)unt inzake
als mijn
:e kaart is.
ilgens het
éne niet
lard het
mg zouden
id voor de
:ijn er twee
jk wordt
geinfor-
i. De moge-
grond van
hebben ge-
i sportac-
eginnen,
g een stuk
ligt, vrij-
wij er nog
ie plek
ken in Soes-
aen worden
i zijn. Tech-
:t groot. Ik
ten, ik het
ou hebben
n toe ge
ldelijk ge
in ons ge-
de Kamp-
>ns er eerst
1 kunnen
olgende
itter! Ik
egaan op
publieke
cht in wat
leeld en ik
irgebracht
at men
gemeente-
:lders in
als er
lledig ge-
jke orde-
in) door
imwegge-
dt toch
ur als zo-
rmede heeft
nlijk niet
:e onderne-
r van de
noet toch
i het be-
jezinnen bij
n voorstel-
met Ons
gemeester
et de be-
lijn mening
Ik heb begrepen dat u heeft gezegd, dat renovatie per se
niet mogelijk is.
De VOORZITTER: Dat er geen bijdrage komt.
De heer VAN POPPELEN: Is dat besluit onherroepelijk
ongeacht welke actie dan ook van de bewonerscommis
sie, van de raad of van wie dan ook?
De VOORZITTER: Ik dacht het wel. Maar wie ben ik in
dit geval? Ik heb u voorlezing gedaan van de brief die
van het ministerie is gekomen, Daar heb ik bij gezegd:
Gelet op wat ik, ook in andere gemeenten, wel hoor, lijkt
mij dit een onhaalbare zaak. Het gaat erom waar het mi
nisterie zijn geld in steekt. Ik zou mij kunnen voorstellen
dat men zegt, dat men in Ons Belang wil blijven wonen.
Dan wordt er niets gerenoveerd. Het enige waar de ge
meente dan mee heeft te maken is of ze op dat moment
al dan niet toch de riolering zou moeten aanleggen.
Maar dan zou het voorlopig een complex blijven dat niet
is aangepast (voor zover de bewoners hun woningen zelf
niet hebben aangepast, maar bewoners die geen eigenaar
zijn kunnen natuurlijk ook niet alles doen) aan de eisen
van de moderne tijd. Als ik zeg dat ik renovatie onhaal
baar vind, bedoel ik dat er naar mijn mening voor geen
enkele verbetering enz van het rijk bijdragen komen.
De heer VAN POPPELEN: Wanneer er geen rijksbijdra
gen voor renovatie komen, zou ik toch wel met klem wil
len adviseren dat wordt nagegaan of er geen andere bouw
percelen te vinden zijn waarop spoediger tot de bouw van
woningen voor de bewoners van Ons Belang zou kunnen
worden overgegaan Want als enerzijds vaststaat dat er
niet gerenoveerd zal worden en anderzijds vaststaat, dat
een nieuwbouw elders vijfjaar zal vergen, kunnen wij rus-
tig zeggen en vrezen de bewoners terecht, dat er een tota
le verpaupering van Ons Belang ontstaat. Zo'n verpaupe
ring moeten wij niet hebben.
Overigens geloof ik dat het niet verstandig is om nu te
veel te discussiëren over wat er wel en wat er niet moet
gebeuren. Ik zou willen voorstellen om niet nu, maar in
overleg met de bewoners daarover te discussiëren. An
ders zouden wij dezelfde fout maken als die welke er mis
schien al is gemaakt Wat mij betreft wil ik de discussie
nu als gesloten beschouwen.
Ik ben voldoende geïnformeerd.
De heer DE WILDE: En als wij dat niet zouden zijn?
De heer VAN POPPELEN: Ik weet nu voldoende, me
vrouw de voorzitter, maar uiteraard zullen ook andere
fracties graag hierover nog het een en ander willen ver
tellen
De VOORZITTER: Het woord is nu eerst aan de heer
Oldenboom, dan aan mevrouw Korthuis en dan aan de
heer De Wilde
De heer VAN AALST: Mag ik even het woord voor een
punt van orde, mevrouw de voorzitter?
De VOORZITTER: Gaat uw gang.
De heer VAN AALST: De voorzitter van de wijkraad
Soesterberg is aanwezig. Zou de raad het kunnen toe
staan, dat hij hier nu even het woord voert?
