een kolossale hoogbouw voorstellen of blijft het bin nen redelijke proporties? Heeft het college al desbe treffende bouwplannen gezien en zijn die aanleiding om tot de in het ontwerp-besluit genoemde bouwhoog te te gaan? Blijft men voldoende ver uit de as van de Birkstraat? Het betreft hier een vrij gevoelige situatie en ik zou er graag iets naders van de kant van het col lege over vernemen. De VOORZITTER: Er bestaan ten aanzien van Het Witte Huis, Birkstraat 138, nogal vrij rigoureuze ver bouwingsplannen. Op het ogenblik is het 2-hoog met een vrij lui lopende kap, zodat je, aangezien de tweede verdieping ook nog fors is, bijna kunt zeggen dat het gebouw drie lagen heeft. Het zou de bedoeling zijn, dat daar een parterre met twee verdiepingen komt, zo dat de nokhoogte niet hoger zal zijn dan de huidige nokhoogte, terwijl er volgens de voorschriften 30% van het terrein zou mogen worden bebouwd. De af stand tot de Birkstraat zou eigenlijk blijven zoals hij nu is. Dat mag ook volgens de voorschriften. De Birkstraat is nl. een overige weg en ten aanzien van zulke wegen moetje 15 m uit de as blijven. Wij heb ben niet het gevoel dat het aanzicht van Het Witte Huis erg veel massaler wordt. Het zal naar ons gevoel zeker vanaf de Birkstraat gezien niet erg veel massa ler worden; aan de kant van de Zandlaan zal het, om dat het wat dieper wordt, wel massaler worden. De heer Van Kampen zou ook graag voor het perceel Birkstraat 132 een horecabestemming willen hebben. In onze overwegingen heeft men kunnen zien, dat dat niet onze bedoeling is. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! De oudere raadsleden weten heel goed wat er zich met betrekking tot het perceel Birkstraat 132 heeft afge speeld. Ik wil niet te diep op de geschiedenis ingaan, maar het lijkt mij van belang om toch wel enkele pun ten naar voren te brengen. Er is door het vorige college, misschien niet in zijn voltalligheid, maar dan toch door minstens een paar wethouders, uitgesproken dat men het ermede eens was, dat uit sociaal oogpunt bezien onze buitenland se werknemers bij de heer Van Kampen een goed on derkomen zouden kunnen vinden. Vooral Het Witte Huis heeft landelijk een zeer goede naam en het was vanzelfsprekend, dat de toenmalige wethouder van volkshuisvesting en de toenmalige wethouder van openbare werken hun medewerking hebben verleend aan het tot stand komen van het Polynorm-gebouw. Het is jammer dat bepaalde mondelinge afspraken niet schriftelijk zijn vastgelegd in een verslag waar over beide partijen beschikken. Was dat wel gebeurd, dan was er nu iets meer vastigheid. Ik meen en geloof ook uit de overlevering, dat er indertijd met betrek king tot een groot aantal minder courante gebouwen is gezegd: Breek deze oude troep af, dan kan straks het nieuwe gebouw worden vergroot en ontstaat er een net geheel. E>it lijkt mij een zeer reële en ook aan vaardbare zaak. Op vele plaatsen zijn heel wat hok ken omgebouwd tot woongelegenheid zonder dat daar van de kant van de gemeente iets tegen is onder nomen. In het onderhavige geval hebben wij te ma ken met een burger die op een nette manier aan het college komt vragen of hij maar een nette zaak zal maken van hetgeen hij aankoopt. Die burger wordt nu in feite de dupe van zijn eerlijkheid, althans zo komt het op mij over. Ik zou hier niet veel over heb ben gezegd als het bedrijf van de heer De Koning gis teren niet was ingepast. Nu gisteren duidelijk is vast gesteld, dat de hele betrokken hoek van de gemeente toch geen agrarische bestemming heeft, doch rustig de bestemming hotelbedrijf, de bestemming kam- peerbedrijf of de bestemming pensionbedrijf kan heb ben, vraag ik mij af waarom wij niet aan het bezwaar van de heer Van Kampen zouden tegemoet komen. Ik vraag mij dit te meer af, omdat het gebouw Birk straat 132 zeker al twintig jaar lang een pension is ge weest. Het is mij niet duidelijk waarom dit bedrijf niet zou kunnen worden ingepast. Ik zou, gelet op de beraadslagingen van gisteravond, het niet eerlijk vin den als het perceel Birkstraat 132 niet zou kunnen worden ingepast. Ik doe op het college en de raad een beroep om dit perceel in te passen, dus om het uit het landelijke gebied te halen en er de bestemming pensionbedrijf of horecabedrijf aan te geven. De heer VAN AALSTMevrouw de voorzitter! Ik ben het helemaal met de heer Van Poppelen eens. In de overwegingen van het college staat, dat de door reclamant beweerde toezeggingen in elk geval geen door het daartoe bevoegde college gedane toezeggin gen zijn. Kennelijk zijn er dan toch wel toezeggingen gedaan door min of meer officiële personen, ik zou mij kunnen voorstellen, dat iemand op dergelijke toe zeggingen, die misschien wat voorbarig zijn gedaan, toch wat verder gaat borduren. Ik meen dat er notu len zijn gemaakt van de desbetreffende gesprekken. Als dit inderdaad het geval is, zal ik graag vernemen of wij ze kunnen inzien? Wij hebben in dezen te maken met een gebouw waar in voorheen het pensionbedrijf De Bloemhof geves tigd is geweest. Het is mij onduidelijk waarom dit niet is vastgelegd in het ontwerp-besluit. De heer HILHORST: Het spijt mij bijzonder, me vrouw de voorzitter, dat wij ons amendement om be staande kampeerbedrijven in te passen gisteravond hebben ingediend. Ik denk dat als wij het vanavond hadden ingediend, wij vast en zeker de steun van de heer Van Poppelen zouden hebben gekregen. Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Juist! De heer VAN POPPELEN: Sorry, alle leden van on ze fractie hebben gisteren hun stem aan het voorstel inzake het bedrijf van de heer De Koning gegeven. De VOORZITTER: Ik denk dat de heer Hilhorst nu de andere kampeerbedrijven bedoelt. Dames en heren. Wij kunnen natuurlijk langzamer hand alles gaan inpassen. Dan gaan wij verder de Birk straat op en waar wij dan terecht komen weten wij niet. De heer BLAAUW: Mevrouw de voorzitter! Ik zou graag vernemen of aanneming van het voorstel van het college betekent, dat er een overgangsrecht be staat. Ik meen indertijd uit de voorbesprekingen te hebben begrepen dat als Het Witte Huis zou mogen worden uitgebreid overeenkomstig hetgeen er in het ontwerp besluit staat, er geen bezwaar zou zijn om Birkstraat 132 te laten vervallen. Kan het college hierover nog iets meer vertellen? De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! Is het zo, dat men voorstelt om zowel het perceel Birkstraat 138 als het perceel Birkstraat 140 als het perceel Birkstraat 132 een horecabestemming te geven? De VOORZITTER: Ten aanzien van Birkstraat 140, 90

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 91