agent moet weer de auto uit en onder de mensen. Ik
noem u nog het Tijdschrift voor Maatschappijvraag
stukken en Welzijnswerk, 28ste jaargang, nummer 22
van 1974 en Reflex, 9e jaargang, nummer 11, waarin
wordt ingegaan op de hulpverlenende taak zoals men
die bij het Haagse politiekorps in praktijk brengt.
Kortom: stof te over om zich te bezinnen, ook in
Soest, waar mijns inziens de politie de grootste wel-
zijnsinstelling zou kunnen en moeten zijn
De surveillance per auto is goed geregeld.
Ik hoop dat de wijkagent in Soesterberg goed voorbe
reid en begeleid wordt.
Progressief Soest stelt u tenslotte voor de uitbreiding
van het personeel in 1977 van vijf man geheel ten
dienste te doen komen van deze hulpverlenende taak.
Kortom: vijf wijkagenten, waar in Soest grote behoef
te aan is.
De heer OLDENBOOM: Mevrouw de voorzitter!
Bij de prioriteiten van de burger neemt de veiligheid
in zijn huis, om hem heen en in zijn naaste omgeving
een hoge plaats in. Wij dachten dat dit ook welzijn
in optima forma is. Een goed functionerend politie
apparaat is een groot goed. In onze snel veranderen
de samenleving staat de politie voor grote opgaven
en vaak onder toch wel geestelijke druk. Bij onze
benadering van dit apparaat dienen wij dan ook grote
zorgvuldigheid te betrachten. De wijze waarop ons
politiekorps hierbij in grote lijnen in het verleden
heeft gefunctioneerd en nog functioneert heeft onze
grote waardering.
Wij blijven grote voorstanders van het instituut wijk
agent. Iedere maatregel in die richting juichen wij
van harte toe. Wij zijn er echter wel van overtuigd
dat door de personeelssituatie, het veranderende ta
kenpakket van onze politie en de uitgestrektheid van
de gemeente hetgeen wij in dit opzicht wenselijk
achten niet van de ene dag op de andere kan worden
gerealiseerd.
Voor een goed functioneren van een politiekorps is
ook een goede huisvesting van groot belang. De huis
vesting van de politie is ondanks recente investerin
gen toch nog steeds suboptimaal. Maar ik geloof dat
er via de politiecommissie een definitieve aftrap is
gedaan om tot een verbetering van de huisvesting van
de politie te komen. Wij zouden willen aandringen
op een snelle verwezenlijking van de nieuwbouw
voor het politiekorps.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Het
geen de heer Oldenboom heeft gesteld onderschrijf
ik volkomen.
Ik heb vernomen dat wat de surveillance betreft de
situatie in Soest momenteel optimaal is. Men vindt
dit de beste oplossing. Toen de desbetreffende opstel
ling nog niet gevonden was en de politie in Soester
berg min of meer als een apart korps draaide, functio
neerden de agenten in Soesterberg min of meer als
een soort wijkagent. Naar ik heb vernomen vindt
men, dat men er op achteruit is gegaan, dat men toen
beter op de hoogte was van de gang van zaken in
Soesterberg dan bij de huidige werkwijze.
Ook het sluiten van het bureau geeft binnen het dorp
toch nog wel enige wrevel. Men vindt, met in de
buurt toch wat saillante punten die tot wat calamiteiten
aanleiding kunnen geven,het toch niet ideaal. Nu het dorp
wordt uitgebreid met Amerikanen, ten aanzien waar
van wij niet helemaal een beroep op de Amerikaanse
militaire politie kunnen doen, zou ik toch willen vra
gen of de situatie nu wel werkelijk zo ideaal is als ze
wordt voorgesteld, gegeven het feit dat de surveillan
ce prioriteit blijft behouden boven de wijkagent.
In de nota van aanbieding staat dat met ingang van
I januari 1977 het korps wordt uitgebreid met vijf
man Dit impliceert niet dat de vijf op 1 januari
1977 inderdaad aanwezig zijn. Ik heb het vermoeden
dat de vijfde man pas in september of oktober aan het
korps zal worden toegevoegd De instelling van de
wijkagent zal naar ik heb begrepen mede afhankelijk
zijn van de pensionering van de huidige postcomman-
dant in Soesterberg. Ik meen dan ook te moeten
vaststellen dat de wijkagent in Soesterberg in 1977
waarschijnlijk niet zal functioneren
De VOORZITTER: Dames en heren! Toen de heer
Visser zo uitgebreid over de wijkagent begon en over
een aantal artikelen (bijvoorbeeld over hetgeen men
in Den Haag doet, waarop hij verleden jaar ook heeft
gewezen), vroeg ik mij een ogenblik af of wij weer
aan de begroting van verleden jaar bezig waren. Wij
hebben toen een uitgebreide discussie over de wijk-
agent gevoerd. En eigenlijk zou ik voor een gedeelte
van het antwoord de heer Visser willen verwijzen
naar de notulen van de begrotingsvergadering van
II december 1975, met name de bladzijden 420 en
421.
De heer VISSER: Ik kom er volgend jaar misschien
wel weer op terug, mevrouw de voorzitter. De tijden
veranderen. U kunt wel verwijzen naar vorige notu
len en dan kunnen wij deze hele dag wel vergeten wat
een heleboel dingen betreft, maar u zult mij toch
niet kunnen verhinderen steeds weer op het instituut
wijkagent aan te dringen, want het breidt zich uit in
Nederland.
De VOORZITTER: Ik verhinder u helemaal niets.
Ik zou zelfs verder willen gaan. Ik heb geconstateerd,
ook verleden jaar, dat het idee van de wijkagent niet
alleen bij u leeft, maar dat het ook leeft bij de raad
en bij het college en ook bij het hoofd van de plaat
selijke politie en bij het politiekorps. Wij hebben
verleden jaar alleen duidelijk prioriteiten gesteld. Ik
weet dat ik toen op een vraag, naar ik meen van de
heer De Wilde, heb geantwoord, dat als wij negentig
man personeel hadden, wij aardig met de wijkagen
ten zouden kunnen werken. Ik geef straks nog graag
het woord aan mevrouw Van Stiphout ten aanzien
van het overleg en het handelen, ook buiten kantoor
uren, ten aanzien van het welzijnswerk.
Dames en heren. Er is, sinds het optreden van de
nieuwe korpschef (andere hoofden van dienst geven
altijd andere accenten), in Soesterberg inderdaad
wat veranderd. Vroeger zat daar een apart koppel
met een adjudant aan het hoofd. De nieuwe korps
chef heeft zich op het standpunt gesteld, dat het,
gegeven de schaarse personeelsbezetting die wij had
den, toch jammer was dat een adjudant alleen met de
zaken in Soesterberg was belast, aangezien een adju
dant nu eenmaal een bepaalde afdeling helemaal on
der zijn hoede kan nemen. De nieuwe korpschef
heeft, met mijn volledige instemming, een beetje ge
schoven, waardoor de adjudant uit Soesterberg is
vertrokken en tegenwoordig op het hoofdbureau zit
en is belast met speciale taken.
Behalve de korpschef en de hoofdinspecteur hebben
wij een adjudant voor bijzondere zaken, een adjudant
voor de recherche, een afdeling administratie, een
302