bibliotheken in geheel Nederland met lege boeken
rekken zitten, omdat er veel meer wordt gelezen.
De VOORZITTER: Ik hoop dat de heer Van Aalst
gerustgesteld is; de boeken kunnen hoogstens kapot
gelezen worden.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Naar
aanleiding van volgnummer 8.70.10 wil ik opmerken,
dat het mij bekend is dat de muziekvereniging Soes-
terberg nogal enthousiast is om te gaan bouwen,
maar er gebeurt nog steeds niets. Kan het college mij
mededelen hoe het ermede staat?
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Het is boven elke
twijfel verheven dat de muziekvereniging Soesterberg
graag wil bouwen, maar met graag willen bouwen zijn
wij er niet. Bouwen kost geld en dan moeten er een
exploitatie-opzet en een begroting komen. Op dit
punt doen zich problemen voor. Inmiddels is duide
lijk afgesproken met de muziekvereniging Soesterberg,
dat ambtenaren van de afdeling financiën de vereni
ging zullen helpen met het maken van een exploita
tie-opzet. Men kan wel erg enthousiast zijn, maar men
zal er rekening mede moeten houden, dat zo'n ge
bouw moet worden gerund. De vereniging zal de las
ten moeten kunnen dragen. Bij al het enthousiasme
wordt dat wel eens vergeten.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Volg
nummer 8.70.58 heeft betrekking op de subsidie
aan de Stichting jeugdzorg Soest. Heeft het college er
enig idee van hoeveel jongeren aan het werk van deze
stichting deelnemen?
Wethouder PLOMP: Mevrouw de voorzitter! Dat aan
tal kan niet exact worden opgegeven, maar in de prak
tijk is ons gebleken dat het om enkele honderden jon
geren per week gaat.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! In de tekst bij volgnummer 8.70.64
wordt onder meer gesproken over de subsidie voor het
organiseren van de Soestock-week. Die manifestatie is
de vorige keer knap de mist ingegaan. Ik zou graag
zien dat het college deze zaak een beetje in de gaten
houdt.
De VOORZITTER: Dat is genoteerd.
Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzit
ter! Ik wil een opmerking maken over dezelfde post.
In de commissie culturele zaken hebben wij over de
Soestock-week gesproken en van alle kanten was er
zware kritiek op de folder en op sommige activiteiten.
Ik verzoek het college deze punten te bespreken voor
dat de volgende Soestock-week wordt gesubsidieerd.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter!
Uit volgnummer 8.70.66 blijkt dat de subsidie voor
de kinderboerderij wordt verhoogd van f. 90.000,--
tot f. 101.406,-. Hoe functioneert de kinderboerderij
op dit moment? Wat zijn de verwachtingen?
De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Onder
volgnummer 8.70.72 staan twee verenigingen genoemd
die zich bezighouden met een vrijwel gelijke activi
teit, maar zij krijgen niet dezelfde subsidie. Dat zal
wel juist zijn, maar ik zal graag vernemen waarom de
subsidie niet gelijk is.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Er hebben inmiddels
reeds ettelijke besprekingen plaats gevonden met het
bestuur van Artishock over de problemen rondom de
Soestock-activiteiten en alle andere verenigingsactivi
teiten. Het ligt in de bedoeling dat de commissie cul
turele zaken en de financiële commissie in januari een
uitgebreid rapport over alle activiteiten van de kunste
naarsvereniging krijgen.
Wethouder PLOMP: Mevrouw de voorzitter! De kin
derboerderij functioneert goed. Tegenwoordig woont
er iemand bij de kinderboerderij. Hij houdt de zaak
ter plaatse in de gaten.
Naar aanleiding van een rapport van gemeentewerken
hebben wij nog eens bekeken hoe de bouwkundige
staat is van de woning waarin de beheerder woont. Ik
ben er ook even gaan kijken. De beheerder is bijzon
der tevreden over het feit dat hij buiten kan wonen.
Hij heeft het huis opgeknapt. Hij heeft alleen wat
moeite met de toegangswegen die regelmatig worden
versperd en die modderig zijn door de bouw van de
huizen in de buurt.
Een dezer dagen hebben wij gepraat met bestuursle
den van de Stichting kinderboerderij. Er is toen ook
gesproken over het verbeteren van de woning. Beke
ken wordt wat allemaal nog mogelijk is. Wethouder
Hoekstra heeft dat gesprek ook bijgewoond.
Tijdens het gesprek over de eventuele verbouwing
van het woonhuis heeft de stichting opgemerkt, dat
zij helaas financiële problemen heeft, omdat het mi
nisterie van cultuur, recreatie en maatschappelijk
werk niet over de brug komt met de toegezegde subsi
die. De stichting meende dat die liquiditeitsmoeilijk
heden moesten worden besproken met het gemeente
bestuur. Wij hebben met het bestuur van de stichting
afgesproken, dat er een bespreking zal plaats vinden
over de financiële toestand en de plannen voor de toe
komst. Die bespreking zal volgende week plaats vin
den. Na afloop van die bespreking zal het mogelijk
zijn verdere mededelingen te doen.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Uit het door de heer
Verheus aangehaalde punt met betrekking tot subsi
dieverlening aan een tweetal toneelverenigingen kan
men nu precies zien hoe het zit met het verlenen van
subsidies. Het verschil in de subsidiëring is een gevolg
van de verschillende exploitatie. De ene vereniging
kan alleen maar draaien, wanneer zij de ruimte huurt,
maar zij kan het daarvoor verschuldigde bedrag niet
betalen. „Het Soester Applaus" heeft een behoorlijk
onderkomen (naar ik meen zelfs kosteloos) Daarom
krijgt Utile Dulci als subsidie een bedrag dat gelijk is
aan de verschuldigde huur.
De VOORZITTER: Dames en heren! Ik wil thans een
heel speciaal woord van welkom uitspreken aan het
adres van onze collega, de heer Blaauw. Wij zijn ver
schrikkelijk blij dat hij thans alweer zo ver is opge
knapt, dat hij als toeschouwer onze raadsvergadering
kan bijwonen. (Tekenen van instemming).
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter!
Ik ben niet zo erg blij met het antwoord van wethou
der Plomp over de kinderboerderij; eigenlijk ben ik
nog nieuwsgieriger geworden.
Wethouder PLOMP: Dat was ook de bedoeling
De heer VAN POPPELEN: De verbouwing van het
woonhuis interesseert mij eigenlijk niet zo gek veel,
want het gaat mij om de totaliteit.
Indertijd is er nogal wat te doen geweest over de
kinderboerderij toen er ter plaatse werd verbouwd en
toen er enige nieuwbouw plaats vond. De toenmalige
K.V.P.-fractie en in het bijzonder de heer De Groot