- 11 -
20 oktober 1983
komen. Het is een voorlopige reaktie op hetgeen nu door de WD weer
even aangezet wordt met betrekking tot kostendekkendheid en sluitende
begrotingen.
Heer BLOM: Voorzitter, mag ik een kleine repliek geven? Het CDA werd
min of meer aangehaald en ik wil dan toch met nadruk stellen dat wij
de visie over de tarieven zo geformuleerd hebben dat de PvdA die kennelijk
deelt. De toevoeging over een sluitende begroting is in de financiële
commissie helemaal niet aan de orde geweest op deze manier, daar is
helemaal niet over gesproken.
Heer KRIJGER: Vooruitlopend op december, wil ik opmerken dat wij aan het
eind van de begrotingsbehandeling de heer Van Gelder zullen vragen of
hij met zijn fraktie deel wil blijven nemen aan het college.
Heer VISSER: Mijnheer de voorzitter, ik ben ook van mening dat het lijst-
trekkersoverleg eigenlijk geëvalueerd moet worden. Ik denk dat de heer
Plomp daartoe het initiatief moet nemen, hij heeft het ook een jaar geleden
beloofd, dus wij wachten met spanning af of hij de diverse lijsttrekkers
weer bij elkaar wil roepen om de gerezen moeilijkheden te overwinnen.
De wethouder van financiën heeft mij niet overtuigd. Hij heeft geen
overtuigende motieven aangedragen om militaire honden niet te belasten.
Ik handhaaf dus mijn voorstel aan de raad om dat te schrappen.
Heer RIBBINK: Voorzitter, ik meen nog eens gelezen te hebben dat een
gemeentebegroting alleen goedgekeurd kan worden als die sluitend is.
Zou u misschien aan de heer Van Gelder door kunnen geven waar dat
staat, dan kunnen we in het vervolg verder praten.
Heer BOLHUIS: Voorzitter, nu de diskussie deze kant opgaat, zou ik toch
ook een paar opmerkingen willen maken, met name met betrekking tot het
kostendekkend tarief, de sluitende begroting en het lijsttrekkersoverleg.
Wat betreft het kostendekkend tarief is er nooit gesproken over 100%
kostendekking, laat ik dat voorop stellen. Er is gepraat over meerkosten
dekkend tarief en in die formulering zit dus al enige ruimte waarin - denk
ik - politieke opvattingen ook tot uitdrukking kunnen komen en waarin dan
een meerderheid van de raad uiteindelijk de beslissing neemt. In de
tweede plaats zit in de tariefstelling met kostendekkend tarief inderdaad
het onderscheid - dat ben ik volstrekt met de heer Van Gelder eens - tussen
diensten die de gemeente bewijst aan burgers in het algemeen, aan alle
burgers, of diensten die de gemeente bewijst in bijzondere gevallen,
vrijwillig, aan burgers die daarom vragen. In het ene en in het andere
geval kun je inderdaad onderscheid maken in het percentage van de kosten
dekking, omdat in het eerste geval - dat alle burgers er gebruik van maken -