de vele raadsstukken die wij hierover voor ons hebben
liggen. Wij verwachten dat deze stukken, met de daar
in aangegeven taakgroepen en bewonerscommissies,
een goede basis vormen voor de nieuwe vereniging.
Uit de pers vernamen wij dat ook bewonersorganisa
ties, zoals bijvoorbeeld de vereniging "Het Soester-
veen", de fusie met vertrouwen tegemoet zien. Ge
sprekken met onder andere de bewonerscommissie
Weegbreestraat hebben naar beide kanten verhelde
rend gewerkt. Daarbij is met betrekking tot artikel 19
gebleken dat het wellicht vollediger zou zijn geweest,
indien de bestaande bewonerscommissies met eigen
rechtspersoonlijkheid (naar ik meen betreft het één
stichting en een aantal verenigingen) nog apart zou
den zijn vermeld. Deze zaak is met de notaris bespro
ken. De bestaande - thans voorliggende - concept-sta
tuten geven voldoende ruimte om elke organisatie vol
ledig tot haar recht te laten komen. Wij hebben echter
afgesproken dat dit punt extra zal worden meegeno
men in een beleidsnotitie die door de fusiegroep zal
worden opgesteld.
Wij betreuren het dat een van de fusiepartners, de
woningbouwvereniging St. Joseph, heeft afgehaakt.
Evenals de heer Verheus was ik er verbaasd over dat
het die kant opging, omdat St. Joseph in de SSW (ik
heb bij de start van de SSW in het bestuur gezeten)
een zeer constructieve partner was. Maar iedere orga
nisatie moet zelf beslissen of zij al dan niet ergens aan
meedoet. Wat ons betreft blijft de deur open voor St.
Joseph.
Wij bedanken de ambtelijke medewerkers graag voor
de wijze waarop zij de thans voor ons liggende zaken
hebben voorbereid. Tevens betuig ik mijn diepe res
pect aan de besturen van de woningbouwverenigingen
Patrimonium en Goed Wonen voor de enorme inzet
en voor het vele werk dat de bestuursleden - geheel in
hun vrije tijd - hebben verzet.
Wanneer straks de nieuwe vereniging gaat draaien,
wensen wij het bestuur veel wijsheid en succes toe.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Al
le sprekers hebben in eerste instantie hun blijdschap
erover uitgesproken dat nu, na jarenlang werken, het
moment is aangebroken waarop wij kunnen overgaan
tot de fusie van de woningbouwverenigingen en het
gemeentelijk woningbedrijf. Ook het college is daar
over zeer verheugd. Wij hebben deze zaak enkele ke
ren in deze raad besproken. Wij hebben een eerste
aanzet gegeven met het eerste raadsbesluit ter zake en
daarna moesten wij helaas nog een besluit nemen, om
dat de woningbouwvereniging St. Joseph meende te
moeten afhaken. Op dat moment hebben wij met el
kaar gezegd: Laten wij doorgaan en laten wij probe
ren tot een fusie te komen. Nu is het zo ver. De wo
ningbouwverenigingen Goed Wonen en Patrimonium
hebben de statuten van de nieuwe vereniging al goed
gekeurd. De raad is als vertegenwoordiger van de ge
meente de laatste partner die de statuten goedkeurt
en op die manier zijn woningen inbrengt in de nieuwe
vereniging die per 1 januari a.s. gaat draaien. Wij ho
pen allemaal dat het met deze nieuwe vereniging
straks goed zal gaan.
Mevrouw Korthuis heeft onderstreept dat er veel
werk in veel vrije tijd is gedaan door de mensen van
de woningbouwverenigingen.
Namens het college sluit ik mij bij haar woorden aan.
