Als bijna vanzelfsprekend wil ik tenslotte nog zeggen
dat de voor ons politiekorps uitgesproken waardering
uiteraard door de VVD-fractie wordt gedeeld.
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Wij zijn bij
zonder verheugd over het initiatief van de politie om
nu ook in Soest te gaan starten met wijkagenten. Het
is bewezen dat in Soesterberg het experiment bijzon
der geslaagd genoemd kan worden en wij menen dat
het ook voor sommige wijken van Soest bijzonder nut
tig zal zijn dat daar een wijkagent komt. In de brief
van 14 december uwerzijds aan de raad wordt echter
op de eerste bladzijde gezegd dat de ideale situatie pas
is bereikt als met drie wijkagenten zou kunnen worden
begonnen. Mevrouw Van Gelder is daar kennelijk niet
zo'n voorstandster van; zij wil eerst afwachten hoe het
met twee wijkagenten zal gaan, maar er bestaat geen
twijfel over dat dit een succes in Soest zal worden.
Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Ik hoop
dat u gelijk krijgt.
De heer VISSER: Nodig is het nog wel - ik sluit daar
bij aan op de opmerking van de heer Onderdelinden -
dat de voorlichting via de scholen zodanig wordt ge
geven dat men met het instituut wijkagent vertrouwd
zal raken en men ook weet wat de wijkagent doet.
Wij stellen de raad graag voor om vandaag ook nog te
kiezen voor de derde wijkagent.
De heer JONKER: Mevrouw de voorzitter! Toen ik
in de commissie algemene bestuurszaken op 15 no
vember jl. vroeg hoe het stond met het instituut wijk
agent in Soest, had ik niet durven hopen dat de zaak
in een zodanige stroomversnelling zou komen als
blijkt uit uw brief van 14 december jl. Gebleken is nu
dat de commissaris van politie al druk bezig was met
deze zaak en dat er nu een concreet voorstel kan wor
den gedaan voor het aanstellen van twee wijkagenten
in Soest. Uiteraard zijn wij hiermee bijzonder geluk
kig. Wij zijn het overigens geheel eens met de woor
den van de heer Onderdelinden over het belang van
het selecteren van speciale mensen hiervoor en het
eventueel geven van een aanvullende opleiding, als
mede over de wenselijkheid van een goede introduc
tie bij het publiek in Soest. Als wij eenmaal werken
met wijkagenten, zal ook nog een evaluatie moeten
volgen, maar wij hebben weinig twijfels over het aan
stellen van een derde wijkagent in 1980.
Wij gaan derhalve gaarne akkoord met uw voorstel
inzake twee wijkagenten in 1979.
De VOORZITTER: Dames en heren! Het college - en
hetzelfde geldt voor de commissaris van politie - is bij
zonder blij dat de notitie over de wijkagent zo positief
door u is ontvangen. Wij zullen er niet over gaan strij
den wie als eerste heeft gepleit voor de wijkagent in
Soest. Het is in ieder geval iets dat overal in Neder
land opgekomen is. Wij zijn er in Soest niet laat mee
begonnen en kunnen ook constateren dat de wijk
agent in Soesterberg bijzonder goed functioneert. Ove
rigens is terecht opgemerkt dat Soest toch een wat an
dere sfeer heeft dan Soesterberg en de wijken in Soest
waar de wijkagenten zullen worden ingezet, een geheel
andere opbouw, structuur en bevolking hebben dan
Soesterberg, zodat het functioneren van de wijkagent
in Soest wellicht toch anders zal zijn dan in Soester
berg. Wij zullen dit gaarne goed voor ogen houden.
Ik ben blij dat de raad instemt met het beginnen met
twee wijkagenten en ook meegaat met de gedachte
dat wij de aanstelling van een derde wijkagent nog
maar even moeten aankijken. Wij denken hierbij aan
het opnemen van de derde wijkagent in de sterkte en
het eruit lichten van een administratieve kracht die
dan boven de sterkte aangesteld zou moeten worden.
Het betekent in ieder geval een extra beslag op de bud
gettaire mogelijkheden van zo'n f. 45.000,-- a
f. 50.000,- per jaar. Men zal dus te zijner tijd moeten
kiezen voor het aanstellen van een derde wijkagent óf
bijvoorbeeld een investering van zo'n f. 500.000,-. Die
vraag zullen wij dus volgend jaar aan de raad voorleg
gen, opnieuw aan de hand van een notitie over de re
sultaten van het werken met wijkagenten tot dan toe,
voor zover een en ander dan al te evalueren is. Ik
moet nl. nog wel een domper op de feestvreugde zet
ten door erop te wijzen dat wij nog zitten met enige
vacatures in het korps. Zolang die vacatures niet kun
nen worden vervuld, zullen de nieuwe wijkagenten
niet per 1 januari a.s. al kunnen gaan functioneren. Er
is nl. een bepaald aantal agenten nodig voor de sur
veillancedienst; daar kunnen geen wijkagenten aan
worden onttrokken. Ook is dat niet mogelijk bij ande
re diensten, zoals de voorlichting; wij zijn ook juist
bijzonder blij dat de voorlichting weer enigszins gaat
functioneren.
De vacatures zijn helaas mede ontstaan omdat door de
huidige opbouw van het korps de vooruitzichten voor
jongeren om bijvoorbeeld van hoofdagent brigadier
te worden, niet zo groot zijn. Bij het vervullen van die
vacatures hebben wij in Soest dan weet te maken met
bepaalde moeilijkheden op het punt van de huisves
ting. Natuurlijk zal mevrouw Van Stiphout dan direct
de vraag stellen of zij dan alle nieuwe politiemensen
direct aan een woning moet helpen, terwijl zij daar
naast te maken heeft met vele mensen die helemaal
geen woning hebben en ook een woning nodig hebben.
Op dergelijke vragen kan ook ik geen direct antwoord
geven. Er zijn gemeenten in Nederland die het politie
korps zó belangrijk vinden dat zij nieuwe politiemen
sen op het punt van de huisvesting altijd voor laten
gaan; zelfs hebben heel wat gemeenten de mogelijk
heid om aan nieuwe politiemensen eengezinswonin
gen aan te bieden. Daarom hebben sommige solli
citanten die op zichzelf graag naar Soest waren geko
men, toch bij nader inzien gekozen voor een functie
bij een gemeentelijk politiekorps waar direct een een
gezinswoning voor hen klaar stond.
Ik pleit er dus niet voor dat direct voor nieuwe poli
tiemensen eengezinswoningen in Soest klaar moeten
staan, maar anderzijds wijs ik wel op de problemen
die mede door de huisvestingsmoeilijkheden ontstaan
bij het vervullen van de bestaande vacatures. Juist
door die vacatures kan wellicht voorlopig het insti
tuut wijkagent nog niet van start gaan.
De heer Onderdelinden heeft gewezen op twee as
pecten van de politietaak, nl. het handhaven van de
rechtsorde en de hulpverlening. Daarnaast heeft hij
op de burgers van Soest een beroep gedaan om ook een
zekere zelfdiscipline op te brengen. Het is jammer dat
wij in de praktijk moeten constateren dat de zelfdisci
pline bij de burgers in het algemeen niet zo groot is.
Daarbij heeft de heer Onderdelinden als voorbeeld ge
wezen op het dubbel parkeren, maar er kan ook ge
dacht worden aan het dubbel parkeren dat het gevolg
is van het laden en lossen in de Van Weedestraat. Het
is mij bekend dat daarover een gesprek heeft plaats
gevonden tussen de politie en de winkeliers, teneinde
te bereiken dat bijvoorbeeld het laden en lossen alleen