982 15 juli 1982 -14- Heer VAN DEN BRAKEL Ik heb in de beroepschriftencommissie met betrekking tot deze materie duidelijk gesteld, dat het college volgens de verordeningen etc. die er zijn volkomen terecht gehandeld heeft. Dat neemt niet weg, dat wij in deze tijd van economsiche teruggang er toch over moeten gaan denken, of er ten aanzien van die kleine bedrijfjes, die financieel niet zo sterk zijn en die op deze manier in hun onderhoud trachten te voorzien, niet tot een wat soepeler regeling gekomen kan worden. Het is natuurlijk zo dat deze mensen het momenteel heel moeilijk hebben. In de beroepschriften commissie waren wij het er feitelijk mee eens, dat deze kleine bedrijfjes geholpen zouden moeten worden. Wij hebben echter gezien de voorschriften geen been om op te staan. Ik hoop, dat wij in de nieuwe raad kunnen komen tot mogelijkheden om voor die mensen die in hun eigen onderhoud trachten te voorzien een middel te vinden waardoor deze bedrijven kunnen blijven bestaan. Heer STORIMANS Ik had eigenlijk hetzelfde verhaal willen afsteken als de heer Blaauw. Ik vind wel, dat als het in het ene huis wel mag en in het andere huis niet er geen beleid is. Er moet een beleid gevoerd worden en dat doen we hier dus niet. Als we deze mensen nu tegenwerken, dan moet aan alle andere mensen ook gezegd worden dat het afgelopen is. Heer MENNE Sinds U, raad, hebt toegestaan dat het wolwinkeltje in de Varenstraat mag worden geëxploiteerd is er een enorme opleving gekomen in de onmiddellijke omgeving maar ook daarbuiten. Ik heb er een lijst van. Ik heb toen ook gezegd, U hoeft bij mij niet meer te komen, zodra er een opleving daar plaatsheeft van garages waarin allerlei commerci ële aktiviteiten plaatshebben. Alleen al die aktiviteiten die van buiten af waarneembaar zijn is een enorme lijst en dan heb ik het nog niet over datgene wat er binnen plaatsheeft. Dat is even over beleid wat U als raad hebt onderstreept en het dagelijks bestuur daarmee niet makkelijk hebt ge maakt. Hier gaat het om het gebruik van woonruimte meer dan de lijn zoals wij die hebben vastgesteld om een extra verdieping. We weten allemaal dat er meer dan 2.000 woningzoekenden zijn en wij moeten onze uiterste best doen om de mensen die woonruimte te verstrekken. Als wij ertoe overgaan meer dan de helft van elke wooneenheid toe te staan voor commer ciële doeleinden dan zijn wij niet op de lijn zoals uitgedrukt in uw programma 1978/1982 waarin de eerste prioriteit aan woningen, soc. woning bouw is gegeven. Ik vind dat het beleid moet worden gehandhaafd. Wij moeten met vaste hand de losse teugel vieren en dat geldt hier ook, van daar dat ook de beroepschriftencommissie zich achter beleid van het col lege heeft gesteld. Mijnheer van de Brakel zegt, dat het makkelijk genoeg is om te zeggen tegen zo iemand dat zijn bedrijf niet is toegestaan. Een ambtenaar komt daar en konstateert,hetgeen niet in dank wordt afgenomen. Dat is geen gemakkelijk beleid. Naarmate dit soort dingen zichmeer voordoen, kun je je afvragen waar nu moed voor nodig is. Moed is niet nodig om geld uit te geven en iets aan te leggen wat de mensen graag willen en wat sympathiek is hier in de gemeente Soest moed is om het niet te doen. Heer BLAAUW Ik vind het een gloedvol en goed betoog van de wethouder. Ik ben het er ook helemaal mee eens. Hij zegt ook dat hij een beleid heeft, hetgeen ook uitgevoerd wordt en dat wens ik te betwijfelen. Vanaf het wolwinkeltje is in de benedenbouw allerlei aktiviteit toegestaan. Nu gaat het over een compleet huis. Ik heb gevraagd hoe uw beleid is, want U voert ten opzichte van dat gedeelte geen beleid. In dit voorstel wilt U het uitoefenen van een bedrijf in een bovenverdieping verhinderen en ook wij vinden dat dat niet kan in een woonwijk. Ik vraag U alleen waarom U oogluikend in diverse van dit soort huizen wel volledige bedrijven laat uit oefenen. Als U op visite gaat, dan kunt U misschien nog een bed vinden waar misschien nog een secretaresse zich schuil houdt 's nachts. Als U 's avonds door Soest gaat dan ziet U in al dit soort huizen de verlichting uit, omdat er niemand woont. -15-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1981 | | pagina 138