Men heeft in de stukken kunnen lezen dat ik sinds 1
januari jl. namens de raad de fusiebesprekingen heb
medegemaakt, in plaats van de heer De Wilde. Dat be
tekende vele avonden werk. Er is ontzettend veel aan
gedaan om tot deze fusie te komen. Vanaf deze plaats
bedank ik - mede namens de raad - mevrouw Kort
huis; zij is de pionier onder ons geweest. De heer De
Wilde heeft halverwege moeten afhaken, waarna ik
ben begonnen. Wij hebben allebei dus maar een heel
klein beetje gedaan, maar mevrouw Korthuis heeft
namens de raad en namens het gemeentelijk woning
bedrijf de hele rit meegemaakt. St. Joseph heeft in
het begin ook meegewerkt om tot een fusie te komen.
Deze vereniging heeft om bekende redenen gemeend,
daarmede te moeten ophouden. Ik sluit mij aan bij
allen die hebben gezegd dat zij hopen dat ook St.
Joseph zich zal aansluiten bij de nieuwe vereniging.
Wij hebben al vroegtijdig (in oktober 1977) de bewo
ners van de gemeentewoningen een brief gestuurd,
waarin werd gesteld dat wij tot fusie zouden over
gaan. Ik meen dat men ook in januari 1978 en in
april jl. een schrijven ter zake heeft ontvangen. Enke
le bewoners hebben daarop gereageerd en hebben in
lichtingen gevraagd. Die hebben wij gegeven. Begin
deze maand hebben alle bewoners weer een brief ge
kregen. Ook naar aanleiding daarvan zijn er mensen
geweest die inlichtingen hebben gevraagd. Wij hebben
gesproken met de bewonerscommissie Weegbree
straat. Iedereen was trouwens altijd welkom als hij
om inlichtingen kwam. Het is misschien jammer dat
wij niet alle bewoners van gemeentewoningen een
keer bij elkaar hebben gehaald. In de praktijk is ge
bleken dat de woningbouwverenigingen hun leden
twee keer bij elkaar hebben moeten roepen om de
statuten goed te keuren. Dat lukte natuurlijk niet
in de eerste ledenvergadering, omdat er voor die
vergadering een bepaald aantal leden is vereist. Dat
aantal was er bij lange na niet. De tweede keer was
het voor de eerste vergadering vereiste aantal er ook
niet, maar toen was de vergadering wel rechtsgeldig.
Er is door de woningbouwverenigingen geen woord
gewijzigd aan de statuten. Ik verwachtte ook niet
dat een van de huurders van gemeentewoningen of de
raad een wijziging zou willen aanbrengen. Er zijn bij
ons wel enkele mensen geweest (en dat is alleen maar
prettig) die bepaalde inlichtingen hebben gevraagd.
De gestelde vragen hadden vooral betrekking op arti
kel 19. De over dat artikel gevraagde inlichtingen
waren zeer frappant. Ik wil daarover niet uitweiden,
maar er was iemand die vond dat artikel 19 veel te
ver gaat. Wij hebben hem toen duidelijk gemaakt dat
dit niet het geval is, maar deze man was bang voor
bewonerscommissies. Hij stelde dat al die bewoners
commissies in een vereniging een grote warboel zou
den opleveren.
Er zijn drie bijzondere bestaande bewonerscommis
sies: de bewonerscommissie Weegbreestraat (dat is
een stichting) en twee bewonerscommissies in de
Varenstraat (beide een vereniging). Met betrekking
tot die commissies schiet artikel 19 natuurlijk wel
iets te kort. Toen wij dit in de gaten kregen, hebben
wij ons ijlings met de notaris in verbinding gesteld.
De notaris heeft gezegd dat er twee mogelijkheden
zijn. De besturen van de beide woningbouwvereni
gingen en het college van burgemeester en wethou
ders zijn overeengekomen dat de huidige fusiegroep
nog een beleidsnotitie zal maken, zodra de fusie is af
gerond. In deze beleidsnotitie zullen wij opnemen dat
de betrokken drie bewonerscommissies, hoewel zij
stichting of vereniging zijn, rustig kunnen meedraaien.
Volgens de notaris is de mogelijkheid daartoe aanwe
zig. Later, bij de eerste statutenwijziging, kan deze