juist is? Wij onderschrijven het belang van de kleutertandver- zorging. Het verheugt ons dat hierover binnenkort voor stellen zijn te verwachten. De heer OLDENBOOM: Ik wilde niet interrumperen, maar ik wil toch nog wel iets naar aanleiding van het betoog van mevrouw Van Gelder zeggen. Objectief be schouwd is het toch wel cynisch dat mevrouw Van Gelder, sprekend over volksgezondheid, een sigaret opsteekt. De heer DE WILDE: C'est le ton qui fait la musique! De heer LANGE: Mevrouw de voorzitter! Uit de ge beurtenissen rondom de opvang van rijksgenoten uit Suriname blijkt, dat noch de gemeente Soest, noch de regio en eigenlijk noch het rijk in staat is geweest zorg te dragen voor een verantwoord geneeskundig beleid. Onderzoek naar aanwezigheid van besmettelijke ziek ten heeft niet of nauwelijks plaatsgevonden. Maatrege len ter bescherming tegen infectieziekten die in Neder land vooral 's winters veel slachtoffers veroorzaken, zijn niet genomen. Medisch en para-medisch geschoold personeel dat bekend is met zeden en gewoonten van de ze staatsburgers was niet beschikbaar voor opvang en begeleiding. En uit nog vele andere problemen blijkt het gemis van een kwantitatief en kwalitatief voldoen de geëquipeerd apparaat. Wanneer op een later tijdstip in het kader van de gezins hereniging grote aantallen rijksgenoten of naar Neder land komen of teruggaan naar de republiek Suriname zal weer een beroep worden gedaan op de opvangcapa citeit. Het is een gelukkige omstandigheid dat er in Baarn intussen een tweede centrum is ingericht. Het is natuurlijk niet juist om de noodzaak van het functioneren van een districtsgezondheidsdienst te fun deren op ons onvermogen deze stroom vluchtelingen op te vangen. Maar ook uit andere feiten, vermeld in deze begroting, blijkt de behoefte aan een dergelijke dienst. Die feiten zijn onder meer hulpverlening bij on gevallen en rampen en het ambulancevervoer. De be drijfsgeneeskundige zorg van ambtenaren-keuringen, periodiek geneeskundig onderzoek (met name onder zoek naar hart- en vaatziekten) en maatschappelijke begeleiding - kan beter integraal door een regionale dienst worden uitgevoerd. Er moeten oorzaken zijn voor het werkverzuim door ziekte van gemiddeld 17 1/2 dag per jaar voor ambte naren A en 27 1/4 dag per jaar voor ambtenaren B bij het bedrijf gemeentewerken. Misschien kampen de an dere gemeenten in het Samenwerkingsorgaan Eemland met dezelfde problemen en misschien wordt ook daar de noodzaak aanwezig geacht om een speciale ambte naar aan te stellen voor de maatschappelijke begelei ding van de ambtenaren. Wettelijk is vastgelegd dat een bedrijf met meer dan zevenhonderd werknemers ver plicht is een bedrijfsgeneeskundige dienst te hebben; kleinere bedrijven kunnen wellicht door samenwerking een bedrijfsgeneeskundige dienst onderhouden. Misschien dat onze ambtenaar ook de begeleiding in de ons om ringende gemeenten op zich kan nemen. Afgaande op het door de heer Visser genoemde getal van vierhonderd ambtenaren - pak weg vijftienhonderd inwoners inclusief de gezinsleden - in Soest verwacht ik niet, dat de werkzaamheden tot een dagtaak zullen uitgroeien. Ik heb inmiddels begrepen dat het college verwacht dat er wel sprake zal zijn van een dagtaak. Ik neem aan dat het, wanneer de beginproblematiek is opgevangen en er meer sprake zal zijn van een kwestie van „onderhoud", mogelijk zal zijn een grotere „prak tijk" te creëren die kan worden verzorgd door één amb tenaar. Ik hoop dat wij binnen Ee rilland op korte termij de dis cussie over de voorgestelde plannen kunnen aanvangen; bij voorkeur als agendapunt nummer 1 op een volgende vergadering. Over het periodiek geneeskundig onderzoek is reeds het een en ander medegedeeld in de nota van aanbieding. Het verheugt mij dat het cervixonderzoek doorgaat en dat voor de toekomst een andere financieringsmoge lijkheid gevonden lijkt. Helaas worden de vrouwelijke inwoners van deze gemeente nog steeds uitgesloten van deelname aan het onderzoek van de longen als gevolg van een te geringe capaciteit van het districtsconsulta tiebureau in Amersfoort. Deze onbevredigende situatie zal bij een volgende samenkomst van de commissie ge zondheidszorg onderwerp van bespeking zijn. Gebleken is dat de meningen over gezondheidsvoorlich ting en opvoeding bij het basisonderwijs niet onverdeeld gunstig zijn. Wij menen dat aangepaste voorlichting en stimulatie tot individuele meningsvorming over proble men betreffende het functioneren van de mens in relatie tot zijn medemens en zijn omgeving wel aan leerlingen van het basisonderwijs dienen te worden verstrekt. Het onderwijsklimaat in Soest lijkt mij nu nog niet geschikt daarvoor, maar de in de nota van aanbieding aangekon digde ontwikkelingen op het gebied van een schoolbege leidingsdienst en de ouderparticipatie scheppen de juiste voorwaarden voor een kans tot welslagen van een G.V.O.- project. De Nederlandse Stichting voor G.V.O. is zeer zeker in staat en ook bereid om ons te laten meeprofite ren van haar kennis en ervaring op dit gebied. Mijns inziens is schooltandverzorging en kleutertand- verzorging een vorm van G.V.O. waarbij de behandelings aspecten verbonden aan de verzorging als een noodzake lijk kwaad moet worden gezien, voortvloeiend uit het onvermogen van de praktizerende tandartsen om in de eigen praktijk de gebitsverzorging van de basisschool- jeugd te realiseren. Misschien dat de jeugd door G.V.O. en schooltandverzorging dental minded kan worden ge maakt, zodat het project dertienjarigen massaal van de grond komt. Daardoor zal de kans groter zijn dat deze kinderen door hun eigen tandarts kunnen blijven worden behandeld. Wanneer de schooltandverzorging zich be perkt tot het vullen van caviteiten - zonder goede G.V.O. dus - vrees ik, dat wij f. 63.000,- door de spoelbak laten wegspoelen. Wat dat betreft heb ik meer vertrou wen in het voorgenomen experiment in Soesterberg. Het experiment als zodanig kan mijns inziens van zeer korte duur blijven. Er is al genoeg geëxperimenteerd op dit gebied en de resultaten zijn bekend. De kleutertand- verzorging moet voor de gehele gemeente Soest zo snel mogelijk worden geïnstitutionaliseerd met als fundament G.V.O., ook en vooral voor de ouders. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Mevrouw de voorzitter! Ik ben het roerend eens met hetgeen alle sprekers naar voren hebben gebracht. Tijdens de laatste vergadering van de commissie maat schappelijk werk hebben wij gesproken over de kleuter- tandverzorging. Afgesproken is dat deze zaak tijdens de volgende vergadering van de commissie zal worden uitgediept (dan zullen wij onder meer over financiële gegevens kunnen beschikken). Ik hoop dat wij dan een advies voor het college kunnen samenstellen. De leden van de commissie maatschappelijk werk weten welke problemen er zijn verbonden aan de gezondheids-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 417