het ruimtelijk-ordeningsbeleid in Soest niet geheel on
schuldig is. Overigens zullen wij proberen door een pro-
gramvergelijk een opening te maken naar de P. v.d. A.,
omdat wij vinden dat ook in deze partij voldoende pro
gressieve krachten aanwezig zijn waarmede wij gaarne
zouden willen samenwerken.
De weliswaar geringe winst van het C.D.A. blijft onbegrij
pelijk, maar dat is mijns inziens te wijten aan het feit
dat, zoals onlangs een bekend C.D.A.-Tweede-Kamerlid
mij verzekerde, de stemhokjes in dit land van boven open
zijn.
Een groot verschil constateren wij met vier jaar geleden
toen de raad zonder vooroverleg met Progressief Soest ze
ven punten vaststelde voor een vaag collegebeleid en de
raad startte met drie wethouders in plaats van vier door
allerlei onderling geharrewar. Daarom zijn wij zeer con
tent met de manier waarop op 24 juni de zeven uitgangs
punten zijn geformuleerd door de lijsttrekkers van alle
hier in de raad aanwezige politieke partijen voor het te
voeren raadsbeleid in de komende vier jaar. Belangrijk
hierbij is ook, dat bij de jaarlijkse begrotingsbehandeling
deze voornemens voor wat hun uitvoering betreft zullen
worden getoetst en dat wij elk jaar zullen beoordelen
welke voornemens voorrang verdienen.
Thans wil ik namens Progressief Soest deze uitgangspun
ten van enkele kanttekeningen voorzien. Het eerste punt
is de openbaarheid van bestuur. Met belangstelling zien
wij de op korte termijn toegezegde nota tegemoet voor
een beter opgezette voorlichting. Dat alle raadscommis
sies openbaar worden was voor ons altijd vanzelfspre
kend. Helaas dekt deze afspraak met de lijsttrekkers niet
de tekst in de verordening die wij straks bij het vierde
agendapunt moeten vaststellen. Maar daarop kom ik
straks terug. Tevens mis ik in het voorstel van het colle
ge een aan regels gebonden rondvraag voor het publiek,
zoals in het vooroverleg is afgesproken.
Verder hopen wij dat tegelijkertijd met het voorstel van
het college om vóór 1 januari a.s. niet-raadsleden te be
trekken bij het commissiewerk ook de nieuwe inspraak
verordening gereed zal zijn, een nieuw reglement van or
de voor deze raad (dat reglement ligt al maanden'in de
la), een nota in hoeverre het lid zijn van de gemeenteraad
verenigbaar is met de dagelijkse bestuursfunctie in stich
tingen en andere instellingen voortvloeiende uit het raads
lidmaatschap en een voorstel tot reorganisatie van het ge
meentelijk bestuursapparaat.
Het tweede punt is de volkshuisvesting. Dit punt is nog
belangrijker dan de oplossingen die zo snel mogelijk
moeten worden gevonden voor een nieuw gemeentehuis,
een nieuw politiebureau en voor het winkelbeleid. Wij
betreuren het dat deze voorlopige formulering in het ge
zamenlijk perscommuniqué niet kon worden herzien in
augustus. Dat komt omdat de „oude" raad, waarvan
achttien leden ook in deze „nieuwe" raad zitting hebben
genomen, niet de moed kon opbrengen op 17 augustus jl.
een beslissing te nemen over het ontmaatschappelijke
Centrumplan. Het is zaak dat dit zo snel mogelijk ge
beurt; wat ons betreft over veertien dagen, zodat eerst in
Klein Engendaal een woningbouwprogramma kan worden
ontwikkeld, waardoor wellicht Overhees 3 en 4 kunnen
worden gespaard. Daaraan geven wij de voorkeur. De
overige punten onderschrijven wij geheel en al.
Thans kom ik tot de collegevorming. In het C.D.A.-verkie
zingsprogramma staat op bladzijde 3, hoofdstuk 2:
„Het CDA Soest gaat er van uit dat in het college van B
W zoveel mogelijk partijen uit de gemeenteraad verte
genwoordigd moeten zijn."
