a. één commandant; b, een door burgemeester en wethouders te bepalen aantal bevelvoerenden". Deze tekst zou tot verwarring aanleiding kunnen ge ven, omdat men zou kunnen menen dat er in Soest één commandant is en in Soesterberg een aantal be velvoerenden. Voor de duidelijkheid is het beter om de aanhef van dit artikel als volgt te doen luiden: „De korpsen van de brandweer Soest en de brandweer Soesterberg bestaan elk uit:", Er is mijns inziens geen sprake van een ingrijpende wij ziging. Het voorstel wordt, met inachtneming van de in arti kel 5 aangebrachte wijziging, zonder hoofdelijke stemming aangenomen 222 Voorstel tot vaststelling van een rechtspositieregeling en een vergoedingsregeling voor vrijwilligers bij de ge meentelijke brandweer. De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Er bestaan bij sommige mensen nogal wat misverstanden over de vergoeding die de vrijwilligers ontvangen. Voor de brandweerman en zijn gezin is er sprake van een bijzonder plezierige regeling. Deze regeling staat het karakter van het vrijwillig medewerken aan de brand weer niet in de weg, Ik hoop dat dat goed overkomt bij de burgerij. De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter Lid 1 van artikel F 3 luidt: „De straf wordt niet opgelegd dan nadat de vrijwilli ger in de gelegenheid is gesteld zich mondeling of schriftelijk te verantwoorden ten overstaan van burge meester en wethouders of ten overstaan van een lid van dit college." Wie bepaalt of de verantwoording mondeling of schrif telijk zal gebeuren? Het artikel geeft daarover geen uitsluitsel. Er is sprake van een keuze die iemand kan bezighouden. In het algemeen voel ik meer voor een mondelinge verantwoording. Beslist het college of de gene die geacht wordt iets te hebben misdreven? In artikel A 4 komt de volgende zinsnede voor: „nadat de verenigingen, genoemd in artikel 1 van de „Organisatieverordening Brandweer" in de gelegen heid is gesteld schriftelijk advies uit te brengen." Wanneer er meer verenigingen zijn moet er worden gesproken van „zijn gesteld" De tekst van het voor gestelde artikel klopt niet. De VOORZITTER: Dames en heren! De vrijwilliger mag kiezen of hij zich schriftelijk of mondeling wil verantwoorden. Dat staat er niet duidelijk en wij zouden dit artikel derhalve moeten aanvullen met de woorden „te zijner keuze", Ik kan mij voorstellen dat iemand zich schriftelijk verantwoordt. Wij zullen dit artikel met een nette formulering aanpassen. Er is sprake van verenigingen, want er is in zowel Soest als Soesterberg een vereniging en in artikel A 4 moet het woordje „is" in de voorlaatste regel dan ook worden vervangen door „zijn". De vrijwilligers krijgen een heel summiere onkosten vergoeding. Wanneer daarover verwarring is ontstaan, wil ik nog eens benadrukken, dat de vrijwilligheid blijft. De rechtspositie moest worden geregeld, want gebleken is dat die rechtspositie van brandweervrijwil- ligers overal in Nederland zwevend was Een ambtena renrechter heeft in een uitspraak eens vastgesteld, dat brandweervrijwilligers ambtenaar zijn, maar een ande re ambtenarenrechter heeft in een uitspraak verklaard, dat de brandweervrijwilligers geen ambtenaar zijn. Er is, teneinde de rechtspositie van de vrijwilligers vast te leggen, een model-verordening gemaakt. Er kon der halve worden gekozen voor de status van ambtenaar. Daaraan zijn overigens niet zo gek veel voordelen ver bonden; de vrijwilligers zijn bijvoorbeeld niet opgeno men in het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds, om dat de vergoedingen daarvoor veel te gering zijn. Die vergoeding wordt gegeven omdat de betrokkenen zo vaak van huis zijn, terwijl zij vaak allerlei onkosten moeten maken ter wille van de brandweer. De vrijwil ligheid blijft en de status van ambtenaar geeft de vrij willigers een bepaalde rechtspositie. Ik meen dat wij allemaal verschrikkelijk dankbaar moeten zijn voor het feit dat er steeds weer zo veel vrijwilligers worden gevonden om de korpsen te be mannen. De gemeente zou voor hoge kosten worden geplaatst, wanneer wij geen beroep meer zouden kun nen doen op vrijwilligers. Het voorstel wordt, met inachtneming van de aange brachte wijzigingen, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 223 Voorstel tot het intrekken van de bijdrageregeling doorstroming en krotontruiming. 224 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de aankoop van een veegmachine. Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Hierna wordt op voorstel van de VOORZITTER aan de agenda toegevoegd: 225 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het geschikt maken van het oude kantoor van de dienst gemeentewerken voor de g.s.d. en afdeling VI van de secretarie. De VOORZITTER: Dames en heren! Dit voorstel heeft betrekking op aanpassing van het oude gebouw van gemeentewerken waarin de gemeentelijke sociale dienst kan worden gehuisvest. Het zal een ieder zo langzamerhand bekend zijn dat er een aantal maatre gelen moet worden genomen nu blijkt, dat op korte termijn geen nieuw gemeentehuis beschikbaar zal zijn. De eerste maatregel die wij voorstellen betreft het ver huizen van de g.s.d. en de afdeling welzijn van het ge meentehuis en de dependances naar het oude gebouw van gemeentewerken. In de rond te delen begroting staat welke kosten met deze verhuizing gemoeid zijn. Er zitten aan deze zaak twee aspecten, nl. in de eerste plaats het al dan niet noodzakelijk zijn van een ver huizing van de gemeentelijke sociale dienst en de afde ling welzijn en in de tweede plaats de kosten. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzit ter! Er wordt tegenwoordig nogal veel over welzijn gesproken. Welnu: de werksituatie van de ambtenaren bij de gemeentelijke sociale dienst en de situatie voor de burgers die bij deze dienst hun zaken komen be spreken, is onhoudbaar. Wij zouden niets liever zien dan dat daar vandaag in plaats van morgen verandering in komt. Dat feit is echter al heel lang bekend. Ook het besluit dat de gemeentelijke sociale dienst zal worden verplaatst naar het oude kantoor van gemeentewerken is niet van vandaag of gisteren. Die verhuizing is reeds lange tijd in discussie. Wij zijn het eens met die verhui zing, hoewel ons nimmer officieel om toestemming was gevraagd, 308

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 309