1C Nr. 6 Soest, 21 juni 1979 NOTULEN van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest op donderdag 21 juni 1979 te 19.30 uur. VOORZITTER de burgemeester, mevrouw mr. J.M. Corver-van Haaften. SECRETARIS de heer mr. J.M. Kruitwagen. Tegenwoordig de leden: G. Beijen, W.A. Blaauw, mevrouw A. Blommers-Biezeno, J.J. Ebbers, mevrouw J.W.D.P. van Gelder-Cornelissen (later), H.J. Goote, D. Hoekstra, H.M. Jonker, R.A. van Logtenstein, J.L. Menne, J.G. Nuijten, A. Onderdelinden, G.A.W.G.A. Plomp, J.R. van Poppelen, G. Stam, mevrouw M.F. van Stiphout-Croonenberg, P.L.J.M. Storimans, mevrouw A.D. Tomassen-Holsheimer, C. Verheus en J. Visser. Afwezig de leden: mevrouw J. Allard-Knol, A. Bolhuis, J.J. van den Brakel, H. Gerth, mevrouw J. Greefhorst-Van Overdam, mevrouw E. Korthuis-Elion en G.H. Oldenboom. De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede dat bericht van verhindering is ingekomen van mevrouw Kort huis-Elion, mevrouw Greefhorst-Van Overdam, mevrouw Al lard-Knol en de heren Gerth, Oldenboom, Bolhuis en Van den Brakel. 87 Vaststelling van de notulen van de openbare raadsver gadering van 15 februari 1979. Op voorstel van de heer Nuijten wordt op bladzijde 36, rechter kolom, zijn naam toegevoegd aan de na- m en die daar achter de woorden „Tegen stemmen de leden" staan vermeld. De notulen worden, met inachtneming van de aange brachte wijziging, zonder hoofdelijke stemming vast gesteld. (Mevrouw Van Gelder-Cornelissen komt, te 19.34 uur, ter vergadering). 88 Ingekomen stukken. a. Eerste wijziging van de begroting 1978 en de reke- ning/verslag 1977 van de A-kring Utrecht-c bescherming bevolking, met voorstel deze stukken voor kennisge ving aan te nemen. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzit ter! Wij hebben een vraag die mogelijk via het college aan de A-kring Utrecht-c kan worden gesteld, en wel de vraag tot welke hoogte men de reserve denkt te la ten oplopen. Uit de stukken blijkt dat er eind 1978 een reserve van f. 2,2 miljoen te boek stond en dat toen alle eigendommen van de kring afgeschreven wa ren. Deze twee factoren zouden erop kunnen duiden, dat er een te hoge mate van afschrijving plaats vindt. Dat kan als consequentie hebben dat wij in de komen dejaren niet meer bijdragen of dat er een verdeling van de gelden onder de deelnemende gemeenten gaat plaatsvinden. Wij zouden het college willen verzoeken dit eens na te gaan. De VOORZITTER: Dames en heren! Het betreft hier een oud verhaal dat altijd weer nieuw blijft. Wij wach ten al jaren enjaren af wat er zal gebeuren met een eventuele inschakeling van de B.B. bij de hulpverlening bij vredesrampen. Er is de laatste tien a vijftien jaar nog geen enkele minister van binnenlandse zaken ge weest die hierover een beslissing heeft genomen. Van daar dat de A-kring Utrecht-c, die heel slecht is ge huisvest en eigenlijk ook geen goed magazijn heeft, vroeger altijd heeft gedacht: Wij gaan een beetje potten, want als de B.B. op een rijtje staat, gaan wij óf een nieuw gebouw bouwen óf een bestaand gebouw kopen en eventueel aanpassen. Ik herinner mij dat wij een paar jaar geleden in de kring een discussie hebben gehad waarin bleek dat een aantal onzer een bepaald bestaand gebouw wilde kopen en een aantal onzer de tijd daar toch niet rijp voor vond. Het resultaat is dat het potten doorgaat. Wij hebben er in de kring wel eens over ge sproken tot hoe ver wij dat zouden moeten doen. Als wij ooit een gebouw zouden moeten bouwen of zou den moeten kopen en hervormen, zou dat nogal wat geld kosten. We hebben nog nooit de durf gehad om dat te doen, omdat je niet weet of je daarmede een goede zaak zou dienen. Er zijn langzamerhand kringen die wat beter gehuisvest zijn, weliswaar nog niet alles hebben afgeschreven, maar toch vonden dat zij te veel reserve hadden en daarvan wel eens wat hebben rond gedeeld. Ik moet hierbij wel zeggen dat er in zulke ge vallen rijksgelden worden rondgedeeld, aangezien wij eigenlijk niet bijdragen, maar alles van het rijk terug krijgen. Maar het heeft op gezette tijden de aandacht ook van het kringbestuur en wel vanuit vragen als: Gaan we nu voor niets door? Wat gebeurt er met het geld als wij alsmaar blijven potten Maar als wij heel eerlijk zijn, moeten wij zeggen dat het hier geld van het rijk betreft. Ik zou ook kunnen zeggen: Wij weten het ook niet meer, want het duurt zo lang. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzit ter! Als het in het kringbestuur de aandacht heeft en de reserve niet tot ongekende hoogte gaat oplopen zonder dat het nut heeft, ben ik bereid om met het voorstel van het college in te stemmen. De VOORZITTER: Ik kan u garanderen, dat het urenlang de aandacht heeft. Met betrekking tot het stuk wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig hetgeen daarom trent door burgemeester en wethouders is voorgesteld. b. Brief van 25 april 1979 van de Utrechtse Bestuurs- academie waarbij wordt toegezonden de voorlopig vastgestelde begroting 1979/1980, met voorstel met deze begroting akkoord te gaan. c. Brief d.d. 8 mei 1979 van het Regionaal Sociaal Werkvoorzieningsschap Amersfoort en Omgeving, waarbij wordt toegezonden de 2e wijziging van de begroting 1979, met voorstel met deze begrotingswij ziging akkoord te gaan. d. Brief d.d. 17 mei 1979 van ons college aan de voor zitter van de afdeling Rechtspraak van de Raad van State te 's-Gravenhage, houdende het verweer ten aanzien van het door de heer Visscher ingestelde A.R.O.B.-beroep inzake de Verordening op de Ver- blij fsgebouwen, met voorstel deze brief te bekrachti gen. e. Brief d.d. 9 mei 1979 van de Kraakbond Utrecht te Utrecht inzake de ontwerp-leegstandswet, met het voorstel te antwoorden overeenkomstig de ter inzage gelegde ontwerp-brief. Met betrekking tot deze stukken wordt zonder discus sie en zonder hoofdelijke stemming besloten overeen komstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld. f. Brieven van het Intergemeentelijk Automatiserings centrum Midden-Nederland - d.d. 23 april 1979 waarbij worden toegezonden het saneringsplan en het concept van de herziene begro ting 1979. Voorgesteld wordt tegen deze stukken geen bezwaren in te dienen. 115

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 168