19 maart 1981
Heer JONKER Ik zou willen, dat de 4e alinea anders geformuleerd
wordt, want naar mijn gevoel is er een tegenstelling tussen wat
er in deze 4e alinea staat en het vervolg op bladzijde 2. U zegt
nl
De VOORZITTER Even om een misverstand te voorkomen. De heer Hoekstra
heeft net gezegd, dat de 4e alinea moet worden aangepast, of is er
nog iets anders in dezelfde alinea.
Heer JONKER Inderdaad, want de heer Hoekstra heeft gezegd, dat er
overleg genoeg geweest is.
Heer HOEKSTRA Ik heb gezegd Hier staat dat er geen overleg ge
weest is en er is wel overleg geweest. Vandaar dat deze alinea fout
is.
Heer JONKER Gaat de hele alinea er uit
Heer HOEKSTRA Hèt moet gewijzigd worden in bijvoorbeeld Uit in
formatie onzerzijds is gebleken, dat U na het schrijven van uw brief
van 4 december een aantal gesprekken heeft gevoerd met de vertegen
woordigers van de woningbouwvereniging. Wij hebben begrepen, dat U
een uitvoerige uiteenzetting is gegeven van de noodzakelijkheid van
de te verhogen servicekosten. Daarna kan de brief gewoon doorgaan.
Heer «JONKER Als het zo geformuleerd wordt dan heb ik geen enkele
moeite.
Mevrouw KORTHUIS-ELION Ik ben blij met deze verandering want het
klopte inderdaad niet. Als wij nl. alleen maar gingen verwijzen
om maar eens naar de bouwvereniging te gaan dan hadden wij de brief
in januari bovendien kunnen behandelen. Omdat het oorspronkelijk
gemeentewoningen geweest zijn kunnen wij de woningbouwvereniging mis
schien steunen door ook onze visie te geven op de punten, die ook ons
aangaan. Er zijn nl. een paar punten, die mede veroorzaakt zijn door
de verhouding gemeente/woningbouwvereniging, bijvoorbeeld die stort-
kokers. Misschien zouden wij in het kort daar iets van kunnen zeggen.
Heer HOEKSTRA Als ik het wel heb, dan is deze hele zaak nu in ex-
tenso uitgelegd en is men op de hoogte hoe die zaak zit. E.e.a.
is door de direkteur van de woningbouwvereniging gedaan. Maar als
het nodig zou zijn wil ik daarbij best assisteren.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig
hetgeen door burgemeester en wethouders is voorgesteld.
c. Brief dd. 10 februari 1981 van de heer J.A. Lucassen, Buys
Ballotlaan 15b te Soesterberg betreffende een aanvraag om bouwver
gunning voor een perceel aan de Rademakerstraat 35-37, met het
voorstel deze brief om advies in handen te stellen van burgemeester
en wethouders
d. Brief dd. 2 maart 1981 van Mr. D. van Loon te Soest betreffende
de problematiek van de familie Pasker te Soest, met voorstel deze
brief om advies in handen te stellen van het college van burge
meester en wethouders.
e. Brief dd. 14 januari 1981 van de Nederlandse Bond van Makelaars
in Onroerende Goederen (NBM) inzake de Woonruimtebeschikking en de
Onroerend Goedbelastingen, met voorstel deze brief om advies in
handen te stellen van burgemeester en wethouders.
Met betrekking tot deze stukken wordt achtereenvolgens zonder discus
sie en zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig hetgeen
door burgemeester en wethouders is voorgesteld.
-2-