wel voorstellen. Stel dat een medewerker door gezins-
of gezondheidsomstandigheden wat minder goed
functioneert. Het zal een goede zaak zijn wanneer dat
feit niet tientallen jaren op zijn boekje blijft staan.
De financiële gevolgen vind ik wel erg groot. Ik heb zo
het gevoel, dat de V.N.G. niet bepaald een voordelig
adres is, maar naar ik hoop wel deskundig en accuraat.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter!
Vooral de leden van de commissie voor georganiseerd
overleg in ambtenarenzaken weten dat wij al een hele
poos met deze materie bezig zijn. Vier jaar geleden
zijn wij met de functiewaardering begonnen en het
geen nu op tafel ligt is daarvan een logisch gevolg. Tot
de ter inzage gelegde stukken behoorden onder meer
het beoordelingsformulier en het beoordelingsregle
ment. Het gereedmaken van die stukken heeft veel
meer tijd gevergd dan wij aanvankelijk dachten. Er is
veel over die stukken gepraat met onder meer de
bonden, het personeel en de commissieleden. Inmid
dels zijn wij echter op het tijdschema achtergeraakt.
Voor de functiewaardering hadden wij iemand van ons
eigen personeel; betrokkene is daarvoor in 1974 be
noemd. Ook toen vond er reeds begeleiding van de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten plaats om de
zaak op poten te zetten.
Thans hebben wij een personeelsbeoordelingsadviseur
nodig. Ook wij hebben ons afgevraagd of er voor die
functionaris wel een dagtaak zal zijn. Waarschijnlijk
zal dat niet het geval zijn. Daarom hebben wij bij
gemeenten die zo'n functionaris reeds hebben, ge
vraagd of hun functionaris wellicht uren over had, zo
dat betrokkene werkzaamheden in Soest zou kunnen
verrichten. Dat is niet gelukt. Wij hebben een zelfde
vraag gesteld aan de Soester politie, want de politie
beschikt - in combinatie met andere korpsen - reeds
over een beoordelaar. Betrokkene is echter volledig
bezet. Daarop hebben wij ons tot de provincie gericht,
maar ook de provinciale functionaris is volledig bezet.
Tenslotte hebben wij ons tot de V.N.G. gericht met
de vraag of deze vereniging ons op weg zou kunnen
helpen. De V.N.G. heeft gezegd ons wel een poosje te
willen helpen. Overigens zou de V.N.G. toch hebben
geholpen bij instructie e.d. om het personeel op de
hoogte te brengen. Onderwijl is er op de afdeling per
soneelszaken een vacature ontstaan. De ambtenaar die
altijd bezig was met beoordelingen, heeft verzocht te
rug te mogen keren naar zijn oorspronkelijke baan.
Nu er een vacature is hebben wij een oproep ge
plaatst voor een personeelsbeoordelingsadviseur. Wij
willen proberen de betrokken functionaris ook wat an
der werk te laten doen. In Baarn begint men met het
opzetten van dit systeem en over bepaalde tijd zal ook
deze gemeente een beoordelaar nodig hebben. Wel
licht is dan ook een combinatie met Baarn mogelijk.
Organisatorisch zal de personeelsbeoordelingsadviseur
onder de chef personeelszaken vallen, maar hij zal wat
het beoordelen betreft wel vrij en zelfstandig kunnen
opereren.
In het begin zal de aan te trekken functionaris natuur
lijk een overvloed aan werk hebben, maar na verloop
van tijd zal het misschien mogelijk zijn om betrokkene
ook voor een andere gemeente te laten werken.
De heer Van Ee vindt een en ander nogal duur. Wij
vragen f. 65.000,- voor 1978 en f. 84.000,- voor
1979. In die periode is het personeel één keer beoor
deeld. Aan die beoordeling gaan besprekingen vooraf
door de secretaris, door mij en door de chef perso
neelszaken over deze hele materie. Er zijn inmiddels
twee proefintroductiebijeenkomsten geweest teneinde
het personeel voor te lichten. Er zijn trainingsbijeen
komsten geweest voor de beoordelaars (80 mensen -
niet allemaal chefs). Het personeel heeft de hele zaak
op papier gekregen. Thans zal tijdens een door de
V.N.G. te organiseren introductiesamenkomst precies
worden uitgelegd hoe het nu verder gaat. Op deze wij
ze zullen de ambtenaren vertrouwd gemaakt worden
met dit totaal andere, maar moderne systeem voor
personeelsbegeleiding.
Er is inderdaad reeds een bedrag uitgegeten, maar dat
is gebeurd met toestemming van hef volledige college.
Wij zijn alvast met die anderhalve dag en die ene dag
begonnen, maar wij zijn natuurlijk nog niet begonnen
met beoordelingen.
De heer BLAAUW: Het is toch duidelijk dat u weer
bent begonnen voordat u een krediet had. Mogen wij
dat vaststellen?
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter!
Wordt het personeel van de zwembaden, de S.S.W.
en het compostbedrijf hierbij ook betrokken?
Wethouder HOEKSTRA: Het personeel dat niet bij
de beoordelingen wordt betrokken is politie en on
derwijzers. Het compostbedrijf is een aparte stichting.
De personeelsleden van het compostbedrijf worden
gelijkelijk beloond als het per-soneel van de gemeente
Soest. Zij zijn ook ingeschaald en voor hen wordt ook
een functiebeschrijving gemaakt. De elf mensen van de
S.S.W. zijn bij ons in dienst.
De heer VAN EE: Nu hebt u nog geen antwoord ge
geven op de vraag van de heer Blaauw.
Wethouder HOEKSTRA: Wij hebben een paar intro
ductiebijeenkomsten gehouden en die hebben onge
veer f. 2.500,- gekost.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
161 Voorstel tot het verlenen van medewerking voor het
aanstellen van twee systeembegeleiders bij de gemeen
te Baarn ten behoeve van de schoolpsychologische
dienst.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! In het voorstel staat onder meer:
„Niettemin zullen wij overeenkomstig de uitgespro
ken wens de detachering van de twee systeembegelei
ders bij de Amersfoortse onderwijsadviesdienst zeer
bevorderen."
Wat is daaraan al gedaan en wat zijn de resultaten van
eventueel overleg?
Op pagina 23 van de onderwijsnota komt de volgende
passage voor:
„Tussen de besturen van schoolpsychologische dienst
en onderwijsadviesdienst is de afspraak gemaakt dat
in afwachting van de regionalisering en de wettelijke
regelingen noch op het personele vlak, noch op het
inhoudelijke vlak veranderingen zullen worden aange
bracht in de gemeenschappelijke regeling."
Onzes inziens is dit voorstel duidelijk in tegenspraak
tot wat in de onderwijsnota staat.
De besturen van de scholen voor bijzonder onderwijs
zijn tegen dit voorstel. Zij vrezen met onze fractie,
dat de toch al zo moeizame weg naar één schoolbe
geleidingsdienst in gevaar komt. Iedereen is wel voor
systeembegeleiding (daarover mag geen misverstand
bestaan), maar de vrees dat de weg nog weer langer