1 september 1982
Ik neem aan dat U het goed vindt, dat Mevrouw van Stiphout nummer 1. krijgt,
omdat die kunst en cultuur onder haar verantwoordelijkheid had. Voordat ik
de penningen en etsen ga uitreiken wil ik eerst nog iets anders doen.
Ik ga daarvoor naar het oudste raadslid, die hier in deze raad het langst
aanwezig is geweest en ons nu gaat verlaten. Hij heeft 20 jaar in deze
raad gezeten. U duidt mij niet euvel, dat ik hem nu rechtstreeks toe
spreek. De man die kaarsrecht tegenover mij zit, de heer van Poppelen.
Heer van Poppelen, uw naam is een begrip in Soest geworden. Dat komt
door uw vele aktiviteiten ten behoeve van deze gemeenschap. Ik zeg
gemeenschap omdat het wijder strekte dan de gemeente. U bent op zeer
vele fronten aktief geweest. Ik begin met uw raadsperiode. U bent in
1962 gekomen en uw eerste daad als raadslid was dat uw benoemd werd
tot lid van het stembureau ten behoeve van het kiezen van een plaats
vervangend lid van de schoonheidscommissie. Kortom een nederige taak
waarmee U begon. Alras klom U op. U werd in 1967 fraktievoorzitter
van de K.V.P.hetgeen U 10 jaar heeft gedaan en vanaf 1977 was U
fraktielid van de C.D.A.-fraktie. U heeft altijd de belangen van de
agrariërs op het oog gehad. Dat bleek ook in het raadswerk. De aller
eerste commissie waarvan U lid werd, was de agrarische commissie die
nu niet meer bestaat. Financiën en verkeer zijn de commissies, die U
in de laatste jaren hebt gediend. Als je Van Poppelen zegt, zeg je
agrariërs. Uw kontakten met die groep en de kennis van zaken in die
bedrijfstak zijn groot. Toch zat U op een moeilijke positie, want de
gemeente breidde in die tijden uit ten koste vaak van agrarisch be
lang. U zat daar precies tussen. Dat is een niet eenvoudige positie,
dat is tot op de laatste dagen van uw raadslidmaatschap wel gebleken.
Wij allen hebben bewondering voor de wijze waarop U steeds getracht
heeft een zorgvuldige afweging te maken in de belangen die op het
spel stonden en die vaak conflicteerden. U was adviseur van de
A.B.T.B. U bent bedrijfsdeskundige bij de voorlichtingsdienst van
het ministerie van landbouw en U bent eerst lid van de Raad van
Teozicht en later voorzitter van het bestuur vanaf 1965 tot nu van
de RABO-bank. Als we iets zeggen over uw kwaliteiten, dacht ik dat
dat een grote mate van inzet is een stuk vasthoudendheid persoon
lijke betrokkenheid U kent uw zaken U ziet de noden van de gemeente
scherp U bent een hartelijk, bescheiden en rustig mens. U heeft
een Koninklijke Onderscheiding verdiend.
De voorzitter spelt de heer Van Poppelen de onderscheiding Ridder in
de Orde van Oranje Nassau op. Vervolgens overhandigt de voorzitter
de heer Van Poppelen de erepenning van de gemeente Soest en een ets.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM Het verheugt mij ontzettend, dat ik
als eerste namens de C.D.A.-fraktie jou kan feliciteren met deze
Koninklijke Onderscheiding. Het raadswerk heeft veel inzet en inzicht
van je gevraagd. Een inzet die je tot de laatste dag hebt waargemaakt.
Veel mensen hebben ervaren, dat jij bereid was te helpen. Vooral de
laatste periode, Jan, is niet gemakkelijk geweest. Daarom ben ik juist
zo blij dat jou vandaag deze onderscheiding ten deel valt. Het is een
bekroning van het vele werk wat je in dienst van de gemeenschap ver
richt hebt. Werk, dat veel vroeg ook van je gezin. Daarom, Jan, bij
onze hartelijke gelukwensen een kleinigheidje voor jou en een boeket
bloemen die je ongetwijfeld aan je vrouw zal geven.
De VOORZITTER reikt vervolgens erepenningen en etsen uit aan de na
volgende vertrekkende raadsleden
Heer OLDENBOOM (erepenning ets) U heeft 17 jaar in de raad gezeten,
U heeft 17 jaar uw beste krachten gegeven. Meer dan voldoende om een