december 1980
Mijnheer de voorzitter, ik adviseer u bij de uitwerking van de nota
het centrum voor energiebesparing in Rotterdam te benaderen. Dit cen
trum acht het tot zijn taak in te springen bij vragen omtrent en
hulp te bieden bij het werken aan energiebesparingsplannen. De des
kundigheid van het centrum wordt in beperkte mate gratis beschikbaar
gesteld voor het opstellen van energiebesparingsplannen.
Verder zou ik gaarne zien dat in de nota werd opgenomen: Dit zijn on
ze doelstellingen, zoveel procent energiebesparing willen wij berei
ken en door die en die maatregelen te nemen denken wij dat te berei
ken. Na een jaar kan dan een evaluatie plaatsvinden, waarbij gezegd
kan worden: Dit is ons gelukt en daardoor hebben wij zoveel be
spaard; en dat is ons niet gelukt om die en die redenen; die punten
zullen wij nu dus anders moeten doen.
Ook de scholen zullen benaderd moeten worden, met lespakketten. Die
kunnen dan tevens huis aan huis verspreid worden, zodat de ouders we
ten waar hun kinderen op school mee bezig zijn en dit kunnen onder
steunen. Men kan, als aansluiting op de milieuweken, de scholen in
schakelen om een slagzin te maken. Energiebesparing heeft toch alles
te maken met ons milieu?
Mijnheer de voorzitter, u kunt met ons van mening verschillen over de
ideële achtergronden van de overwegingen op grond waarvan wij vinden
dat wij zuinig moeten zijn met de fossiele brandstoffen. Maar ieder
een zal het met ons eens zijn dat het ook om financiële redenen nodig
is te bezuinigen. En met het oog op die noodzaak zullen de meeste
mensen bereid zijn om mee te werken. Als de wethouder bij de opening
van ons nieuwe voorlichtingscentrum zegt: "Energiebesparing is nodig,
maar het bereiken van het doel staat of valt met de bereidheid van de
gebruikers om hieraan medewerking te geven"dan kunnen wij dit vol
ledig cnderschrij ven. Daarom vragen wij u de nota uit te werken om
daarmee de gemeenschap duidelijk te maken, dat de gemeente haar ver
antwoordelijkheid in dezen serieus neemt.
In de gascommissie heb ik wederom gepleit voor een ambtenaar energie
besparing, die alleen verantwoordelijk is voor de coördinatie ei uit
voering van het energiebesparingsplan en daarvoor verantwoording af
moet leggen aan burgemeester en wethouders. Alleen dan zal een goed
energiebesparingsplan lukken. In andere gemeenten waar een dergelijke
ambtenaar is aangesteld, is men erg tevreden over deze oplossing.
Ook door de hogere overheid wordt in de richtlijnen aan de gemeenten
inzake energiebesparing zo'n ambtenaar positief benaderd.
Tenslotte wil ik pleiten voor meer informatie over energiebesparing
in het algemeen in ons informatiecentrum. Het affiche met de aardbol
heb ik gemist. Ik wil u verder wijzen op een nieuwe uitgaaf van het
ministerie van economische zaken en dat van verkeer en waterstaat
over het brandstofverbruik van personenauto's. Ook die uitgaaf zou in
het voorlichtingscentrum voorhanden moeten zijn. Zo zullen er nog
wel meer uitgaven zijn.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mijnheer de voorzitter! U hebt het reeds
gehoord: ook het CDA was kritisch qua tijdsplanning en qua inhoud van
de nota. Op zichzelf is de nota natuurlijk een hulpmiddel. Daarom
zullen wij ook niet al te veel aandacht aan die kritiek besteden.
De stuurgroep energiebesparing had drie taakopdrachten. Eén daarvan
was het opstellen van de nota. Een tweede is uitgevoerd. Een derde is
wat concreter, nl. het maken van plannen en voorstellen om tot echte
35