in hoeverre hierin verbetering kan worden aangebracht.
In ieder geval menen wij dat deze sledehelling niet op
de juiste plaats ligt.
Omtrent het sporttechnisch kader is inderdaad lande
lijk al enige tijd discussie gaande, waarbij wijselijk niet
te veel wordt gezegd over bedragen die van hogerhand
naar de gemeenten zouden moeten toestromen met
het oog hierop. Wij hebben in onze gemeente de com
missie subsidiëring die bezig is met het onderzoeken
van de subsidies en deze commissie zal ook bezien wat
er op dit punt van het sporttechnisch kader moet ge
beuren.
Ook is naar voren gekomen dat de financiële offers van
de gemeente op het gebied van de sport het laatste
jaar nogal hoog zijn geweest. Dat komt omdat wij dit
jaar een aantal achterstanden hebben ingelopen, met
name in Soesterberg, terwijl nu ook de hockeyvelden
op de begroting zijn geplaatst.
Inzake de atletiekaccommodatie wijs ik erop dat deze
ook samenhangt met een handbal- en een voetbalac
commodatie. Intern willen wij deze kwestie eerst bij
zonder goed op een rij hebben. Binnenkort zal hier
over een rapport verschijnen, waarna de zaak in het
college zal worden behandeld en vervolgens verder zal
komen.
Het boogschieten voor gehandicapten is een moeilijk
probleem. Op dit moment is inderdaad overdekte
ruimte moeilijk te vinden. Buiten zijn er wel mogelijk
heden, maar dat is natuurlijk zeker niet ideaal. Er is
een brief van de boogschutters binnen die nu wordt
behandeld en waarover advies wordt ingewonnen. Ik
hoop dat deze brief binnenkort in het college aan de
orde zal kunnen komen.
Gesteld is ook dat in de sport niet meer ongelimiteerd
geld kan worden gestopt. Ik meen dat wij voortdurend
proberen om de financiële consequenties van alle za
ken die de sport betreffen nauwkeurig in het oog te
houden. Dat zullen wij ook in de toekomst steeds doen.
De heer Oldenboom heeft een aantal opmerkingen
over het zwembad gemaakt, onder andere de vraag om
na te gaan in hoeverre er op het punt van de perso
neelskosten nog bepaalde besparingen denkbaar zijn.
Wij zullen intern nagaan in hoeverre er vergelijkings
materiaal aanwezig is en of wij misschien te veel doen
aan de veiligheid, maar het is bekend dat in Nederland
in het algemeen op het punt van de veiligheid hoge
eisen worden gesteld. Wij zullen het echter nader bekij
ken.
Het nadelig saldo van een overdekt zwembad zal, aldus
de heer Oldenboom, goed in de gaten moeten worden
gehouden. Ik onderschrijf dat zeker. In de stichting
zwembaden kan dit zeker nader aan de orde komen,
zodra alle rapporten binnen zijn.
Gevraagd is wanneer de nota sportbeleid zal verschij
nen. Het zal bekend zijn dat op dit moment de sport
stichting nog steeds met één medewerker minder
moet functioneren dan in het verleden het geval is ge
weest. Dat is natuurlijk op zichzelf geen excuus, maar
het betekent in de praktijk wel dat deze nota nog niet
is verschenen. Wij hopen dat in de eerste helft van het
komende jaar deze nota zal kunnen verschijnen en wij
zullen ernaar streven om dit zo mogelijk aan het begin
van die eerste helft te laten plaatsvinden.
De heer Van den Brakel heeft nog enkele problemen
uit het verleden genoemd die, als ik mij goed herinner,
dateren uit 1971 en 1972. Het college meent dat die
problemen ten spoedigste moeten worden opgelost
en wij hebben met de betrokken clubs - de S.O! Soest
en S.E.C. - ook contact hierover. In de pers zal men
hebben gelezen dat er met betrekking tot de S.O.
Soest een scheidsrechterlijke uitspraak zal komen,
maar ook met betrekking tot S.E.C. willen wij de zaak
op korte termijn tot een eind brengen. Dit soort pro
blemen mag niet langer onopgelost blijven.
De heer Van den Brakel heeft nog een bepaalde mening
gegeven over de verhuur van het restaurant van het
Soester natuurbad. Ik zal dit nog graag even nader in
de stichting zwembaden en eventueel ook het college
bespreken.
Er is gesproken over een aantal rapporten, het rapport
tarifering en het rapport basisvoorzieningen. Deze bei
de rapporten zijn nog niet in het college behandeld en
het lijkt mij dan ook niet juist om hierop nu al in te
gaan. Wel is het rapport tarifering inmiddels aan de
raadsleden verstrekt, mede naar aanleiding van een be
spreking waarbij enkele raadsleden ook aanwezig zijn
geweest, juist om de raadsleden alvast een inzicht te ge
ven in het in het rapport opgenomen cijfermateriaal.
De uiteindelijke behandeling van het rapport zal echter
pas geschieden nadat het college hierover een stand
punt heeft bepaald en hetzelfde geldt voor het rapport
basisvoorzieningen.
De opmerkingen die zijn gemaakt over de sportkeurin
gen wil ik graag bespreken in de sportstichting.
Gisteren is bij de algemene beschouwingen gesproken
over de voorlichting bij de sport. Van gemeentewege
wordt gepoogd die voorlichting optimaal te doen zijn.
Verleden jaar hebben wij het blad „Informatie" inge
steld, waarin met betrekking tot het sportgebeuren
bepaalde zaken naar buiten worden gebracht. Ook de
pers besteedt zeer veel aandacht aan de sport, hetgeen
uitermate plezierig is. Daarnaast vergadert de sport
stichting nu in het openbaar, waaraan ook weer een
kant van voorlichting is verbonden. In ieder geval kan
men op die manier kennis nemen van de besluitvorming
in de sportstichting. Daarnaast kan nog intern worden
bekeken in hoeverre er tussen de afdeling sportzaken
en het bureau voorlichting nog bepaalde afspraken kun
nen worden gemaakt. Tenslotte merkik nog op dat er
ook vanavond weer de nodige voorlichting gegeven is
inzake het sportgebeuren.
Mevrouw GREEFHORST-VAN'OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! Ik begrijp dat er op 20 december, als
ik het tenminste goed taxeer, een rapport over de af
ronding van Bosstraat-Oost in het college aan de orde
komt. Is het dan haalbaar dat deze zaak in januari a.s.
in de gemeenteraad komt?
Wethouder PLOMP: Bij de bestudering van de afron
ding Bosstraat-Oost hebben wij ook rekening te hou
den met de financiële aspecten die hieraan zijn ver
bonden.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Dat is
eigenlijk precies hetzelfde als u verleden jaar al hebt
gezegd. Ik zal nu graag een meer exact antwoord krij
gen.
Wethouder PLOMP: Maar er zijn inmiddels ook vanuit
de atletiek zelf een aantal wensen naar voren ge
bracht. Al die zaken moeten bijzonder goed worden
onderzocht, omdat de financiële consequenties nu een
maal zeer groot zijn. Overigens neem ik toch aan, voor
zover ik dat heb begrepen, dat nu binnen veertien da
gen een advies bij het college kan zijn; dat is mij ten
minste medegedeeld.