november 1980 Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mijnheer de voorzitter 1 U zegt dat de kwestie van de nieuwe aanschaffingen zal worden besproken i'n het col lege. Daaruit krijg ik de indruk dat het college dezé zaak als afge daan beschouwt. Ik meen dat voor nieuwe aanschaffingen of voor ver vangingen eerst een krediet aan de raad moet worden gevraagd. Ik kan mij voorstellen dat er anders moet worden gehandeld, wanneer het om urgente zaken gaat, maar in dit geval gaat het om een uitbreiding van de tijdregistratie-apparatuur bij de brandweer. Mede gelet op de toe lichting bij de begrotingswijziging kan ik mij niet voorstellen dat het niet eerst mogelijk was geweest de commissie voor de financiën en het grondbedrijf te raadplegen. In ieder geval moet er aan de raad een krediet worden gevraagd. De VOORZITTER: De zaak zal ook in die geest in het college worden be handeld. De heer EBBERS: Ik ondersteun het betoog van mevrouw Van Gelder ter zake. Begrotingswijzigingen mogen niet worden gebruikt om allerlei kredieten niet via de commissie voor de financiën en het grondbedrijf te laten lopen; daarvoor is een begrotingswijziging niet. De VOORZITTER: Ik ben het volledig eens met beide sprekers. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Mevrouw Van Gelder-Cornelissen, mevrouw Tomassen-Holsheimer en de he ren Van den Brakel, Kingma en Visser verkrijgen op hun verzoek aante kening in de notulen, dat zij zich met de genomen beslissing terzake de post personenauto niet met de beslissing hebben verenigd. Mevrouw Van Gelder-Cornelissen en de heren Van den Brakel en Kingma verkrijgen op hun verzoek aantekening in de notulen, dat zij zich met de genomen beslissing terzake de post uitgaven ten behoeve van leer lingen in verband met de troonswisseling niet met de beslissing heb ben verenigd. 7. Voorstel tot verhoging van enkele tarieven. Mevrouw ALLARD-KNOL: Mijnheer de voorzitter! Ik wil graag antwoord hebben op een informele vraag die ik reeds vanaf 18 september stel en waarop ik tot nu toe geen bevredigend antwoord heb gekregen. Waarom is het college bij het aangaan van een nieuwe vervoersovereenkomst voor wat het schoolzwemmen betreft niet ingegaan op een offerte die aanzienlijk lager is dan het bedrag van f. 72.000,-- dat nu moet wor den betaald? De sterke kostenstijging van f. 40.000,-- naar f. 72.000,— geeft aanleiding het tarief met 25% te verhogen (van f. 24,naar f. 30,Wanneer wel was ingegaan op die goedkopere offerte van ongeveer f. 55.000,zou er geen aanleiding zijn geweest om de bijdrage met 25% te verhogen. Waarom is niet ingegaan op die goedkopere offerte? De VOORZITTER: Dames en heren! Voor het vervoer van de schoolkinderen naar het schoolzwemmen kon uit een aantal aanbiedingen worden gekozen. Ik heb nogmaals nagekeken wat de goedkoopste aanbieding was (ik heb de offertes thans voor mij liggen) en ik ben tot de conclusie gekomen dat het college voor de goedkoopste offerte heeft gekozen. Dat bete kent dat wij dus precies hebben gedaan hetgeen mevrouw Allard vraagt. Wij hebben voor de goedkoopste aanbieding gekozen. Voor wat het vervoer van de kinderen naar de scholen en naar het schoolzwemmen betreft hebben wij het liefste met één firma te maken. Ik bestrijd dat wij het goedkoper hadden kunnen doen dan nu het geval is 6

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1980 | | pagina 223