punt en de vraag is of de gemeente dit goed kan over
brengen. Mijn suggestie is dat in de rubriek „De ge
meente vraagt uw aandacht" of in Op't Hoogt nog
eens uiteen wordt gezet dat de situatie ten aanzien
van de Ossendamweg en de Vondellaan toch een ande
re is dan die bij andere wegen. Ik kan mij ook wel
voorstellen dat bewoners van andere straten het ver
schil niet zo aanvoelen en het is zeker een taak van
voorlichting om dit goed over het voetlicht te brengen.
De heer EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Er is al eni
ge tijd geleden gesproken over geluidsmetingen aan de
Koppenlaan in Soesterberg. Het zou plezierig zijn als
die nu ook eens goed worden uitgevoerd, want ik heb
de indruk dat het lawaai daar ook vaak de spuigaten
uitloopt.
De heer STORIMANS: Mevrouw de voorzitter! Het
voorstel dat nu voor ons ligt, vind ik levensgevaarlijk.
Het is niet waterdicht en veel mensen denken dat hier
uit in de toekomst ook voor andere straten gevolgen
kunnen voortvloeien. De heer Nuijten zegt al dat wij
in de toekomst misschien ook aan de zij- en achter
gevels nog het nodige zullen moeten doen. De geest
van dit voorstel is dat wij menen iets voor deze mensen
te moeten doen; met dit voorstel willen wij het verle
den volledig afronden en in de toekomst zeker niet
verder gaan. Het is vooral een gebaar van de raad en
daarmee moet het uit zijn. Ik meen echter dat dit niet
goed geformuleerd is in het voorstel. Wij moeten een
echt goed sluitend voorstel hebben, anders voorzie ik
voor de toekomst allerlei claims en enorm veel m oei-
lijkheden.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Al
gemeen is opgemerkt dat men blij is met dit voorstel.
Wij voldoen hiermee ook aan het verzoek van de raad
in de vergadering van augustus jl.
De heer Van Poppelen heeft nog een aantal vragen ge
steld, in de eerste plaats of dit voorstel tot stand is ge
komen in overleg met de bewoners. Wij hebben van
de bewoners een brief ontvangen, waarin onder andere
werd gevraagd om dubbele beglazing. Wij hebben ver
volgens een gesprek gevoerd met de bewoners en naar
aanleiding daarvan, alsmede naar aanleiding van het
verzoek in de raadsvergadering van augustus jl., zijn
wij met dit voorstel gekomen. Ik kan de heer Van Pop-
pelen verder uiteraard uitvoering van een en ander in
overleg met de bewoners toezeggen. Als dit voorstel
wordt aangenomen, gaan wij zeker verder met de be
woners spreken over de nadere uitwerking. Vervol
gens kan ik ontkennen dat, als er nu A wordt gezegd,
er later ook B moet worden gezegd. In het voorstel
staat duidelijk geformuleerd dat wij het in dit speci
fieke geval verantwoord achten om dit voorstel te
doen. Wij zeggen nu dus A en verder géén B meer.
Met dit voorstel is het verder klaar.
Daarnaast kan ik zeggen dat er met de mensen die er
nu wonen overleg wordt gepleegd. Er wordt dus niet
gelet op de situatie die er was in 1972. In januari 1979
is het besluit genomen om de procedure ten aanzien
van de Centrumweg te staken en daarom richten wij
ons ook op de bewoners die er nü wonen.
De heer Jonker heeft nog gesproken over de zijramen.
In het voorstel dat nu voor ons ligt staat dat alléén die
gevels worden meegenomen die aan de Ossendamweg
en de Vondellaan zijn gelegen. Voor een aantal huizen
zijn dat alleen de voorgevels en bij enkele huizen zijn
het de zijgevels, bijvoorbeeld enkele woningen aan de
Braam weg die met de zijgevel naar de Ossendamweg
gericht zijn.
De heer Nuijten heeft nog gezegd dat dit voorstel geen
vrijbrief mag zijn om met verdere klachten te komen.
