probleem zitten. Daarom nogmaals de vraag: Kunnen de kantine van De Bunt en de gemeenschapsruimten van de diverse scholen niet beter benut worden? Voor zover ik kan nagaan, wordt alleen de gemeenschaps ruimte van De Schakel gebruikt voor muziekonderwijs. Hoofdstuk II. Wij kunnen ons volledig vinden in de wijze waarop de kunstzinnige vorming in het onderwijs geschiedt. De be langstelling moet vroeg gewekt worden voor allerlei cultuuruitingen. In dit verband zouden wij graag willen dat - de ouders zijn tegenwoordig nauw betrokken bij de scholen - de ouders ook bij de kunstzinnige vorming worden betrokken. In uw commentaar schrijft u, dat er een onderwijsnota komt. Maar daarop zullen wij, naar mijn schatting, nog wel een jaar moeten wachten. Ik ge loof daarom dat het zaak is dat wij nu reeds over in schakeling van de ouders gaan praten. Wethouder PLOMP: Hebt u de nota van aanbieding al gelezen? Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Neen. Wethouder PLOMP: Dat moet u eens doen! Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Ja, maar die is pas gisteren gekomen. In ieder geval geloof ik dat door het betrekken van de ouders bij de kunstzinnige vorming van hun kinderen, deze kinderen thuis meer weerklank zullen krijgen, waardoor de kansen van de kinderen wellicht worden vergroot. Hoofdstuk III. Naar aanleiding van het gestelde onder punt 2 de vraag: Hoeveel cursisten heeft Artishock nu eigenlijk? Blijkens de eerste versie van de nota waren het er 660, terwijl het er volgens de nieuwste versie 870 zijn. Heeft er plotseling zo'n grote stijging van het aantal cursisten plaats gevonden Onder punt 4 worden de plaatselijke muziekverenigin gen genoemd, waarvan leden lessen bij de muziekschool volgen. Voor de volledigheid: ook leden van het Soester Muziekgezelschap volgen lessen bij de muziekschool. Wij zijn erg blij dat er na deze avond voor de muziek school eindelijk zicht is op een behoorlijke huisvesting in Soest. Onze wens is dat dan ook meer Soesters ge bruik gaan maken van het lessenpakket, dat dan hope lijk ook uitgebreider kan zijn dan het huidige. Hoofdstuk IV. De nog steeds groeiende belangstelling voor de biblio theek is een verheugend verschijnsel. Na realisering van De Borg komt deze dienstverlening voor veel dorpsge noten dichter bij huis. Dat zou ook het hoofdgebouw wat ontlasten. In een aanvulling schrijft u dat te zijner tijd de boven zaal van de bibliotheek aan de ruimte voor het biblio theekwerk zal worden toegevoegd. Nu heeft het biblio theekwerk natuurlijk voorrang, maar wij moeten ons wel realiseren dat wij hierdoor weer een ander accommoda tieprobleem oproepen. Immers: de betrokken zaal wordt veelvuldig voor allerlei activiteiten gebruikt/verhuurd. Het zou jammer zijn als deze mogelijkheid verloren ging. U schrijft dat er nauwelijks ruimte is voor uitbreiding van het filiaal van de bibliotheek in Soesterberg. Is er niet de kans om daar bijvoorbeeld alvast in het klein met een artotheek te beginnen? Hoofdstuk V. Wij kunnen ons verenigen met de subsidieverordening amateur-kunstbeoefening. De heer Menne zal echter straks nog even op de subsidieregeling als zodanig in gaan. Op pagina 16 van de nota wordt gesproken over een promotiesubsidie. Daar heeft onze fractie erg veel moeite mee. De prestatie moet onzes inziens voort vloeien uit het plezier dat men heeft in het samen iets tot stand brengen. De prestatie moet niet komen vanwege het feit dat men daarvoor een extra bijdra ge kan krijgen. Wel wil ook ik pleiten voor een in strumentensubsidie. Het lijkt mij een goed idee om de niveausubsidie om te zetten in een instrumenten subsidie. De post instrumenten vormt voor vele vere nigingen nl. een ontzettend zware belasting. Op dezelfde pagina spreekt u over een extra bijdrage bij bijzondere evenementen. Wij nemen aan dat die evenementen echt heel bijzonder moeten zijn wil men voor deze subsidie in aanmerking komen. Onzes inziens zal slechts in beperkte mate van deze subsi diemogelijkheid gebruik moeten worden gemaakt. Anders verliezen wij weer het overzicht over het to tale subsidiebeleid, welk overzicht wij nu net aan het opbouwen zijn. Hoofdstuk VL Onder punt 1 (huidige situatie) gaat u in op de Beel dende Kunstenaarsregeling (B K.R.). Onder punt 2 (beleid ten aanzien van de kunst) is een stuk sociaal beleid vertolkt. U gaat daarbij nl. uitputtend in op de B.K.R. Het betreft hier weliswaar een uiterst be langrijke zaak, maar wij menen dat het hier om een stuk sociaal werk gaat. En dat behoort in een cultuur nota niet thuis, Een groot gedeelte van de betrokken tekst zou onzes inziens kunnen vervallen. Op pagina 19 komt het beleid ten aanzien van de kunstaankopen ter sprake. Et staat dat het accent te veel heeft gelegen op de aankopen van plastieken. Dit doet niet helemaal recht aan degenen die zich voor de kunstaankopen hebben ingezet. Er is in de eerste plaats een grote verscheidenheid aan plastieken aan gekocht. In de tweede plaats wordt een aankoop in hoge mate bepaald door de plaats waar het kunst werk moet komen. In dit verband wil ik ook wijzen op de glasapplicatie bij het gebouw van gemeente werken en op de bezoeken die momenteel worden afgelegd bij kunstenaars die wandkleden maken (dit in verband met de scholen in Overhees). Hoofdstuk VII. Het lijkt ons geen eenvoudige zaak om in het kader van de rijksbijdrageregeling sociaal-cultureel werk een goed plan op te stellen, in samenspraak met een aantal op dit terrein werkzame instellingen. Tussen haakjes: hoort in het in dit verband door u genoem de rijtje ook de open school niet thuis? Bent u voor nemens bij het opstellen van bedoeld plan gebruik te maken van de diensten van de Stichtse Culturele Raad? Het laatste lijkt ons een goede zaak. Deze raad beschikt reeds over een ruime ervaring op dit terrein (in negen gemeenten opgedaan). In hoofdstuk I schrijft u nog dat door goede samen werking tussen gemeente en particulier initiatief weer een witte plek is opgevuld, nl. door de zo succesvol gestarte Volksuniversiteit. In dit verband wil ik met mevrouw Korthuis pleiten voor een uitgebreider cur- sussenpakket van de Volksuniversiteit. Dit naar het voorbeeld van Leusden en Breukelen. Eventueel zou hierbij kunnen worden samengewerkt met Artishock. Hetgeen de heer Leeflang daaromtrent vertelde, is

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 344