helemaal vreemde dingen in staan over subjectiviteit en nietszeggende waarderingen enz. Het is maar goed dat het college die brief niet wil verzenden. De nu voorgelegde antwoordbrief is echter ook niet helemaal goed; een zinsnede als „hebben wij vernomen" is wel bijzonder vaag en als er gesproken wordt over een nieuwe hinderwetvergunning, had natuurlijk vermeld moeten worden wanneer die nieuwe vergunning zal worden aangegeven. Grote bezwaren heb ik tegen de laatste zin, nl.: „Wij zullen dan zo spoedig mogelijk een onderzoek laten instellen.". Ik vind deze zaak nl. zo belangrijk, dat volgens mij éérst een onderzoek moet worden ingesteld en pas daarna moet worden geantwoord. Ik ben bang dat de mensen die in de buurt van het industrieterrein wo nen, toch weer met een kluitje in het riet worden ge stuurd en dat te veel met de belangen van de bewo ners wordt gesold. Ik ga dan ook niet akkoord met de ze antwoordbrief. De heer MENNE: Mevrouw de voorzitter! Ik zal graag zien dat aan de laatste zin in de antwoordbrief aan mevrouw Stiphout nog iets wordt toegevoegd, nl. een zinsnede in de trant van: en zo mogelijk, afhanke lijk daarvan, spoedig maatregelen nemen. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Wat het gestelde onder vraag 2 betreft van de antwoord brief aan de actiegroep wijs ik erop dat de belofte die indertijd is gedaan, betrekking had op de naverbran- ders op de moffelovens. Dat is ook gebeurd. Er is nu echter een twist-off-afdeling bijgekomen en daarmee is het nog niet in orde. De firma Lindner zal daarvoor elektrostatische filters aanschaffen en dan zal de stank helemaal verdwenen zijn; althans, dat leert de ervaring die met dit soort filters is opgedaan in Frankrijk. De kwestie van het voortzetten van het productiepro ces tijdens de nachtelijke uren wordt in het kader van de nieuwe hinderwetvergunning die is aangevraagd, he lemaal besproken. De heer Van den Brakel kan ik antwoorden dat op 30 november a.s. om half tien de hinderwetzitting zal worden gehouden; de publicatie hiervoor verschijnt één dezer dagen. Naar die zitting kan iedereen gaan en iedereen kan daar ook zijn bezwaren indienen. De heer Visser heeft een heel betoog gehouden en aan het eind daarvan gezegd dat hij toch niet akkoord gaat met de antwoordbrief. Ik vraag mij af of ik dan nog op zijn vragen zou moeten ingaan, maar ik wil toch proberen om hem te overtuigen. Dat er een ant woordbrief aan de actiegroep zou komen, is in de vori ge raadsvergadering toegezegd. De heer Visser wist dus dat dit punt in deze raadsvergadering aan de orde zou komen. Bovendien hebben wij op 16 november jl. aan de raadsleden een brief gestuurd, met daarbij gevoegd de ontwerp-antwoordbrief aan de actiegroep met nog enige andere stukken, waarin wij hebben vermeld dat de antwoordbrief op 18 november in de raad aan de orde zou komen. De heer VISSER: Waarom stond die antwoordbrief dan niet op de agenda? Wethouder HOEKSTRA: De agenda is al uitgegaan toen deze antwoordbrief nog niet helemaal gereed was. De heren Visser en Menne hebben een opmerking ge maakt over de laatste zin van de antwoordbrief aan mevrouw Stiphout. Eerder staat in de brief: „Overigens zal een nieuwe hinderwetvergunning voor dit bedrijf worden afgegeven, waarbij wij, bij het stel len van voorwaarden, uw klacht zullen betrekken. Mocht u, na het verlenen van de nieuwe hinderwet vergunning, nog overlast ondervinden van de firma Lindner, dan verzoeken wij u dit aan ons hetzij schrif telijk hetzij mondeling te melden.". Welnu, dat lijkt mij zonder meer duidelijk en ook lo gisch. Ik heb vorige week nog gesproken met de milieu groep „Soestdijk geen Stankwijk", waarbij ik haar - dat was immers beloofd - volledig heb ingelicht over de stand van zaken op dit ogenblik. Ik heb de leden van die groep opgewekt, vooral de hinderwetzitting op 30 november a.s. niet te vergeten. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik zelf wil nog antwoorden op de vraag van de heer Van Poppelen inzake Almere. Wij hebben een kort geding aange spannen tegen dit bedrijf, dat volgende week zal die nen. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Ik heb concreet gevraagd wanneer precies de naver- branders bij de firma Lindner zullen worden ge plaatst. Het gaat mij erom te voorkomen dat deze fir ma ons weer op sleeptouw houdt; de ervaring heeft dat geleerd. De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzitter! Is het niet gewenst dat in de antwoordbrief aan me vrouw Stiphout de hinderwetzitting op 30 november a.s. wordt vermeld? Anders zou zij het in de krant moeten lezen en mist zij dat bericht misschien. De VOORZITTER: Ja, dat kan gemakkelijk worden toegevoegd aan de antwoordbrief. Het college zal daarvoor zorgdragen. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! De heer Van Poppelen kan ik zeggen dat na de hinderwet zitting op 30 november a.s. de dienst van gemeente werken een concept-vergunning opstelt met een aan tal voorwaarden. Die voorwaarden worden vervolgens ter beoordeling toegezonden aan de arbeidsinspectie. Daarna moeten burgemeester en wethouders de beslis sing nemen. Hoe lang dat zal vergen, hangt natuurlijk van allerlei aspecten af; ik kan daarvoor geen concrete termijn noemen. Besloten wordt vervolgens te antwoorden aan me vrouw Stiphout en de actiegroep „Soestdijk geen Stankwijk" conform de ontwerp-antwoordbrieven. De heer Visser verkrijgt op zijn verzoek aantekening in de notulen dat hij zich met de genomen beslissing niet heeft verenigd. De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! In de brief van 16 november jl., waarbij u ons een aantal stukken hebt toegezonden - wethouder Hoekstra heeft deze brief zojuist genoemd - staat ook dat u aan het begin van de raadsvergadering een voorstel zal doen over de wijze van behandeling van deze stukken. Is dat voorstel door u al gedaan? De VOORZITTER: De ontwerp-antwoordbrief aan de milieugroep „Soestdijk geen Stankwijk" is nu afge handeld; die is aan de orde geweest samen met de brief van mevrouw Stiphout. Uw interpellatieverzoek -er zijn trouwens nog meer interpellatieverzoeken - komt aan de orde als punt m van de lijst van ingeko men stukken is afgehandeld.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 212