ting en politie, Over de politie wil ik het nu niet heb ben, want dat komt vrijdag nog wel, maar er resten ons nog twee belangrijke politieke portefeuilles waar tegen wij, wat het beheer betreft, de grootste bezwa ren koesteren, te weten ruimtelijke ordening en voor lichting. De ruimtelijke ordening is in deze gemeente een ramp, een natuurramp, Het begon op 23 juni 1976 met het aannemen door deze raad van de raamstruc- tuur. Zonder enige filosofie, haastig opgezet, met een onvolledige inspraak, een doorgedramd beleidsstuk. Dan volgt op 3 juni 1977 het ontwikkelingsplan. Op 2 juni 1977 zegt de heer De Wilde nog: ,,Ik vraag mij af of wij nu over het ontwikkelingsplan definitief moeten beslissen," Hij beantwoordt die vraag zelf ontkennend Tegen over dit „neen" staat dan een dag later zijn „ja", met een aantal zogenaamde voorwaarden die op papier zijn gezet door de V.V.D. fractie Eén van de voor waarden is: „dat de opmerkingen en de voorgestelde wijzigingen in de beleidsvoorstellen verwerkt worden en dat de reacties van de Spester bevolking naar aanleiding van de ter-visielegging verwerkt worden". Welnu, de tervisielegging is afgesloten, maar nog vóór die tijd werd gepubliceerd dat pas in mei 1978 het ontwikkelingsplan opnieuw in deze raad ter sprake zal komen, Wat lees ik nu in het antwoord van het college op vraag 1.42? Welnu: „dat wanneer daarttre aanleiding bestaat, de raad de eerste herziening van het ontwikkelingsplan in mei 1978 zal worden aangeboden," Wanneer daartoe aanleiding bestaat dus Ik dacht dat die aanleiding al op 3 juni 1977 bestond. Manipuleren noemt men dat. Inmiddels is al door verschillende Soester burgers een beroep op de Kroon gedaan om het ondemocratische besluit van deze raad weer ongedaan te maken. De Volkskrant schreef maandag terecht dat de praktijk van openbaarheid en inspraak nog zeer brokkelig is en verward. De vraag kan rijzen ik citeer mijn lijfblad - of de afschaffing van het Kroonbe oep niet een te groot voorschot neemt op een ontwikkeling waarbij burgers en actiegroepen hun bezwaren tegen planolo gische beslissingen met voldoende informatie naar vo ren kunnen brengen, in de zekerheid dat besturen en bureaucratiën er serieus op ingaan. Soest is daarvan een prachtig voorbeeld. Immers, hier worden bezwaarschriften gewoon voor kennisgeving aangenomen. De Volkskrant schrijft verder: „Wettelijke voorschriften voor inspraakprocedures, zo als nu „in ruil" voor het verdwijnen van het Kroonbe- roep opgenomen, vor men alleen de formele buiten kant. Het gaat om de invulling door het lokale bestuur en de mentaliteit van dat bestuur en daar helpen geen nieuwe wetsartikelen. Heel wel is mogelijk dat de overheid de kant van de sterken kiest (bijvoorbeeld projectontwikkelaars) ten nadele van derden en van niet-economische belangen, zoals natuur en milieu". Typische voorbeelden hiervan zijn de bestemmings plannen Centrum en Centrumweg, waarvan het tracé nu al door de raad is vastgesteld. Weer zo'n ondoor dachte daad die de burgers al bij voorbaat vastprikt, terwijl nog geen enkel bestemmingsplan de raad heeft bereikt, laat staan is gepubliceerd. Daarbij is de in spraakprocedure dus al bij voorbaat teruggedraaid. Op de Soester Ondernemer hoeven de economisch zwakken niet te rekenen. Zij zullen zich altijd indek ken voor het geval dat. Daarom heb ik ook niet zo veel vertrouwen in de enquete. Daarbij komt nog dat een goede projectontwikkelaar - en dat is M.B.O. on getwijfeld - kans ziet waar dan ook in Nederland, al is het op de Mokerhei, en hoe dan ook een winkelcen trum te creëren. Zakenlieden zijn volgens de klassie ken in staat in een tempel hun wisseltafels te plaat sen. Wat blijft ons dan nog over dan de zweepslagen van 5.000 bezwaarschriften om ze uit te drijven? Wat de Centrumweg betreft, kregen wij op 30 no vember de onverwachte steun van de heer Hoegen Dijkhof, voorzitter van de Soester Zakenkring. Hij stelde in het openbaar: „Sommigen zeiden dat de plannen voor de Centrumweg waanzin zijn, en als ik de slang op de kaart zie, die de weg voor moet stel len, dan ben ik geneigd hen gelijk te geven," Ik citeer de krant Minder gelukkig ben ik met zijn beeldspraak van de luis in de pels, Hiermee bedoelde hij volgens de krant te zeggen het geen goede zaak te vinden eerst een bepaald bedrag bij elkaar te brengen en propaganda te maken voor een sociaal-cultureel cen trum (hij bedoelde De Borg) en later meer belasting te moeten gaan betalen om de tekorten te dekken. Dat is een vreemde beeldspraak, mevrouw de voorzit ter. Hoe zou de heer Hoegen Dijkhof het eigenlijk vinden als de gemeente eerst jaren van te voren de belastin gen opschroeft met 5% om te sparen voor en te wen nen aan een peperduur gemeentehuis, politiebureau, sporthal, zwembad, Centrumweg en noem maar op, voor bij elkaar ettelijke tientallen miljoenen guldens, tegelijkertijd propaganda maakt via huis-aan-huis fol ders (ruim f. 22.000,- bijvoorbeeld ten behoeve van de Centrumweg, zo las ik in het verslag van het begro- tingsonderzoek) en dan nog de onroerend-goedbelas- ting die een klap zal geven en tot in lengte van dagen de traditionele verhoging van de gemeentebelasting elk jaar? Dat is geen luis meer. Op die manier wordt de welzijnspels volledig opgevreten door de mot. Onlangs heb ik ontdekt dat de Soester situatie op het gebied van de ruimtelijke ordening voorkomt in de wereldliteratuur, nl. in aflevering nummer 18 van As- terix de Galliër, getiteld „De Romeinse Lusthof". Wat is het geval in dit stripboek? De Romeinen besluiten in het buitengebied van Asterix' dorp een lusthof te bouwen met superagora, thermen en galliceum; deze laatste beide zaken hebben te maken met zwemmen en sport De Romeinen komen en rooien de bomen, maar 's nachts gooien de Galliërs wonderzaadjes in de open gaten en fffloep - een echt stripwoordje - de bomen schieten de grond uit. Helaas verrijst er echter toch een groot hotel voor de Romeinse rustzoekers die in het vriendelijke dorpje van Asterix en Obelix bood schappen gaan doen. Daar ontstaat een heel vervelend sfeertje van concurrentie, broodnijd en winkeldrukte en men besluit toch maar de zaak goed aan te pakken en te torpederen De Romeinen blazen de aftocht en het woud herneemt zijn eeuwenoude rechten. Ik bied u dit boekje aan, mevrouw de voorzitter, als geschenk van Progressief Soest en als symbool van hetgeen ons in Soest boven het hoofd hangt: het twee snijdend zwaard van Damocles, het Centrum en de Centrumweg. De VOORZITTER: Ik dank u wel, mijnheer Visser, en zal het boekje met grote belangstelling lezen. 330

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 393