- 42 - 15 september 1983 in dat verband zou kunnen ontplooien. De afspraken die daarover zijn gemaakt zijn dusdanig dat het geen budgettaire gevolgen heeft voor de fetfe-atieve raad omdat de federatieve raad wel weet dat dat niet kan. Bijvoorbeeld het gegeven dat de federatieve raad de ruimte in Honsbergen heeft gehuurd, zou in de Vijverhof niet plaatsvinden, de S.B.B.S. zal die ruimte zelf exploiteren, dat is al een aanmerkelijk verschil. Ik heb u al aangegeven dat de rest van de aktiviteiten in belangrijke mate door vrijwilligers zullen worden gedaan. Ik ga er alsnog van uit - en heb dat van alle kanten bevestigd gekregen - dat het geen financiële gevolgen heeft voor de federatieve raad, omdat men wel weet dat ze niet meer middelen kunnen krijgen. Dat is ook bevestigd van de kant van het ministerie. Wethouder PLOMP: Mijnheer de voorzitter, de kwestie van de woningen, waar we het nu over hebben, is inderdaad al een hele tijd in diskussie. Het is eigenlijk in twee raadsperiodes aan de orde geweest, het is aan het eind van de vorige periode aan de orde geweest en nu weer. Zoals ook door de heer Kingma is gezegd, zijn er diverse momenten geweest waarop bepaalde aspekten mogelijkerwijs toelichting hadden moeten hebben. Het is gebleken dat dat niet overal even duidelijk is gebeurd, dat is te betreuren. Ik wil dan kijken naar degene die het initiatief hebben genomen voor deze woningen, ik denk dat die - gezien de procedure en het feit dat ze op dit moment zijn gearriveerd met een voorstel - eigenlijk mogen verwachten dat de raad daar toch vanavond een beslissing over neemt, ook gezien het feit dat men met de voorbereidingen gelijk is meegegaan met de besprekingen en de vorderingen die met name in de commissie r.o. aan de orde zijn geweest. Als wij de zaak nog verder zouden uitstellen, denk ik dat het inderdaad problemen veroorzaakt, die misschien niet nodig zijn. Ik ben het eens met degenen die zeggen dat alle zaken die niet volstrekt helder zijn niet de indruk van gewekt mag worden dat ze doorgedrukt worden en ik wil dat ook niet, maar ik moet wel zeggen dat ik het bijzonder zou betreuren als de zaak vanavond werd opgehouden. De heer Kingma en ik hebben gisteren nog een gesprek gehad met de S.B.B.S. waarvan de heer Kingma exact heeft weer gegeven wat daar uit is gekomen, hij heeft ook duidelijk de conclusies weergegeven, zoals die in het college zijn besproken. Het wijst er in ieder geval op dat ook de heer Kingma duidelijk zijn vertrouwen heeft uit gesproken over de gang van zaken, zoals die nu is en zoals die in de toe komst zal zijn. Natuurlijk zijn er een aantal onduidelijkheden, ik ben ook van mening dat een aantal onduidelijkheden toch niet binnen een maand worden opgelost, ook op het gebied van de r.o. niet. Met name wat betreft de contingentfcring zijn er wat problemen, maar desondanks denk ik dat, als wij de zaak zouden uitstellen, wij op al deze sektoren toch niet bar veel verder

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 347