Dat onderstreep ik graag. Het gaat over déze tegemoet
koming in déze specifieke situatie en verder niet.
Verkeersmaatregelen zijn nog in onderzoek. Die ko
men straks natuurlijk ook naar voren bij het verkeers
plan. Met de bewoners is nog wel gesproken over de
vraag of er incidenteel op de Ossendamweg nog iets
zou kunnen gebeuren. Daarbij is toegezegd dat wij zul
len nagaan of het mogelijk is om bijvoorbeeld een
vluchtheuvel aan te brengen in een voetgangersover
steekplaats, maar ik ben bang dat die ruimte niet ge
vonden kan worden in deze weg.
Gesproken is ook nog over de zij- en achtergevels in
samenhang met de wet op de geluidhinder. Zodra deze
wet helemaal in werking is getreden en de verschillen
de normen bekend zijn, kunnen inderdaad met deze
wet in de hand de zij- en achtergevels worden bekeken,
waarbij er ook bepaalde subsidies te verkrijgen zullen
zijn.
De heer Goote heeft gepleit voor meer voorlichting,
omdat het veel burgers nog niet duidelijk is. Ik wil het
hier nog wel eens zeggen en wij kunnen
De heer GOOTE: U hoeft het mij niet te vertellen,
want ik begrijp het wel. Het gaat mij erom dat ik uit
de burgerij geluiden heb gehoord waaruit blijkt dat
het voorstel toch niet helemaal goed is overgekomen.
Men heeft nog niet goed begrepen dat het hier alleen
een grote uitzondering is. Daarom heb ik ook gevraagd
om meer voorlichting, bijvoorbeeld in Op't Hoogt.
Wethouder HOEKSTRA: Akkoord, ik behoef hier dus
geen nadere uitleg over te geven.
De heer Ebbers heeft nog gesproken over de Koppen
laan in Soesterberg. Dat is nu niet aan de orde, want
bij dit voorstel gaat het uitsluitend en alleen om de
Ossendamweg en de Vondellaan, met het oog op het
raadsbesluit van 1972 waarin is opgenomen dat de ver
keerssituatie op deze wegen te zijner tijd anders zou
worden. Inzake de Koppenlaan ligt er overigens nog
een brief bij het college die nog beantwoord moet
worden. Zonder meer mag de Koppenlaan of welke
andere weg in Soest dan ook echter niet rekenen op
een dergelijke maatregel. Het gaat hier echt om een
tegemoetkoming in dit specifieke geval.
De VOORZITTER: Dames en heren! De heer Van
Poppelen heeft nog gevraagd of er een juridisch recht
bestaat op deze tegemoetkoming. Dat is niet het ge
val.
De heer VAN POPPELEN: Ik heb gevraagd of dit voor
stel juridisch waterdicht is, in die zin dat er straks
niet een vervolg op behoeft te komen.
De VOORZITTER: Het juridische in de zin van „er
recht op hebben" is hierbij helemaal niet aan de orde.
De bewoners van de Ossendamweg en de Vondellaan,
teleurgesteld door het feit dat bepaalde wegen er in
Soest niet zullen komen, hebben zich in een brief tot
de raad gewend en op verzoek van de raad gedaan in
de vergadering van 16 augustus, zijn wij gaan bekijken
of wij iets voor de bewoners zouden kunnen doen. Wij
doen dit voorstel dus niet omdat wij zouden menen
dat de bewoners er juridisch recht op zouden hebben.
Het is alleen een vrijwillige tegemoetkoming, omdat
bepaalde plannen door de raad zijn geschrapt waar de
bewoners altijd rekening mee hebben kunnen houden
tot dan toe. Men heeft dus nergens récht op. Het gaat
alleen om een voorstel op verzoek van de raad en wij
hebben daarbij gekozen voor dit alternatief uit de za
ken die de bewoners zelf in hun brief aan de raad heb
ben opgesomd.
310