- 11 -
15 septem' r 1983
Het tweede hoofdpunt is uw stellingname met betrekking tot de bespreking
waar dan al of niet een goedgekeurd verslag van zou zijn. De suggestie
die daar naar voren is gekomen, moet een voedingsbodem hebben - of het
nu letterlijk zo gezegd is of niet is inderdaad moeilijk formeel aan te
nemen als zo'n verslag niet formeel is vastgesteld - Wij denken dan ook
dat het nuttig zou zijn dat u de verslagen van de kringsraads-vergaderingen
van de A-kring, waaruit uw verzoeken met betrekking tot de gekozen
oplossingen en constructies kunnen blijken, opvraagt om ter inzage te
leggen ten behoeve van de commissie A.B.Z. en daar in één van de eerst
volgende commissievergaderingen op in te gaan, omdat het van belang kan
zijn bij het hanteren van de procedures rondom dit soort situaties.
Ik wil tenslotte opmerken dat al degenen die rechtstreeks betrokken zijn
bij de procedure rond de schuilkelder, althans vanuit mijn fraktie, op
een aantal punten te kennen hebben gegeven dat ze het er niet mee eens
waren en dat door u de stellige indruk is achtergelaten dat die besluit
vorming over deze materie feitelijk niet door de gemeenteraad zou hoeven
te worden genomen aangezien het een zaak is die door het rijk zou worden
gesubsidieerd en via de BB zou worden gerealiseerd. Uit de beantwoording
van de vragen blijkt dat het een projekt is van de gemeente Soest en dat
bevestigt te meer dat u in dit geval een procedure had moeten kiezen
waarin ook de normale besluitvormingslijnen waren gehanteerd.
Ik zou graag uw reaktie hierop willen hebben en met name van u willen
weten hoe in de toekomst in soortgelijke gevallen gehandeld zal worden.
VOORZITTER: Als verder niemand het woord verlangt, dan beantwoord ik
alleen de fraktievoorzitter van de PvdA.
iieer VISSER: Mijnheer de voorzitter, u verbaast zich kennelijk dat verder
niemand het woord voert, maar de heer Van Gelder heeft gesproken namens
de overige fraktievoorzittersdie net bij het overleg aanwezig waren.
VOORZITTER: Dat heeft hij niet gezegd, daarom heb ik expliciet dit zo
genoemd. Ik zou graag willen weten of dat inderdaad juist is.
Beer VERHEUS: Dat is inderdaad juist, mijnheer de voorzitter.
Heer POTHUIZEN: Dat klopt.
Heer KRIJGER: Wellicht vandaar de gematigde toon.
VOORZITTER: Dat geldt voor alle fraktievoorzitters? Nee, mijnheer van
Garderen niet. Ik zal proberen kort te antwoorden en zakelijk te blijven.
U heeft eigenlijk twee hoofdpunten naar voren gebracht: besluiten waarbij
de gemeente financieel wordt gebonden, behoren in de raad te worden genomen.
Dat is natuurlijk zo, alleen in dit geval was er een probleem. Dan zit je
met een situatie dat er geen mogelijkheid meer is voor een raadsvergadering,