worden beantwoord. Maar ik ben bereid om nu op een aantal der vragen in te gaan Voor zover wij in het verleden rehabilitatieprojecten hebben gehad, hebben wij daaraan altijd medege werkt. Ik denk nu aan bijvoorbeeld het complex van St. Joseph, aan de Van Maarenstraat en omgeving en complexen van Patrimonium aan de Krommeweg en de Talmalaan. Te dien aanzien passen wij alle moge lijke subsidieregelingen toe. Wij streven ernaar om er overal uit te halen wat wij eruit zouden kunnen ha len. Met andere woorden: wij nemen maatregelen op dat alle wettelijke mogelijkheden worden benut. Vrij recentelijk hebben wij de hele lijst van de bij het grondbedrijf in beheer zijnde woningen uitgespit. De ze zaak zal aan de orde worden gesteld in de com missie ruimtelijke ordening. De heer Menne heeft het onder verwijzing naar een vergadering van 25 november jl. gehad over „een paar gemeentewoningen". Ik meen dat er wat dit betreft van een kleine vergissing sprake is, in die zin, dat de heer Menne heeft bedoeld te zeggen: vier dienstwo ningen. De heer MENNE: Inderdaad. Wethouder EBBERS: Maar u bedoelt het vermoede lijk meer in zijn algemeenheid. De heer MENNE: Ja. Wethouder EBBERS: Akkoord. Ook dit moet ik toch eens nader bestuderen. Ik zeg graag toe dat ik er nog op terugkom. Mevrouw de voorzitter. Ten aanzien van de opmer king van de heer Van den Brakel dat er steeds meer vraag naar woningen voor alleenstaanden en aangepas te woningen komt kan ik zeggen, dat er wat deze cate gorieën betreft in het bestemmingsplannetje Albert Cuyp een eerste aanzet wordt gegeven, mede gezien in het licht van het feit dat wij nu ook een aanzet heb ben gemaakt met de enquete binnen de stuurgroep conform de nota van Van Dam over alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens. Het schijnt inderdaad zo te zijn dat er in de periode 1955-1960 in de raad iets is besloten ten aanzien van het bieden van mogelijkheden voor het houden van pluimvee. Ik heb bij informatie begrepen dat dat des betreffende voorzieningen bij gemeentewoningen be trof en dat er wat dat betreft onder meer een teke ning voor een standaardduivenhok aanwezig was. Ik meen dat te dien aanzien de kwestie van de bouw vergunningen is gekoppeld aan de afmetingen. Aange zien ik dit niet zeker weet, zal een van mijn collega's dit wel eens uitzoeken. Wat de Molenstraat betreft heb ik ongeveer twee maanden geleden een werkgroep mogen installeren waarin vertegenwoordigers van de bewonerscommis sie, de woningbouwvereniging en drie mensen van de gemeente zitting hebben genomen. Dat is gebeurd op grond van de grote vergadering die wij hier hebben gehad, waarop iedereen aanwezig is geweest en waar op aan het gemeentebestuur de suggestie is gedaan om de zaak nog eens aan te zwengelen. Dat is vrij aardig gelukt. Er is vrij intensief vergaderd en er is inmiddels op verzoek van de bewonerscommissie en de woning bouwvereniging St. Joseph een vrij lijvig rapport uit gebracht. Dat rapport omvat alle mogelijkheden die er met betrekking tot de Molenstraat zouden bestaan, te weten: totale nieuwbouw, renovatie en alle varian ten daar tussenin Dit wordt vrij uitvoerig doorge sproken, Het rapport is op het ogenblik bij de verte genwoordigers van de bewonerscommissie die in de werkgroep zitten en bij de woningbouwvereniging. Zij zullen op 15 december afzonderlijk beslissen wel ke mogelijkheden worden geschrapt en welke er over blijven. Vervolgens zullen er in onderling overleg voor stellen inzake de overblijvende mogelijkheden moe ten worden opgesteld, ik neem haast aan dat er hier omtrent in het begin van 1977 duidelijkheid zal be staan. Ik hoop dat ik ondanks het feit dat ik nu nog niet precies kan zeggen wat er zal gebeuren, toch dui delijk heb gemaakt dat er heel hard aan gewerkt is. Ik meen dat met betrekking tot de woonerven de heer Van den Brakel datgene heeft verwoord wat wij in feite ook bedoeld hebben. Ik denk hierbij met na me ook aan de zorgvuldigheid. Te dien aanzien bestaat er nog wel eens verschil van mening. Iemand die recentelijk een premiekoopwoning heeft gekocht, komt niet voor een premiekoopwoning in Overhees II in aanmerking. Wij hebben duidelijk de bedoeling om de premiekoopwoningen die in Over hees II worden gebouwd, toe te wijzen aan mensen die er nog niet eerder toe in staat zijn gesteld een premiekoopwoning te kopen. Wij hebben op het ogenblik een lijst met naar ik meen 1000 a 1100 ge gadigden voor een premiekoopwoning in Overhees II. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Wanneer wordt gezegd dat er in Hees foto's zijn ge maakt om op die manier duidelijk te maken wat daar is gebouwd, dan moet ik zeggen: Dat is vdkomen fan tasie. Burgemeester en wethouders hebben de dienst gemeentewerken opdracht gegeven om eens te bekij ken wat er in Hees staat. Wij hebben dat niet gedaan om dadelijk iedereen op de vingers te tikken. Maar Hees is een gebied waar bouwwerken staan die in de oorlog of vlak na de oorlog zijn gebouwd en waar voor nooit een bouwvergunning is aangevraagd, zoals dat in die tijd gebruikelijk was in dergelijke gebieden, waarin iedereen heerlijk kon leven zoals hij dat wil de. Wij wilden hetgeen daar gebouwd is nu eigenlijk wel eens op kaart hebben. De mensen zijn op mijn spreekuur geweest, zij zijn naar het gemeentehuis ge komen of hebben op andere wijze gereageerd. Dat be treft praktisch iedereen. De school reageerde, het kerkje dat er staat, reageerde vanwege een afdak dat clandestien is bijgebouwd enz. Wij zijn de zaken ge woon aan het inventariseren. Eigenlijk kregen wij af en toe de wat ongerustheid verwekkende indruk, dat daar toch ook wel verschillende mensen clandestien gingen wonen, waarmede mijn collega Ebbers dan weer de grootste moeite krijgt. Wij wilden eens pre cies weten wat daar eigenlijk aan de hand is. Maar foto's zijn er nooit genomen. De mensen van ge meentewerken zijn gewoon langs de huizen gegaan en hebben de bewoners gevraagd of ze het een en an der mochten bekijken. De heer DE WILDE: Hebt u al een verdere doelstel ling voor ogen voor na de inventarisatie? De VOORZITTER: Dat is onze moeilijkheid. Wethouder HOEKSTRA: Dat gaan we dan eens rus tig bekijken. Wij hebben gisteren nog iemand bij ons gehad die dacht dat hij dadelijk maar in de AROB moest klim men. Wij hebben hem wat dat betreft een klein beet je gerustgesteld. Mevrouw de voorzitter Wat bouwsels als duivenhok- 312

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 313