Duitsland gaan, uit
eindelijk toch ook min of meer aparte dorpen zijn ver
rezen, geeft mij toch wel te denken. De Amerikaanse
militairen zijn gemiddeld twee en een half a drie jaar
hier en hebben speciale functies, waardoor zij niet
veel met anderen in onze samenleving in aanraking
komen. Daardoor wordt het moeilijk om de Ameri
kaanse gezinnen hier te integreren. Hierbij komt dat
de Amerikaanse vrouwen en kinderen zich blijkbaar
gelukkiger voelen wanneer zij met een hoeveelheid
bij elkaar kunnen wonen.
Ik meen met neen te moeten antwoorden op de vraag
of, gegeven het feit dat er 170 Amerikaanse gezinnen
in Soest wonen, er na de bouw van de 190 woningen
geen enkel Amerikaans gezin meer in een andere wo
ning in Soest zal wonen. Er wonen op het ogenblik
verschillende Amerikaanse gezinnen wat verder in de
regio verspreid en het is aannemelijk, dat een aantal
van hen voor bewoning van een aantal der 190 wonin
gen in aanmerking zal komen. Ik denk hierbij met na
me aan gezinnen van Amerikaanse militairen wier
functie het erg noodzakelijk maakt, dat zij dicht bij
het vliegveld wonen. Dit neemt niet weg dat de tot
standkoming van de 190 woningen de druk op onze
woningmarkt zal verminderen.
Een belangrijk punt is ook, dat door de totstandko
ming van deze woningen de prijzen van gemeubileer
de en gestoffeerde huizen toch wel een beetje zullen
zakken. In dit verband zij te bedenken, dat het voor
bijvoorbeeld vele jongere vrijgezellen in onze gemeen
te veel moeilijker is om een gestoffeerde kamer te
vinden dan in tal van andere gemeenten. Zo gauw er
iets gestoffeerd is, gelden de huurnormen niet meer.
En het stofferen is al gauw geschied, want één gordijn
en één armetierig vloerkleedje maken de zaak al ge
stoffeerd.
Een belangrijk punt vind ik ook, dat wij als gevolg
van het feit dat de prijzen zo hoog zijn, hier Ameri
kaanse gezinnen hebben aangetroffen in behuizingen
waarvan wij hebben gezegd: Dit kan niet langer, dan
moeten ze maar de gemeente uit. Wij zijn in enkele van
die gevallen tot uitzetting overgegaan. Daarbij ging het
om niet eens zo erg verbeterde kippenhokken.
Om al deze redenen bij elkaar zou het mijns inziens
toch aanbeveling verdienen, dat wij onze medewerking
voor de huisvesting van 190 Amerikaanse gezinnen
verlenen.
De 190 woningen zullen worden uitgevoerd in laag
bouw. Ik meen dat als de raad het voorbereidingsbe-
sluit neemt en er een ontwerp-bestemmingsplan wordt
gemaakt (want dat doen wij ook; wij houden de
bouwhoogte dus vanzelf in de hand, ook al is er een
ontwikkelingsmaatschappij die al eens een schets
heeft gemaakt), wij bij de voorbereiding van het be
stemmingsplan, dus na vanavond, de wijkraad moeten
betrekken. Als de raad vanavond zou besluiten het
voorbereidingsbesluit niet te nemen, dan zou er niets
gebeuren. Of dan zou er eerst in een verdere toekomst
iets kunnen gebeuren op grond van het feit dat wij in
de Wet op de Ruimtelijke Ordening nog altijd een ar
tikel hebben waardoor de minister een aanwijzing
kan geven; het zou natuurlijk wel eens kunnen gebeu
ren, dat in een dergelijk geval van dat middel gebruik
wordt gemaakt. Ik geloof dat wij de zaak beter in
eigen hand zouden kunnen houden.
Ik meen dat de wijkraad ons ongeveer twee jaar gele
den eens een brief heeft geschreven om informaties
in te winnen met betrekking tot de bouw van de on
derhavige woningen. Maar toen hebben wij de zaak op
sterk water laten staan duidelijk totdat de spade voor
Egghermonde in de grond zat. Ik zeg toe, dat als er
aan het ontwerp-bestemmingsplan kan worden begon
nen, wij de wijkraad bij het ontwerpen van dat plan
zullen betrekken. Misschien zegt u dat het u niet zoveel
kan schelen hoe de woningen er zullen staan, maar als
wij de 190 woningen ooit nog eens zelf zouden moe
ten bezetten, dan zou het toch wel prettig zijn als we
van tevoren inspraak over een en ander hebben gehad.
De riolering van de onderhavige woningen sluit aan op
Egghermonde. Wij hebben daar niet zoveel moeite
mee, want er wordt gebouwd naar de normen van on
ze exploitatieverordening, hetgeen betekent dat wij
niets betalen.
De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! Wij zul
len onze stem aan het voorstel geven.
U behoeft zich geen zorgen te maken over de kwestie
van goed bestuur. Wij vinden dat het een erg goed be
stuur is wanneer het college van zijn positie op een
gepaste manier gebruik maakt.
De VOORZITTER: U bedoelt de chantage?
De heer DE WILDE: Ja.
De VOORZITTER: Zo is het wel genoemd door het
ministerie.
De heer DE WILDE: Dat moet het ministerie weten.
Ik vind het geen chantage. Ik vind dat je als je deze
kansen krijgt, gewoon zakelijk moet optreden en moet
trachten het nodige binnen te halen. Het is beroerd
genoeg, maar voor een deel is het tussen overheden
ook zo. Wat dat betreft ben ik er erg blij mee, dat het
college op een gegeven ogenblik tegen het ministerie
heeft gezegd: Wij staan ook voor andere belangen en
als u daarvoor oog heeft, dan zullen wij voor uw be
langen meer oog hebben. Dit is helemaal de stijl die ik
heel goed waarderen kan - uiteraard zolang het gepast
blijft, maar over het woord „gepast" kun je nog wel
eens discussiëren.
Ik blijf erbij dat het toch verstandiger zou zijn om de
wijkraad vooraf bij de zaak te betrekken. Want het is
natuurlijk bij de beraadslagingen in een lichaam als dit
wel van belang om te weten of je tegen de wil dan wel
in overeenstemming met de wil van de wijkraad han
delt. Natuurlijk behoudt ieder zijn eigen verantwoor
delijkheid. Deze raad zal, in acht nemende de mening
van de wijkraad, tot beslissingen komen.
Wat de riolering betreft heb ik in de wandelgangen
horen verluiden, dat er sprake was van een hogedruk-
riolering. Dat begint zo in de techniek te komen, dat
ik mij er verder niet mee zal bemoeien. Maar mis
schien kan bij het uitwerken van de plannen nog
eens worden bekeken in welke mate ook andere de
len van Soesterberg zouden kunnen meeprofiteren
van rioleringszaken die in verband met de onderhavige
woningen zouden moeten worden geregeld. Nu de
heer Ebbers neen schudt, heb ik weinig hoop dat er
wat uitkomt, maar ik heb in ieder geval in dat op
zicht mijn plicht gedaan.
Wethouder EBBERS: Ik denk dat u twee verschillen
de aspecten met elkaar verwart, mijnheer de Wilde.
In het verleden is gezegd, dat als Ons Belang zou wor
den gerioleerd, er van Ons Belang een persleiding zou
worden gelegd naar Soesterberg. Maar dat staat los van
het rioleringsplan voor deze woningen, dat een apart
persleidinkje betreft.
199