het gaat ook mij te ver om een aan de raad gerichte brief door het college te laten afdoen zonder dat wij er verder iets van weten. Wethouder HOEKSTRA: Mevtouw de voorzitter! Wij gaan dinsdagmorgen a.s. met drie leden van het college op pad om met betrokkenen de zaak af te maken. Ik dacht dat het eigenlijk zo wel zou kunnen, maar De VOORZITTER: Dat dacht ik ook, dames en heren, maar ik zal graag vernemen wat de andere leden van de raad ervan denken. Vindt u een bezoek van drie le den van het college aan de betrokken omgeving voldoen de om de zaak daarna te kunnen afdoen? Mag ik hier over uw mening horen? De heer GOOTE: Wij vinden het niet zo'n belangrijke zaak, mevrouw de voorzitter en vertrouwen haar het college wel toe. De heer ONDERDELINDEN: Ik sluit mij hierbij graag aan, mevrouw de voorzitter. De VOORZITTER: Dan begrijp ik dat de meerderheid van de raad toch nog wel enig vertrouwen heeft als drie leden van het college zich ergens mee bemoeien. Dat doet ons goed. Met betrekking tot het stuk wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig hetgeen daarom trent door burgemeester en wethouders is voorgesteld, g. Brief d.d. 5 februari 1979 van het buro voor archi- tektuur dick renooy b.v,, betrekking hebbende op de wijziging van de bestemming voor het perceel Van Len- neplaan 47 te Soest met het voorstel deze brief om ad vies in handen te stellen van burgemeester en wethou ders. Met betrekking tot dit stuk wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld- De VOORZITTER: Dames en heren' Ik deel u mede dat er een brief is ingekomen van de heer Plekkepoel. Ik stel u voor die te behandelen bij agendapunt 12. Voorts zijn er enige brieven ingekomen die betrekking hebben op de Margrietschool. Ik noem ze maar niet al lemaal op, want de Margrietschool krijgen wij de vol gende maand of de daaropvolgende maand vanzelf toch aan de orde. Verder zijn er brieven ingekomen van het bestuur van de Stichting Van der Huchtscholen, alsmede brieven van ouders, naar ik geloof in twee richtingen en een brief van de bibliotheek. Mevrouw BLOMMERS-BIEZENO: Mevrouw de voor zitter! Ik heb een vraag die voortkomt uit mijn onbe kendheid met de gang van zaken ten aanzien van dit soort dingen. Worden ten aanzien van de door u ge noemde brieven nu al automatisch de adviezen ge vraagd van alle betrokken instanties, zoals is gebeurd met betrekking tot de Willibrordusschool? Wij hebben de vorige keer om een maand uitstel gevraagd, omdat wij vonden dat het de diversiteit van het onderwijs ten goede zou komen als er een Van der Huchtschool in het betrokken gebied zou worden gevestigd. Wij vin den wel dat de beslissing in dezen niet te lang op zich kan laten wachten. Daarom vragen wij nu al om de no dige adviezen voor de commissie onderwijs De VOORZITTER: De brieven moeten eerst nog in het college komen, mevrouw Blommers. Dan zullen wij er in het college over moeten overleggen en beslui ten waar ze verder naar toe gaan. Ik vermoed dat u er dan in de commissie onderwijs wel mee zult worden geconfronteerd. Maar aangezien ze nog niet in het col lege zijn geweest, wilde ik mij er nu verder niet over uitlaten. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Me vrouw de voorzitterIk ben het er met mevrouw Blommers over eens dat als het erg lang gaat duren, er sprake zou zijn van een onzekerheid die voor de be trokken scholen erg naar is, ook al met het oog op de vakanties. Misschien is het mogelijk om nadat de brie ven in het college zullen zijn behandeld tussentijds een vergadering van de commissie onderwijs te beleggen. De VOORZITTER: De laatste brieven zijn binnenge komen op 12 maart jl. en wij moeten natuurlijk toch wel even zorgen dat alles de normale weg kan bewan delen. Dames en heren. Er is ook nog een brief ingekomen van de Milieuvereniging Soestdijk geen Stankwijk, Ik stel u voor deze brief te behandelen bij het agenda punt inzake de onroerend-goedbelasting. Ik constateer dat u zich hiermede verenigt. De heer Visser heeft een verzoek ingediend om het college te mogen interpelleren over het bestemmings plan Overhees. Ik stel u voor dit verzoek in te willigen. Ik constateer dat u zich ook hiermede verenigt. Nu is het zo, dat u ook nog het tijdstip van de inter pellatie moet aangeven. Wilt u dat de interpellatie vanavond wordt gehouden, althans als wij door de rest van de agenda komen, of wilt u haar uitgesteld zien tot de volgende vergadering? Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Wij stel len voor, mevrouw de voorzitter, dat de interpellatie aan het einde van deze vergadering plaats vindt. De heer ONDERDELINDEN: Als er dan nog tijd voor is, zijn wij er ook voor, dat de interpellatie aan het einde van deze vergadering wordt gehouden mevrouw de voorzitter. De VOORZITTER: Als wij de interpellatie nu aan het einde van de agenda voor deze vergadering plaatsen, moet er ook tijd voor komen, dames en heren. Als wij vanavond om elf uur niet klaar zijn, gaan wij morgen om vijf uur door. Ik stel nu aan de orde: 34 Vragenhalfuurtje. De VOORZITTER: Dames en heren' De heer Visser heeft de volgende vragen ingediend: „1. Heeft U kennis genomen van het artikel in de Amersfoortse Courant van vrijdag 2 maart 1979 „Ge heim rapport uit verpletterende kritiek op Regionale Muziekschool Amersfoort."? 2. Bent U bereid dit rapport van de Nederlandse Orga nisatie Kring „Een onderzoek naar dissonanten" voor de raadsleden ter inzage te leggen en te plaatsen op de agenda van de financiële commissie en de culturele commissie? 3. Bent U het eens met de stelling van de NOK „dat het bestuur verantwoordelijk is voor de scheve ver houdingen die in de loop der jaren in de school ge groeid zijn, omdat het er niet in geslaagd is voldoende inzicht in de interne gang van zaken te krijgen", aldus de krant? 4. Bent U het eens met de stelling van de NOKjdat er niet meer dan één politieke vertegenwoordiger per deelnemende gemeente in het bestuur zitting zou moe ten hebben"?

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 92