er inderdaad sluipverkeer kunnen ontstaan, hoewel niet kan worden aangetoond in welke mate er sprake zal zijn van sluipverkeer. De bewoners wensen geen doorgaand verkeer. Wij houden liever de Eigendom weg zoals die nu is, dat wil zeggen met bomen en veilig voor fietsers. Het nieuwe voorstel van het colle ge komt tegemoet aan de wensen van de bewoners, want men zal de Eigendomweg niet kunnen oprijden. Er zal alleen geen lusje zijn. De heer Goote heeft zich afgevraagd of het Scalmeyerpad breed genoeg zal zijn. Het gaat slechts om een paar mensen die daar wonen. De woningen aan de Eigendomweg hebben alle geen uitgang op de Eigendomweg; alle garages monden uit op het Scalmeyerpad. Dat betekent dat die bewoners zelf heel rustig in die straat heen en weer moeten rijden. Die straat zou een onderdeel van de lus uitmaken, wanneer zou zijn tegemoet gekomen aan het verlangen van de bewoners, ik zie geen bezwa ren. De zaak is besproken, want zij is in de commissie openbare werken twee keer aan de orde geweest en deze commissie heeft zich tot twee keer toe akkoord verklaard. De heer VISSER: Dat was mijn vraag niet. Ik heb gevraagd wat de ambtelijke verkeerscommissie heeft geadviseerd. Wethouder HOEKSTRA: Dat advies was aanwezig. In de besprekingen van de commissie openbare wer ken worden adviezen van de ambtelijke verkeerscom missie altijd betrokken. Onttrekking van de Eigendomweg aan het openbaar verkeer zal, zoals reeds in het voorstel is opgemerkt, op bezwaren stuiten bij gedeputeerde staten en de Kroon. De heer Goote heeft er terecht op gewezen dat wij twee jaar met deze zaak bezig zijn geweest. Dit plan zat eigenlijk in het bestemmingsplan Overhees. Wij zijn niet onmiddellijk tot uitvoering overgegaan, omdat er ter plaatse moest worden gebouwd (er moes ten wagens kunnen komen). Tijdens de bouw hebben wij de bomen al zoveel mogelijk gespaard. Overal hebben hekken gestaan, opdat de bomen zo weinig mogelijk zouden worden beschadigd. Daarna is er nog even gewacht tot de Den Blieklaan helemaal klaar was, omdat in de Den Blieklaan nog een riool stelsel moest worden gelegd. Wij wilden voorkomen dat men Overhees bijna niet zou kunnen bereiken. Alles is gebeurd in overleg met de commissie open bare werken. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Ik meende snel akkoord te kunnen gaan met de nieuwe oplossing die door wethouder Hoekstra is aangedragen, omdat in de brief van 2 februari jl. van de heer Kampf onder punt d wordt opgemerkt: „Het idee woonstraat met uitsluitend woonverkeer krijgt op deze wijze meer gestalte". Daaruit blijkt dat de heer Kampf voorstander is van een woonstraat en dat idee sluit aardig aan bij de nu aangedragen oplossing. Welke deskundigen denkt het college in te schakelen voor het bepalen van welke bomen al dan niet moe ten worden gerooid? De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Zeer te recht schrijft de directeur van gemeentewerken dat hij haast met deze zaak heeft. Daarom vind ik dat wij vanavond een beslissing moeten nemen, opdat er in ieder geval met de werkzaamheden kan worden ge start. Ik stel echter voor om de nieuwe oplossing toch nog eens met de bewoners te bespreken voordat er toch nog weer allerlei bezwaren komen. Ik heb nog geen antwoord gekregen op mijn opmer king over de brief van het college van 21 februari jl. aan de heer Kampf, waarin met betrekking tot de procedure wordt gesteld: a. publicatie voor voorgenomen onttrekking aan de openbaarheid; b. eventuele indiening van bezwaren door belangheb benden met mondelinge toelichting; c. voorstel aan de gemeenteraad. Waarom is het college van die procedure afgeweken? Het college had, wanneer dat niet was gebeurd, een heleboel narigheid kunnen voorkomen en dan had den wij dit voorstel vanavond als een hamerstuk kun nen behandelen. De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! Wij zijn overtuigd door het antwoord van wethouder Hoekstra. De bezwaren van de bewoners waren voornamelijk gericht tegen het ontstaan van eventueel sluipverkeer. Sluipverkeer wordt door de nu aangedragen oplos sing inderdaad uitgesloten. Ik stel het college voor om de details van het voorstel te bespreken met de bewo ners. In dit verband kan een suggestie van de bewo ners met betrekking tot de bestrating van de Eigen domweg in discussie worden gebracht. Zij hebben over het aanbrengen van klinkers gesproken, ook wanneer er uitsluitend een fietspad wordt aangelegd. Ik vind dat uitvoering van deze suggestie moet worden over wogen. Het college meent dat klinkers niet ideaal zijn voor een fietspad. Klinkers en tegels worden overal in Soest gebruikt voor fietspaden en ik ben er dan ook niet van overtuigd, dat het gebruiken van klin kers voor deze 100 meter zo'n vreselijke zaak zou zijn. Ik stel dan ook voor om in het overleg met de bewoners nog eens te spreken over de bestrating van de Eigendomweg, want ik meen dat de bewoners ter zake een goede suggestie hebben gedaan. Op welke termijn denkt het college aan de realise ring van een en ander te beginnen? Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Terecht heeft de heer Van Poppelen vastgesteld dat wij met de nu aangedragen oplossing heel dicht bij het idee van de heer Kampf komen. Ik zal de plantsoenendienst voorstellen om met be trekking tot de bomen aan de Eigendomweg eerst een boomchirurg te raadplegen. Na de indiening van de bezwaren is er niet meer met bewoners gesproken. Wij menen dat echter volledig aan de wensen van de bewoners is tegemoet geko men, want er zal geen sprake zijn van sluipverkeer. Er zal ook sprake zijn van een woonstraat, want de bewoners zullen alleen zelf (en wellicht de melkboer en de bakker) de straat kunnen inrijden. De heer Visser heeft gewezen op de procedure die wij in onze brief van 21 februari jl. hebben vermeld. Die procedure zou worden gevolgd wanneer de weg aan de openbaarheid zou worden onttrokken. In het voorstel staat reeds vermeld waarom een dergelijke procedure op bezwaren stuit en daarom vervallen ook de andere punten die in die procedure staan vermeld. Het is niet de bedoeling om de Eigendomweg te voor zien van klinkers. Het is de bedoeling om de slechte

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 279