kunnen worden toegelaten, toch toe te laten en het
weren van ongewenste ontwikkelingen-
Wat er uiteindelijk zal gebeuren in het onderhavige
gebied is nog geenszins bekend. Er is wel bekend wat
daar wordt verwacht, maar niet bekend is of hetgeen
daar wordt verwacht ook inderdaad zal worden gerea
liseerd. Wij zijn ook in vooroverleg met onder andere
de provincie. Wij hebben contacten gehad waaruit wel
is gebleken dat er bezwaren zijn, ook bezwaren van
intergemeentelijke aard. Wij moeten het een en ander
nog uitwerken.
De heer VISSER: Ik begrijp, mevrouw de voorzitter,
dat als de plannen wat concreter worden, ze eerst in
de diverse commissies worden besproken
De VOORZITTER: Vanzelfsprekend.
De heer VISSER: en dat de tekst van een of ander
bestemmingsplan eerst aan de commissie ruimtelijke
ordening wordt voorgelegd.
De VOORZITTER: Ja, zoals altijd.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Voorstel tot wijziging van de Brandbeveiligingsverorde
ning.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Voorstel tot wijziging van de begroting 1978 van de
algemene dienst, het grondbedrijf en het bedrijf ge
meentewerken in verband met de overboeking van
restant-kredieten en tot het beschikbaar stellen van
aanvullende kredieten.
De heer ONDERDELINDEN: Mevrouw de voorzit
ter! Ik wil graag enkele opmerkingen maken die ook
in de commissie financiën en grondbedrijf gemaakt
zouden kunnen zijn, maar daar niet zijn gemaakt. Ik
wil het met name hebben over de oefenverlichting van
de tennisbanen aan de Kerklaan, waarvan de kosten
ten laste zouden komen van het krediet dat is verleend
ten behoeve van de aanleg van het Sportpark Kerklaan,
omdat daarop een besparing had plaats gevonden door
het niet aanbrengen van een kunststoftoplaag op de ba
nen. Het bedrag van de besparing kon ik niet vinden,
evenmin als het bedrag dat de oefenverlichting zou
gaan kosten. Wij waren een beetje verbaasd toen wij
constateerden, dat wel de korfbalvereniging Oranje
in 1977 met een kredietverhoging van f. 30.000,-
(waardoor het totale krediet op f, 780.000,- kwam)
aan oefenverlichting werd geholpen, maar dat dit niet
het geval is geweest met betrekking tot de oefenver
lichting van de tennisbanen. De door mij genoemde
besparing is kennelijk niet gebruikt voor deze verlich
ting, want in de in het voorstel genoemde overschrij
ding van ruim f. 440,000,- zit opnieuw het voor deze
verlichting benodrgde krediet. Waar is dan de bespa
ring gebleven?
Ik zou duidelijk willen stellen dat de raad in zijn be
sluitvorming en hantering van bevoegdheden en ver
antwoordelijkheden niet voldoende aan zijn trekken
komt als er zo gewerkt wordt. Misschien kunt u mijn
betoog ontzenuwen.
Mijn fractie is wel gelukkig met de ter inzage gelegde
richtlijnen voor de dienst gemeentewerken met be
trekking tot de toch werkelijk noodzakelijke krediet
bewaking. Misschien kunnen we in de commissie fi
nanciën en grondbedrijf nog eens praten over de wijze
waarop kredieten moeten worden aangevraagd en ver
leend met inachtneming van bepaalde marges die nodig
zijn om praktisch te kunnen werken en niettemin de
bevoegdheden van de raad geen geweld aandoen.
De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! Ik zou een
aantal opmerkingen willen maken die toch wel een
beetje de strekking hebben van het betoog van de heer
Onderdelinden. Ik wil met name een paar opmerkingen
maken over de kredietoverschrijding die heeft plaats
gevonden ten aanzien van de sportvelden aan de Kerk
laan. Ik meen dat deze kredietoverschrijding op het
lijstje van kredietoverschrijdingen de belangrijkste is.
Ze betreft een bedrag van f. 440.325,-. Er blijkt een
aantal extra zaken te zijn aangelegd, onder meer een
tegelverharding, een beregeningsinstallatie en pomp-
installaties, een en ander tot bijna f. 450.000,- boven
het indertijd door de raad gevoteerde krediet. Ik
vraag mij af of het het college in dit geval niet moge
lijk is geweest om in een veel eerder stadium dan nu
is gebeurd bij de raad of commissies te komen met
deze, toch zeer forse kredietoverschrijding en tussen
tijds een aanvullend krediet te vragen,
Uit de ter inzage gelegde stukken blijkt dat er nogal
aanzienlijke fouten zaten in de begroting die de Gront-
mij ten aanzien van de sportvelden aan de Kerklaan
heeft gemaakt. Wat is daarvan de oorzaak geweest?
Ik meen dat hetgeen hier nu aan de orde is des te
meer de noodzaak van kredietbewaking versterkt.
Het lijkt mij van belang dat de raad of de commissie
financiën en grondbedrijf tussentijds op de hoogte
wordt gesteld van kredietoverschrijdingen die men kan
zien aankomen. Wat hier nu aan de orde is valt min of
meer uit de lucht.
De heer BOLHUIS: Mevrouw de voorzitter Ik be
grijp dat het u niet verbaast dat ik ook nog een paar
woorden aan het onderhavige onderwerp wil wijden.
Ik heb er in de commissie financiën en grondbedrijf
ook al het een en ander over gezegd, met name over
het feit dat er kredieten waren voor het verrichten van
werkzaamheden waarmede bij de eerste opzet helemaal
geen rekening was gehouden. Ik heb bij die gelegenheid
nogmaals aangedrongen op het schrijven van een brief
aan de diensthoofden om een behoorlijke voorberei
ding te bereiken van alles wat aan de raad moet wor
den aangeboden, met name de kredietaanvragen. Ik
geloof dat ik het hier nu wel bij kan laten. Ik meen dat
een kredietbewaking op zich zelf goed is en dat het be
langrijk is dat er terzake goede tegels worden gegeven.
U heeft mij toegezegd dat u daarmede bezig bent en
dat er al een intern rapport is waarin regels worden
gegeven voor een goede kredietbewaking. Maar het is
niet alleen een kwestie van regels geven, het is met na
me ook een kwestie van mentaliteit.
De VOORZITTER: Dames en heren! Met hetgeen
waarmede de heer Bolhuis is geëindigd zou ik mis,
schien kunnen beginnen, hoewel ik dan toch wel
moet zeggen, dat wij ook niet twijfelen aan de menta
liteit van degenen die het zouden moeten doen. Bij
gemeentewerken is het zo dat er in de loop van het vo
rige voorjaar een intern rapport is gekomen, dat men
met z'n allen om de tafel is gaan zitten en dat wij nu
het gevoel hebben dat wij op de goede weg zijn. Het
moet natuurlijk langzamerhand doorwerken; ook al is
de mentaliteit goed, dan is er toch een gewenningspro-
cedure nodig. Wij moeten er nu nog meer dan vroeger
op letten, dat wij niet meer uitgeven dan begroot was.
Je bent gauw geneigd om eerst naar de dienst gemeen
tewerken te kijken, omdat de grote kapitaaluitgaven
enz. zich daar voordoen, maar ik deel ten volle de op-