middelen. Vergroting van de doelmatigheid van de
uitgaven is reeds omschreven in deze doelstelling
onder a (alternatieve oplossingen afwegen) en b de
prioriteitstellingen. De voorgestelde wijziging is
onzes inziens geen verbetering en moet derhalve
achterwege blijven".
Ten eerste wil ik bij dit commentaar opmerken, dat
het amendement zeker niet op een vergissing berust.
Synoniemen van doelmatigheid zijn: efficiency, zui
nig, kosten- en prijsbewust zijn en dergelijke. Doel
matigheid is niet - zoals het college stelt - gelijk aan
doelgerichtheid, dus aan alternatieve oplossingen en
prioriteitenstelling. Het gaat er bij doelmatigheid om,
hoe je aan de benodigde middelen komt voor die
prioriteitenstellingen en alternatieve oplossingen.
Ten tweede gaat het commentaar volledig voorbij aan
de toevoeging in het amendement: "verhoging van de
inkomsten, voor zover dit reëel noodzakelijk en mo
gelijk is".
Op twee essentiële punten verschilt het amendement
met punt d van subdoelstelling 3.10.01. Ten eerste:
de subdoelstelling spreekt over "verhoging van de in
komsten en vermindering van de uitgaven". In het
amendement gaat het om de "vergroting van de doel
matigheid van de uitgaven". Hieraan ligt de zero-base-
budgetting ten grondslag, wat wil zeggen: steeds op
nieuw afwegen of bestaande alsook nieuwe uitgaven
nodig zijn ofwel drastisch verminderd kunnen wor
den. Met onze huidige, minder snelle economische
groei is kostenbewust handelen een noodzaak gewor
den. Ten tweede: in de subdoelstelling staat: "ver
hoging van de inkomsten voor zover dit reëel mogelijk
is". In het amendement wordt voorgesteld alleen de
inkomsten te verhogen "voor zover dit reëel nood
zakelijk en mogelijk is".
De heer BOLHUIS: Mevrouw de voorzitter! Onze
fractie is bereid om het amendement van mevrouw
Allard te steunen.
De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! Gehoord de
argumentatie van mevrouw Allard en gelezen de ar
gumentatie van het college, geloven wij dat het amen
dement een verbetering is. Wij staan er daarom achter.
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Ook wij
ondersteunen het amendement.
De heer ONDERDELINDENMevrouw de voorzitter!
Wij zien geen bezwaren tegen het amendement.
De VOORZITTER: Dames en heren! Het college zit
met de moeilijkheid, dat het met het "toewijzen van
de financiële middelen" alleen de additionele ruimte
bedoelt. In de visie van mevrouw Allard gaat het
niet alleen om de additionele ruimte, maar over de
totale beschikbare middelen. Als mevrouw Allard
praat over "de vergroting van de doelmatigheid en
de vermindering van de uitgaven", zou ik willen
zeggen dat zij praat over het "dode hout". Als wij
evenwel kijken naar doelstelling 3.10, dan moeten
wij ons zelfs afvragen of het college bij de bijstel
ling van het beleidsplan niet zou moeten komen met
een iets ruimere financiële doelstelling. Want wat wij
bedoelen is het toewijzen van de additionele midde
len. Vandaar dat ik bang ben dat het gestelde in de
linker kolom op pagina 10 niet helemaal klopt met
het amendement van mevrouw Allard. Dat is onze
moeilijkheid.
Mevrouw ALLARD-KNOL: Mevrouw de voorzitter!
Ik geloof niet dat die moeilijkheid er hoeft te zijn, als
u naar de rechter kolom op pagina 10 kijkt. Onder
doelstelling 3.10.01 wordt gezegd dat de toewijzing
van middelen (in het commentaar op het amende
ment spreekt het college over "de beschikbare mid
delen") gekoppeld wordt aan o.a. de verhoging van
de inkomsten. Die verhoging van de inkomsten heb
ben wij echter nog niet.
De VOORZITTER: Maar die verhoging kunnen wij
toch invoeren, als wij vinden dat wij meer ruimte
moeten hebben.
Mevrouw ALLARD-KNOL: Inderdaad. Maar voor
dat wij de inkomsten gaan verhogen - bij voorbeeld
door het nemen van belastingmaatregelen - moeten
wij eerst kijken of er ruimte gemaakt kan worden
door andere uitgaven te verminderen.
De VOORZITTER: Er is sprake van een verschil
in opzet. Wij praten nu over de additionele ruimte,
over hetgeen voor nieuwe taken beschikbaar is. In
de visie van mevrouw Allard wordt er gepraat alsof
wij volgende week aan een nieuwe gemeente kunnen
beginnen.
Mevrouw ALLARD-KNOL: Neen, mevrouw de voor
zitter, dat is niet waar. De achterliggende gedachte
van de zero-base-budgetting komt overeen met het
geen u zegt in de rechterkolom op pagina 10 van het
beleidsplan: "zowel de bestaande als nieuwe uitga
ven zullen kritisch moeten worden bezien".
De VOORZITTER: Dat laatste is dus een middel.
Maar nogmaals: ik ben bang dat het amendement en
doelstelling 3.10.01 niet helemaal met elkaar in over
eenstemming zijn. Wij nemen het amendement
echter over. Misschien kunnen wij dan bij de bij
stelling van het beleidsplan in het voorjaar de zaak
nog eens bestuderen.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Ik vind toch dat wij
de zaak nu omdraaien. Het kan best zijn dat door de
toelichting op het amendement een zekere duidelijk
heid is geschapen ten aanzien van de nul-budgette
ring. Maar zoals een en ander in het amendement
gesteld is, heb ik het gevoel deel uit te maken van
een produktiebedrijf, waarin iets wordt geproduceerd
wat een bepaalde prijs moet opbrengen. Ik dacht
echter dat wij hier een beleid voeren op basis van be
ginseluitspraken, waarbij wij er voor zorgen dat het
budget daarmee in overeenstemming wordt gebracht.
Ik ben dan ook tegen het amendement.
De VOORZITTER: De grootst mogelijke meerder
heid van het college is bereid om het amendement
over te nemen.
Ik ben wel bang dat er nu een hapering in de sub-doel
stelling komt te zitten. Maar die halen wij er wel uit
bij een volgende gelegenheid. Wij zullen mevrouw
Van Stiphout aantekening geven dat zij zich niet met
het amendement kan verenigen.
De heer EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Ik heb een
opmerking naar aanleiding van het amendement van
Progressief Soest inzake doelstelling 1.10.02 (sector
VI, pagina 29 van het beleidsplan). In het amende
ment wordt voorgesteld aan de doelstelling het vol
gende middel toe te voegen:
"het openbaar maken van plannen tot onderhoud
van wegen".
Ik heb enige moeite met het amendement. Er is jaren
geleden vanuit de raad nadrukkelijk gevraagd om
plannen met betrekking tot onderhoud van wegen
voortaan van het lijstje te schrappen, omdat er altijd
bepaalde verwachtingen bij gewekt werden en omdat
174