Uit vorenstaande voorbeelden blijkt wel dat de gehe le subsidieverlening willekeurig is. Dat betreur ik ten zeerste. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Mevrouw de voorzitter! Ik ben het voor hon derd procent eens met de opmerkingen van mevrouw Korthuis over de commissie culturele zaken, waarvan zij als voorzitter fungeert. De commissie is pas sinds een korte periode bezig met het denken over begelei ding en advisering van het gemeentebestuur op het ge bied van de cultuur. De commissie werkt met burgers die in een dergelijke constructie nog nooit eerder heb ben gewerkt. Daarom is er tijd voor bezinning op de uitgangspunten nodig; er moeten lijnen worden uitge stippeld. Het valt te betreuren dat er mensen zijn die dat geduld niet kunnen opbrengen. Ik vind dat de commissie culturele zaken zich daardoor niet uit het veld moet laten slaan. De democratisering heeft bij uitstek een kans in de commissie culturele zaken. Ik vind dat wij het geduld moeten kunnen opbrengen om de resultaten af te wachten. Het is nooit de bedoeling van het college geweest om te stellen dat een eventueel sociaal-cultureel centrum in het St. Josephgebouw hét gemeentelijk sociaal-cul tureel centrum moet zijn. Wanneer men de ter plaatse staande gebouwen in ogenschouw neemt, zal het dui delijk zijn, dat wij aldaar nooit zullen kunnen beschik ken over een toneel en/of muziekaccommodatie. In dit verband wil ik echter wijzen op het plan voor het bestuurlijk centrum; in dat plan wordt (in de agora) rekening gehouden met ruimte voor toneel en muziek. Wij hebben echter nog geen bestuurlijk centrum. De verenigingen attenderen ons echter terecht steeds op de in Soest bestaande geweldige nood aan ruimte. Wij moeten proberen die ruimtenood in de eerstkomende jaren op te vangen. Wij hebben het St. Josephgebouw en daarvan is Artishock hoofdhuurder. Wij menen dat dat zo moet blijven. In de directe omgeving van het St. Josephgebouw komen er echter in de komen de drie jaar verschillende ruimten vrij waarin wij ande re verenigingen en instellingen een kans kunnen geven, zodat deze in ieder geval een dak boven het hoofd hebben. Dat nu bedoelen wij met „een" sociaal-cultu reel centrum. Het vorengestelde neemt natuurlijk niet weg dat er ook in de wijken voorzieningen zullen moeten worden getroffen. Wij zijn met een eerste aanzet voor het wijk dienstencentrum Overhees bezig; Artishock en de mu ziekschool hebben ons reeds om ruimte gevraagd in dit wijkdienstencentrum. Ook sociaal-culturele wijk- verenigingen zullen van dit centrum gebruik kunnen maken. Wij menen dat wij onze in de verenigingen verenigde burgers niet kunnen laten wachten op dat bestuurlijk centrum. Wij hebben nu de mogelijkheid om er bij het St. Josephgebouw wat ruimte bij te krijgen. Het col lege acht het een goede zaak die ruimte dan ook te ge bruiken. Er is een bouwtechnisch rapport van het St. Joseph gebouw. Het gebruik van het St. Josephgebouw wordt tot nu toe geregeld door de beheerscommissie St. Joseph. Stel dat de raad te zijner tijd akkoord gaat met het verwerven van de omliggende ruimten. In dat geval vinden wij het geen goede zaak, dat diezelfde beheers commissie alle ruimte te verdelen krijgt. Wij vinden nl. dat iedere vereniging gelijke kansen moet hebben. 390 Het moet niet zo zijn dat één vereniging, hoe wij die vereniging ook waarderen, de mogelijkheid krijgt om haar vleugels uit te slaan, terwijl andere verenigingen in de kou blijven staan Daarom pleiten wij voor een gemeentelijk sociaal-cultureel centrum op die plaats. De heer LANGE: Daarmede heeft de beheerscom missie toch niets te maken? Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Maar de beheerscommissie spreekt ook mee in de verhuur van de ruimte aan andere verenigingen dan Artishock. De VOORZITTER: Dat is wel de bedoeling. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Daarom menen wij dat Artishock hoofdhuur der moet zijn van het St, Josephgebouw; de overige ruimten kunnen dan door de gemeente gelijkelijk worden verdeeld over alle verenigingen en instellin gen. Er zijn immers verschrikkelijk veel aanvragen om ruimte. Op 22 december aanstaande zal de commissie cultu rele zaken zich kunnen uitspreken over het profiel van de ambtenaar voor culturele zaken. Het college heeft besloten om allereerst uit te zien naar een amb tenaar culturele zaken, omdat het op de secretarie met de kleine groep onderwijsmensen niet doenlijk is ook nog de cultuur goed te behartigen. De aanwezige ambtenaren moeten reeds te veel onderwijszaken be handelen; zij zijn overbelast. De cultureel ambtenaar zal een beleidsambtenaar zijn; er zal duidelijk sprake zijn van een uitbreiding van de groep onderwijs-cul- tuur op de secretarie. Mevrouw Greefhorst heeft gezegd dat het wijk dienstencentrum Overhees zo snel mogelijk zal moe ten worden gerealiseerd. Wij kunnen niet twee dingen tegelijk doen; het is niet mogelijk ervoor te zorgen dat zo'n accommodatie klaar is op het moment dat de huizen gereed zijn en om er tegelijk voor te zorgen dat de bewoners inspraak hebben bij de totstandko ming van dat centrum. Die twee dingen gaan niet sa men. Wij hebben in de werkgroep wijkdienstencentrum twee bewoners opgenomen; die bewoners vertegen woordigen een soort wijkcomité dat actief is voor Overhees, Smitsveen en Klaarwater. De bewoners van de wijken zullen door middel van een enquete hun wensen kenbaar kunnen maken In de werkgroep heb ben ook ambtenaren en instellingen zitting. Ik meen dat de werkwijze in de werkgroep niets te wensen overlaat, want ik heb geen klachten gehoord. Van mejuffrouw Horch van de provincie hebben wij te horen gekregen dat Soest voor 1976 als derde in de provincie op de prioriteitenlijst staat. Dat betekent dat wij vóór 1 augustus aanstaande een summier bouwplan bij de provincie moeten hebben ingediend. In dat ge val is het praktisch zeker dat wij in 1976 meedraaien in de subsidiepot. Dat betekent natuurlijk niet dat wij ook reeds in 1976 kunnen gaan bouwen, want het uitwerken van het bestek kost tijd. De architect moet constant overleg plegen met de wijkbewoners en de instellingen. Democratie eist tijd. Het is duidelijk niet onze bedoeling om ons cultuur beleid te laten ophouden bij de creatieve vorming. Daarom heb ik reeds gisteravond gezegd dat een cul tureel beleidsplan niet los kan worden gezien van het gehele welzijnsaspect. In de nota van de stuurgroep welzijn heeft men ook kunnen zien dat er ook met de culturele instellingen is gepraat en dat inventarisa-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 391