25 november 1982 Heer VAN GARDEREN: Ik noem alleen even op waar ik niet mee akkoord kan gaan. Dat is nummer 46 op blz. 2; daar ga ik mee met de anderen, daar maak ik ook f 26.000.van. De Vrije Teugel: daar ga ik niet mee met het college standpunt; een bedrag zou ik daar niet willen noemen, ik zou wel hoger willen gaan als ik gesteld heb. Bij nummer 51 handhaaf ik mijn standpunt: 12,4. Ik had nog twee voorstellen ingediend nl. de sluiting van De Turf, dat wil ik handhaven. Ik wil de raad en het college toch uitdagen om dit over te nemen. Het voorstel de Turf op zondag te sluiten wordt in stemming gebracht en met 25 tegen 1 stem verworpen. Heer v.GARDEREN; Ik had nog een voorstel wat niet op de lijst voorkwam, nl. overdracht onderhoud van gebouwen en de sportterreinen aan de verenigingen te geven. Dat wil ik ook handhaven. Met het overige ga ik akkoord. De VOORZITTER: Dit laatste voorstel van heer Van Garderen, heeft dat voldoende steun? Heer VAN GELDER: Waarom wordt dat niet gewoon aan de lijst toegevoegd. Het is een punt van de oorspronkelijke B-lijst. In de bijlage komt het ook voor, alleen heeft u als college daar geen voorstel voor gedaan. Dat doet nu een van de frakties, die voert een punt aan van de B-lijst wat in het college voorstel niet voorkomt. Dat past toch gewoon in de procedure. De VOORZITTER: Dan geloof ik dat nu iedereen zijn commentaar heeft gegeven. Heer KINGMA: Ik heb nog niets gehoord als reaktie. En voor de voorzitter gaat schors en zou het heel plezierig zijn om te horen welke inhoud u denkt te geven aan het begrip "overleg". De marge die u daar bijzet, in het licht van de opmerkingen die ik in een eerdere instantie heb gemaakt. De VOORZITTER: De heer Kingma vraagt dus een standpunt over het begrip "overleg" van de verschillende frakties. Heer KINGMA: Gewoon een reactie op de opmerkingen die ik in eerdere instantie heb gemaakt, daar heb ik nl. nog geen reactie op gehad. Het lijkt mij, dat dat noodzakelijk is voor de verdere beraadslagingen. Heer KRIJGER: Het overleg wat wij voorstaan, vinden wij in zoverre overleg, dat het kan gaan om de verdeling van een vast te stellen bedrag. Dat kan betrekking hebben op de coördinatie, op afstemming van aktiviteiten die men samen kan doen, op het coördineren van aktiviteiten die dus nu nog niet gecoördineerd zijn, want een aantal zaken gaan al samen. Wat het niet wil zeggen is dat niet van te voren de eindsom bekend is. Die, vinden wij, moet vandaag wel worden vastgelegd. Als de heer Kingma in dat overleg kan komen met een andere invulling, dan is dat voor ons geen probleem. Het eindbedrag zal er wel uit moeten komen. Heer VERHEUS: Ik heb zoeven het volgende gezegd en daar zal ik nog iets aan toevoegen. Er moet ruimte zijn en blijven voor zinvol overleg met besturen. Zinvol overleg met handhaving van de uitgestippelde lijn, waar door bedragen kunnen veranderen en bezuinigingen zouden kunnen wijzigen in het belang van de gemeente. Maar het voorstel van de heer Kingma betekent, dat we ons vastleggen op een bedrag, of een percentage, dat door sommige instellingen is genoemd. En daar zijn we het niet mee eens. Ons uitgangspunt is en blijft, nogmaals, zinvol overleg over de vanavond uitgestippelde lijn. Zijn stellingname zal naar alle waarschijnlijkheid niet die van de raad worden. Heer VAN GELDER: Ja, overleg heeft voor mij ook een inhoud. Er zijn een aantal mensen geweest op de hoorzitting, die hebben daar iets verteld. Er zijn er ook een aantal, die een brief geschreven hebben. Ik denk, dat op basis van wat daar aangeboden is, overlegd moet worden hoe dat ingevuld kan worden. Ik denk dat de uitvoering van de motie die niet aangenomen is overleg zou zijn geweest. - 33 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1981 | | pagina 270