over de oorzaken van het prijsverschil een geheel an dere uitleg is gegeven dan ik in de stukken heb gelezen en dan de wethouder nu uiteen heeft gezet. De wethou der heeft nl. gesproken over meer grondwerk, gezien een andere lokatie van het vierde veld. Welnu, dat neem ik zonder meer aan; als die uitleg mij al was ge geven in de commissie voor ruimtelijke ordening, had ik daarop in deze raadsvergadering niet terug behoe ven te komen. Ik begrijp voorts dat er bepaalde moeilijkheden zijn bij het bezien van een nieuwe lokatie. Welnu, dan sluit ik mij aan bij het verzoek van de heer Van Poppe- len om dan maar naar andere mogelijkheden op dit punt te zoeken. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzit ter! Ik heb nog geen antwoord gekregen op mijn op merking dat in de vergadering van de commissie voor ruimtelijke ordening van 28 september jl. uitdrukke lijk aan de toenmalige voorzitter is verzocht om alsnog een gesprek te beleggen met het bestuur van de hoc- keyvereniging over het acceptabel zijn van het gebied aan de Koningsweg. Ik heb vernomen van de voorzit ter van de hockeyvereniging dat dit gesprek nog niet heeft plaats gevonden. Dat heeft niets te maken met een oude lijst van mogelijke plaatsen met commentaar van het verenigingsbestuur, want wij hebben zelfs afge lopen maand vernomen dat de lokatie-Koningsweg, mits die snel beschikbaar zou komen, voor het bestuur acceptabel zou zijn. Ik maak mij grote zorgen dat wij na drie maanden moeten constateren dat er wéér niets is gebeurd. Immers, wij zijn nu al een jaar bezig en er zijn nog geen resultaten bereikt. Daarnaast blijf ik erbij dat aanleg van het vierde veld op de nu gedachte plaats in strijd is met het bestem mingsplan. Ik meen dat het onjuist is om daarmee door te gaan. De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzit ter! Het is vandaag 21 oktober, zodat op 21 januari a.s. de termijn van drie maanden is verstreken. Er kan dan pas op 22 februari in de commissie voor ruimte lijke ordening over gesproken worden en in het gunstigste geval kan de raad er dan pas op 17 maart over spreken. De tijd dringt echter; als de hockey club volgend najaar op het nieuwe veld moet kunnen spelen, moeten wij niet te lang meer erover praten, maar moeten wij eens een beslissing nemen over dat vierde veld. Op de manier waarop wij nu te werk gaan, komen wij er niet. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Ook wij zijn ervan overtuigd dat nu haast moet wor den gemaakt met een en ander. Toen bleek dat op de Koninginnelaan geen mogelijkheden aanwezig wa ren - wij vonden dit een ideale plaats en hetzelfde gold voor het bestuur van de hockeyclub - zijn wij met drie partijen gaan onderhandelen, Op dit ogen blik zijn wij nog druk bezig met het onderhandelen; er zijn inderdaad door ziekte enige ambtenaren uitge vallen, maar anderen zijn daarvoor in de plaats geko men. Wij hopen dat wij de onderhandelingen binnen drie maanden rond kunnen hebben, want het is in derdaad geen ideale oplossing om nu het vierde veld te gaan aanleggen. Wanneer wij dit toch moeten gaan aanleggen, blijkt daaruit al dat wij met de onderhan delingen volkomen zijn vastgelopen. Echter, als wij dat vierde veld dan moeten aanleggen, dan moeten wij het ook góed aanleggen en moeten wij niet gaan beknibbelen op het bedrag. Het nu ge noemde bedrag is ook alleen gebaseerd op een begro ting, op een raming; het werk wordt uitbesteed en dan zien wij vanzelf wel welke prijs daaruit zal komen. Als er geld overblijft, is dat alleen maar plezierig. Wan neer men echter voor de belangen van de hockeyclub wil opkomen - en gezien de discussie wil iedereen dat doen - moet men niet overgaan tot het aanleggen van een veld van mindere kwaliteit. De heer Van den Brakel wijs ik erop dat wij, toen wij ongeveer een maand geleden in de commissie spraken over dit voorstel, toen natuurlijk geen beslissing kon den nemen; het besluit moet eerst nog door de raad genomen worden en vandaag begint ook pas de termijn van drie maanden te lopen. Die drie maanden zijn trouwens toch wel nodig om goedkeuring van gedepu teerde staten te verkrijgen, Daarnaast herinner ik er nog eens aan dat eerst de commissies voor ruimtelijke ordening en financiën zullen worden gehoord, alvo rens over het krediet wordt beschikt. Iedere keer dat er nieuws is over de onderhandelingen, zullen deze commissies ook op de hoogte worden gesteld; over drie maanden weten deze commissies dan ook precies de stand van zaken, Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Ik weet niet of de heer Plomp inmiddels al gesproken heeft met het bestuur van de hockeyvereniging; ik heb dat niet kunnen nagaan. Anderzijds is al in de commissies toe gezegd, dat wij voortaan van maand tot maand zullen rapporteren over de voortgang van de onderhandelin gen inzake aankoop van grond en wij zullen ons hieraan houden. De VOORZITTER: Op de opmerking van de heer Van Logtenstein wil ik bij agendapunt 28 nog nader terugkomen. Mijn conclusie in eerste termijn was juist, maar mijn overwegingen blijken niet juist te zijn geweest. De heer VAN LOGTENSTEIN: Ik zal toch graag zien dat u hierop nu ingaat, omdat ik mijn stem over het voorstel daarvan mede laat afhangen. De VOORZITTER: Ik heb al gezegd dat, als er in een bestemmingsplan geen gebruiksvoorschriften zijn opge nomen, voor gebouwen artikel 352 van de Bouwveror dening geldt. Voor de onderhavige zaak geldt dit arti kel dus niet. Ik had daaraan moeten toevoegen dat ar tikel 352 niet geldt zolang de bestemming niet verwe zenlijkt is. Op dit ogenblik is het dus mogelijk om op het bewuste terrein een hockeyveld aan te leggen. Dat wordt anders als het gaat om een gebouw bij het hoc keyveld, maar daar gaat het nu niet om. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzit ter! Ik wens toch de aantekening dat ik tegen dit voor stel heb gestemd, De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! Ik zal niet om aantekening vragen dat wij tegen dit voorstel heb ben gestemd Wij hebben enige bedenkingen geuit, maar wij zijn blij met de toezegging dat er nu maan delijks gerapporteerd zal worden en wij willen ook niet de hockeyvereniging de dupe laten worden. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Onze fractie - met uitzondering dus van de heer Van Logtenstein - gaat akkoord met het aanvragen van het krediet. Wij zullen de verdere ontwikkeling nauwlet tend volgen en als er geen spoed wordt betracht, zul len wij hierop nog eens terugkomen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 199