Die discussie krijgen wij dan in het komende voorjaar wel. Naar onze mening moet dat dan wel gaan op basis van een totaaloverzicht van de beschikbare middelen, niet in de geest van „Er is drie ton te verdelen, maar voor bepaalde hartewensen trekken wij nog even een blik reserves open". De wijze van voorbereiding van de begroting was dit jaar een soort drietrapsraket, nl. eerst een concept begroting in de besloten commissievergaderingen, dan de thans voorliggende begroting in de openbare com missies en deze week hetzelfde in de voltallige raad. Naar onze mening heeft vooral de tweede trap weinig boeiende discussies opgeleverd, getuige ook het zeer magere vraag- en antwoordlijstje. Gezien de opmerkin gen van de heer Goote staan wij in deze constatering niet alleen. Wij willen beslist niet terug naar de vroege re verdeling van de raad door loting in twee afdelingen die dan tweemaal hetzelfde werk gingen doen. W el- licht is een bevredigender oplossing te vinden bij de volgende gang van zaken: 1. Handhaving behandeling concept-begroting in de commissies, zo enigszins mogelijk in het openbaar. 2. Openbare behandeling van de begroting alleen in de commissie financiën, waarbij ook andere raadsleden aan de discussie kunnen deelnemen. Hier kan men allerlei detailopmerkingen kwijt en nadere vragen stellen ten behoeve van de besluitvorming in de raad, een soort begrotingscommissie dus. 3. Behandeling in de raad. Graag horen wij de mening van het college over een der gelijke opzet. Tot ons genoegen hebben wij geconstateerd dat er dit jaar wel weer een samenvatting van de begroting ver schenen is in Op't Hoogt en dat dit blad weer regelma tig aan het verschijnen is. Voorts hebben wij met ge noegen geconstateerd dat de door ons bepleite moge lijkheid om vragen te stellen met een antwoord van de gemeente inmiddels ook gerealiseerd is. Ook het Info centrum is eindelijk van de grond gekomen en voor ziet duidelijk in een behoefte. Zou het mogelijk zijn, hier - evenals bij het Infocentrum van de gemeente Utrecht - gelegenheid te bieden om gratis of tegen een geringe vergoeding, bijvoorbeeld een kwartje, kopieën te krijgen van bladzijden uit een bepaald stuk waarin men geihteresseerd is? De spreektijd voor het publiek in de commissieverga deringen is er eindelijk gekomen. Naar onze ervaringen wordt dit door het publiek zeer op prijs gesteld. Men heeft niet meer het gevoel er voor spek en bonen bij te zitten en de commissieleden worden beter geïnformeerd over bepaalde achtergronden, omdat nu eenmaal niet altijd alles in de stukken staat. Zou er eigenlijk iets op tegen zijn om ook voorafgaand aan de raadsvergaderin gen een kwartiertje voor het publiek te reserveren, zoals bijvoorbeeld in Baarn gebeurt? Tevens is dan het pro bleem opgelost van die ingekomen stukken of andere punten die niet op de gepubliceerde agenda's van de commissievergaderingen hebben gestaan, zodat er uit het publiek nog geen toelichting op kon worden gege ven. Mogen wij hierover eens de mening van het colle ge horen? Wij hebben begrepen dat de dringend noodzakelijke discussie over de toekomst van het Soester winkelge- beuren aan de hand van een in januari 1980 te verwach ten winkelnota gaat gebeuren. Met name over Soest- Zuid en Overhees moet toch eens duidelijkheid ko men. Voorts gaan wij in het eerste kwartaal van 1980 over de achterstand in de bestemmingsplannen en de op lossingen daarvoor praten, zodat wij ons hier kunnen beperken tot een constatering van de noodzaak van een dergelijk gesprek. Nog onduidelijk is wanneer het verkeerscirculatieplan te verwachten is. Wij weten dat het moeilijk is, maar zou niet alvast op korte termijn bijvoorbeeld het fietspadenplan eruit gelicht kunnen worden? Mogen wij hierover eens de tijdplanning bij het college horen? Kort geleden werd Soest opgeschrikt door een forse brand in een pension voor buitenlandse werknemers. In het Soester gemeenteprogramma van D'66 voor de jaren 1978-1982 komt de volgende passage voor „Na deskundige instructie ter plaatse dient (op iedere school) in de loop van het schooljaar een brandalarm oefening te worden gehouden". Onze fractie heeft geen moeite met het alsnog opvoeren van een post in de begroting 1980 ter bevordering van de brandpre ventie ten bedrage van circa f. 55.000,- per jaar. Ik wil mijn betoog beëindigen met enige opmerkin gen over het komende beleidsplan waar het welzijns- plan in verwerkt zal zijn. Wij menen nog steeds dat de sport deel uitmaakt van het welzijnsgebeuren in ruime zin. Wij hopen dat de sport als zodanig meege nomen kan blijven worden, ook al neemt men zelf afstand van AWOS-achtige toestanden. Ook in de nieuwe nota welzijnsplanning vinden wij wel de spor tieve recreatie, maar niet de sport terug. Wij zouden het op prijs stellen, bij de behandeling van het beleidsplan in het komende voorjaar een globaal overzicht te hebben van hetgeen er in 1979 van onze beleidsvoornemens terecht is gekomen. Met andere woorden: Een vergelijking tussen de in december 1978 vastgestelde begroting 1979 en de realisering daarvan. Dat behoeft dan nog niet op kleingeld nauwkeurig, maar wel op hoofdpunten als bijvoorbeeld het geplan de beroep op de reserves en hoe dat is uitgepakt. Gaarne horen wij of het college dat denkt te kunnen leveren. De VOORZITTER: Dames en heren! Door een aantal uwer is gesteld dat een meerjarenbegroting een voor waarde is om tot een behoorlijke beleidsplanning te komen. Het zal bekend zijn dat het college deze me ning deelt en in het voorjaar kunt u dan ook een eerste opzet voor een meerjarenbegroting tegemoet zien. Geciteerd is ook hetgeen ik verleden jaar heb ge zegd over beleidsplanning, nl. dat dit een zaak van val len en opstaan zal zijn en een langdurig proces. Ook een meerjarenbegroting zal in de loop der jaren nader verfijnd moeten worden, maar in ieder geval komt er het komende voorjaar een eerste opzet van een meer jarenbegroting. Geconstateerd is ook dat de invloed van de gemeente op de omvang van onze inkomsten betrekkelijk gering is en dat de verwachtingen ten aanzien van gelden die wij uit andere bronnen krijgen, met name het gemeen tefonds, vooralsnog niet optimistisch kunnen zijn. Met het oog hierop is door een aantal uwer de vraag besproken, op welke wijze dan ruimte aan de uitgaven kant kan worden gevonden. In de richtlijnen die wij hebben rondgezonden aan de diensthoofden en de af delingschefs, hebben wij gesproken over de budget methode en aangegeven dat men 97% van de bedragen van verleden jaar mag gebruiken. De vraag is nu wat daarvan terecht is gekomen. Voor een eerste opzet wa ren wij niet ontevreden, maar wel moesten wij vaststel- 264

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 325