De VOORZITTER: Dames en heren! Wij hebben in de
reglementen staan, dat het mogelijk is dat de voorzitter
van de wijkraad met toestemming van de raad hier op
merkingen maakt. Ik stel u voor dat wij de voorzitter van
de wijkraad de gelegenheid geven om, zo hij daar behoef
te aan heeft, op dit moment het woord te nemen.
De heer PIEREN komt hierna, te 23.28 uur, op uitnodi
ging van de voorzitter en met toestemming van de raad,
ter vergadering.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzitter!
Ik heb nog een ander punt van orde. De voorzitter van
de wijkraad is in ons midden uitgenodigd nadat u een
volgorde van sprekers heeft vastgesteld. Ik zou die volgor
de willen aanhouden.
De VOORZITTER: Ik vind dit een uitstekend voorstel
en ik denk dat de heer Pieren er geen enkele moeite
mee heeft om een tijdje in ons midden te blijven zitten
De heer OLDENBOOM: Mevrouw de voorzitter! Wij
kunnen ons niet aan de indruk onttrekken, dat hier weer
op een te rationalistische wijze is gedacht over het ver
plaatsen van mensen alsof zij uitsluitend inhoud van ste
nen muren zouden zijn. Mensen wonen in een omgeving
die hen op de een of andere manier verschrikkelijk dier
baar kan zijn. Dit is iets dat wij meer hebben meegemaakt
in onze gemeente en dat wij ook moeten accepteren. Het
is ook een van de redenen waarom de doorstroming dik
wijls zo moeilijk op gang komt
Ik heb begrepen dat in de door u voorgelezen brief het
zwaartepunt in de z,g, geluidshinder ligt Ik vind de brief
lichtelijk elitair, omdat men, met name het ministerie
van volksgezondheid en milieuhygiëne, bepaalt wat aan
vaardbaar is voor de bewoners De bewoners die duide
lijk geen hinder hebben van de 55 Kosteneenheden, wor
den door het ministerie naar een beter welzijn gedwon
gen.
Is het waar dat de nieuwe plaats is gelegen in een zone
van 40 tot 45 Kosteneenheden geluidshinder? Is het ook
niet waar dat mevrouw Vorrink 30 Kosteneenheden als
grens heeft genoemd, zodat er eigenlijk op basis hiervan
helemaal niet moet worden verplaatst, omdat men bij
verplaatsing van de regen in de drup komt? Als deze
norm wordt aangehouden, zou heel Soesterberg eigen
lijk weg moeten. Het merkwaardige is dat in Den Haag
en Utrecht allerlei mensen en actiegroepen veel
meer last hebben van het geluid dan de Soesterbergers
zelf.
Er is kans dat de op het vliegveld Soesterberg gestatio
neerde straaljagers worden verplaatst. Ik weet niet in
hoeverre er wat dit betreft iets zeker is.
Ik heb de indruk dat wij er wel met nadruk in Den Haag
op moeten aandringen de renovatie te laten doorgaan,
omdat het argument van de geluidshinder voor de perso
nen die in Ons Belang wonen, niet opgaat en als zodanig
in onze beschouwingen niet moet meespelen.
Mevrouw KORTHUIS-ELIONMevrouw de voorzitter
Ik heb uit de woorden van de heer Oldenboom over het
geluid begrepen, dat hij het zeer betwijfelt of je uit de
maatstaven van minister Vorrink reëel de zakelijke con
clusie kunt trekken, dat Ons Belang maar moet worden
afgebroken. Juist omdat het nog maar de vraag is, kun je
ertegen in beroep gaan. Er is toch een algemene beroeps
mogelijkheid ten aanzien van beschikkingen van minis
ters en staatssecretarissen bij de voorzitter van de Raad
van State? Op grond van de Wet algemenebeschikkingen
kun je toch tegen dergelijke beschikkingen in beroep
gaan? Of betreft het hier geen echte beschikking?
De VOORZITTER: Neen, het is de mededeling dat er
voor renovering geen rijksbijdragen worden gegeven
Zulke bijdragen zijn nog altijd een gunst Er wordt niet
voor ieder plan dat men renoveren wil, een renoverings-
bijdrage gegeven Ik zou nog eens willen stellen, dat de
minister niet zegt dat de woningen in Ons Belang moe
ten worden afgebroken, maar zegt dat zij voor die wo
ningen geen renoveringsbijdrage en andere bijdragen die
daaraan soms annex zijn (er zijn bij renovatie verschil
lende financiële mogelijkheden, zoals er ook verschillen
de financiële mogelijkheden zijn bij herbouw) geeft Het
27