v.d. Broek zich zodanig heeft laten informeren, dat hij ons een verantwoord advies kan geven. Wanneer wordt gezegd dat de gemeente alleen de eigen bossen aanpakt, terwijl met betrekking tot de particuliere bossen niets gebeurt, zij opgemerkt dat de overheid altijd nog het voorbeeld moet geven. De overheid zal in de eerste plaats het eigen tuintje moe ten schoonhouden en daarbij niet moeten kijken wat de buurman doet. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! De heer Van Poppelen vraagt om eerst te informeren bij staatsbosbeheer enz. Die informatie is ingewonnen. Wij hebben een brief van 2 maart gekregen van de hoofdingenieur-directeur van de landinrichting. De heer VAN POPPELEN.' Dat is staatsbosbeheer. Wethouder HOEKSTRA: Die geeft vier methoden van bestrijding aan. De eerste methode houdt in dat heel dikke stammen worden ingesmeerd met 2-4-5-T-ester. Dat moet in het voorjaar gebeuren. Dan sterft de bast af en gaat de zaak dood. De tweede methode heeft men in de begroting kunnen zien. Die houdt in dat de dikkere stammen worden afgezaagd, waarna insme ring plaats vindt met 2-4-5-T-ester. Dan gaat de wor tel dood. Methode 3 is het chemisch spuiten. Metho de 4 houdt in het uittrekken van de vogelkers. Daar van schrijft de hoofdingenieur-directeur: „Deze me thode, hoewel de beste, is het meest arbeidsintensief". Wij nemen voor een deel van het bos de beste metho de (methode 4). Die methode kan echter alleen wor den toegepast met betrekking tot de jongere planten. Alleen die kan je nl. goed uittrekken. Voor de vol groeide vogelkers zullen we methode 2 toepassen. Hieruit blijkt dat wij precies de methoden toepassen, zoals ze door staatsbosbeheer worden aangegeven. De heer Van Aalst heeft gevraagd: Wat gebeurt er met de omringende bossen, die in handen zijn van particu lieren en waar deze struiken ook groeien? Men kan dan echter ook nog wel even verder gaan. Ik denk dat de Amerikaanse vogelkers ook in Amersfoort groeit. De vogelkers wordt verspreid door vogeltjes. Je zou dan bij wijze van spreken aan heel Nederland moeten vragen tot bestrijding van de Amerikaanse vogelkers over te gaan. Deze zaak is tijdens de begrotingsbehandeling al aan de orde geweest en ook meermalen in de boscommis- sie aan de orde gesteld. Ons is op een gegeven mo ment een artikel met betrekking tot de provincie Gel derland onder ogen gekomen. Naar aanleiding daar van zijn wij op de gedachte gekomen het onderhavige werk aan te melden als d.a.c.w.-project. Bij d.a.c.w.- projecten gaat het meestal om geweldig hoge bedragen, voor rioolwerken, wegenaanleg enz. Tijdens een voor lichtingsbijeenkomst terzake in Utrecht werd gezegd U moet ook eens komen met kleinere postjes. In ver band daarmede zijn wij ertoe gekomen het onderha vige werk aan te melden als d.a.c.w- project. De raad wordt overigens helemaal geen krediet ge vraagd. De zaak is alleen aangemeld. Wanneer wij straks te horen krijgen tot welk percentage de kosten vergoed worden - daar het hier een zeer arbeidsinten sief project betreft, worden de kosten misschien wel voor 80% vergoed -, zal de raad een krediet worden gevraagd voor het overblijvende deel. Wij wachten dus af of wij op onze aanvraag iets horen. Horen wij niets, dan wordt er ook niets uitgevoerd. Wordt het met de Amerikaanse vogelkers (de bospest) dan al te gek, dan zullen we moeten overwegen of wij niet zelfstandig maatregelen dienen te nemen. 48 De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Ik vind het buitengewoon jammer dat het door de wet houder aangehaalde stuk van staatsbosbeheer niet ter inzage is gelegd. Bovendien geeft staatsbosbeheer in be doelde brief gewoon alternatieve bestrijdingsmogelijk heden aan. Er wordt echter geen advies uitgebracht met betrekking tot de Soester bossen. Verder zij opge merkt dat met de betrokken f. 37.000,- slechts met betrekking tot een heel klein stukje bos de vogelkers wordt bestreden. Ik zou dan liever zien dat een plan werd opgesteld voor een totale bestrijding. Wanneer men alleen maar links en rechts op kleine plekjes in de bossen de vogelkers gaat bestrijden, zal het daar mede gemoeid zijnde geld weggegooid zijn. De heer VAN EE: Mevrouw de voorzitter! In de bos- commissie zijn wij eigenlijk alleen meegegaan met het aanvragen van de d.a.c.w.-subsidie. En nu slaat de wethouder ons om de oren met een stuk, dat wij nog niet eens ter inzage hebben gehad. Dat moet hij eigen lijk niet als argument gebruiken. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Ik sla niemand met stukken om de oren. De door mij aangehaalde brief heb ik pas hedenochtend onder ogen gekregen. Wanneer zo'n brief binnenkomt, duurt het nog een hele tijd voordat die bij mij op tafel ligt. Uit deze brief bleek mij dat de methoden die wij wil len toepassen, precies twee methoden zijn uit de vier methoden die in de brief worden aangegeven. Bedoelde brief had dus niet ter inzage gelegd kunnen worden. Nogmaals: ik sla niemand met stukken om de oren. Wanneer ik, zonder de brief aan te halen, had gezegd dat er vier methoden zijn, had u mij ook ge loofd. Het gaat thans om niets anders dan om het aanmel den van dit werk als d.a.c.w.-próject. De heer Van Poppelen kan wel zeggen dat men in één keer alle bossen moet aanpakken, maar dat gebeurt nergens. Ik zou wel eens willen zien hoeveel mensen zouden moeten worden ingeschakeld om uit alle bos sen de Amerikaanse vogelkers te verwijderen. Boven dien: al werken wij nog zo hard aan de bestrijding er van, de Amerikaanse vogelkers zal toch wel in de bos sen blijven. De Amerikaanse vogelkers komt nl. overal in Nederland in de bossen voor. Ook al zouden wij on ze bossen helemaal schonen, dan nog krijgen we de Amerikaanse vogelkers onherroepelijk terug. Ik wil toch het voorstel handhaven om dit werk aan te melden als d.a.c.w.-project en dan maar af te wach ten welk bericht wij daarop krijgen. Wanneer dat ant woord er is, zal de raad een bepaald krediet worden gevraagd. Maar nogmaals: wij vragen op dit moment geen krediet. Het werk wordt alleen opgegeven als d.a.c.w.-project. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. 62 Voorstel tot het aanvaarden van de inspraaknota als richtlijn voor de inspraak ten aanzien van het ruimte lijk beleid. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik wil allereerst twee drukfouten in onze nota corrigeren. Op bladzijde 20 moet onder b „van het eventueel vormen" worden vervangen door: voor het eventueel vormen. Op dezelfde bladzijde moet onder f „het via elke fase evalueren" worden vervangen door: het na elke fase evalueren.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 49