„Je hebt óf een principe, óf je bent C.D.A.", schreef Jan
Blokker zaterdag in de Volkskrant. Soest telt vier wethou
ders. Zodoende waren Progressief Soest en D'66 samen
bereid met één wethoudersplaats genoegen te nemen.
Jammer, maar helaas. Het C.D.A. claimde meteen twee
wethouderszetels en zowel de V.V.D. als de P. v.d. A.
gingen onmiddellijk akkoord. Uiteindelijk werden de be
sprekingen afgerond met het resultaat zoals dat in het
perscommuniqué van 1 juli werd vastgelegd. Tot zover
ging alles in ieder geval gepaard met een volstrekte open
heid en eerlijkheid. Terug van vakantie bleek echter op
22 augustus (de pers was nog eerder op de hoogte dan
wij), dat het C.D.A. en de V.V.D. samen de portefeuilles
hadden herverdeeld en verschoven. U ziet, mevrouw de
voorzitter, zij kunnen het niet laten. Het is voor ons ver
der onbegrijpelijk dat de V.V.D. de kans om een belang
rijke portefeuille als ruimtelijke ordening te kunnen be
heren zo door de vingers heeft laten glippen. Ongetwij
feld moet de stellingneming van Progressief Soest en
D'66 op 1 juli tegenover de V.V.D.-kandidaat voor ruim
telijke ordening hiertoe hebben bijgedragen. Uiteindelijk
hebben wij ons bij de situatie neergelegd en wij steunen
derhalve vanavond de kandidatuur van de heer Menne
voor ruimtelijke ordening.
Wij steunen ook de kandidatuur van de heer Hoekstra
die, zoals bekend, wederom de portefeuille openbare wer
ken zal gaan beheren. Wij wensen beide heren de komen
de periode veel sterkte en wijsheid toe. Bovendien steunen
wij de kandidatuur van mevrouw Van Stiphout; wij gelo
ven dat de sociaal-culturele sector bij haar in goede han
den is.
Wij maken hierbij nogmaals van de gelegenheid gebruik
duidelijk te belijden, dat wij vinden dat politiek belang
rijke portefeuilles - zoals ruimtelijke brdening, voorlich
ting en financiën - moeten worden ondergebracht bij een
gekozen wethouder.
Rest ons thans nog te verklaren dat de fractie van Pro
gressief Soest wat de vierde wethouder betreft tegenover
de V.V.D.-kandidaat de heer Plomp, voor wie de porte
feuille onderwijs, sport en jeugdzaken is weggelegd, deze
spreker als tegenkandidaat stelt. De puur zakelijke argu
mentatie hiervoor heb ik tijdens het vooroverleg met de
collega-lijsttrekkers genoegzaam uiteengezet; die argu
mentatie is in de eerste plaats gebaseerd op het gevoerde
beleid van de afgelopen vier jaar en in de tweede plaats
op het feit dat wij vinden dat het wethouderschap in
Soest een full-timebaan behoort te zijn. Wanneer de heer
Plomp vanavond wordt gekozen tot wethouder, wensen
wij ook hem veel sterkte en wijsheid toe voor zijn onge
twijfeld zeer moeilijke taak; in dat geval zullen wij hem
de komende vier jaar louter en alleen beoordelen op zijn
daden. En dat geldt ook voor de burgemeester, mevrouw
de voorzitter, wanneer zij de portefeuille financiën gaat
beheren.
Nogmaals: Er is sinds vier jaar geleden dank zij onze radi
cale inbreng wel iets veranderd in Soest. Er zijn heel wat
oogkleppen gelicht en dovemansoren doorgeprikt. Wij
zijn er nog lang niet, maar de samenstelling van deze
nieuwe raad biedt zeker meer perspectief dan vier jaar
geleden.
Ik wil eindigen met de wens dat net zoals in Baarn dit
jaar is geschied over vier jaar de programbesprekingen in
het openbaar kunnen worden gevoerd door de lijsttrek
kers van de Soester gemeenteraad.
De heer JONKER: Mevrouw de voorzitter! Met enigszins
gemengde gevoelens voer ik hier het woord; enerzijds zijn